Geleidbaarheid
Absolute geleidbaarheid De gebruiker kan een éénpuntskalibratie uitvoeren met een bekende
Zoutgehalte
Herstel fabriekskalib.
è
De sondebeschermer of kalibratiebeker moet tijdens de kalibratie worden gebruikt.
Wanneer de geleidbaarheid is gekalibreerd, wordt ook de absolute geleidbaarheid en het
è
zoutgehalte gekalibreerd en vice versa. Een geleidbaarheidskalibratie wordt aanbevolen.
Geleidbaarheidskalibraties worden gebruikt om variaties in celfactoren te corrigeren. Olieachtige
lagen en biologische verontreinigingen kunnen veranderingen in de celgeometrie veroorzaken. De
EC-elektroden bevinden zich in twee kleine kanaaltjes aan de onderkant van de sensor. Ze kunnen
worden schoongemaakt met de kleine borstel uit de onderhoudskit. Voor het verwijderen van
olieachtige lagen kan een mild schoonmaakmiddel worden gebruikt. Spoel de elektroden grondig
met water na het reinigen.
Als de instructiemodus is ingeschakeld, drukt u op Helpmodus en volgt u de berichten op
è
het scherm.
Geleidbaarheidskalibratie
1. Verwijder de beschermkooi van de sonde. Spoel de sonde af met water.
2. Vul de kalibratiebeker voor 2/3 met de geleidbaarheidsstandaardvloeistof.
3. Dompel de sensoren onder in de
verwijder luchtbellen van de EC-elektrode en zorg dat de ronde holte luchtbelvrij is gevuld met
vloeistof.
4. Schroef de kalibratiebeker volledig op de
5. Gebruik de pijltjestoetsen om "Geleidbaarheid" te selecteren en druk op Start om de kalibratie
te starten.
6. Druk indien nodig op Cal.point om de juiste standaard te selecteren. Om een aangepaste stan-
daard te gebruiken, drukt u op Aangepast. Er verschijnt een tekstvak. Gebruik het toetsenbord
om de waarde van de norm in te voeren (100 tot 200000 µS/cm) bij de huidige temperatuur.
Druk op Accepteren om de standaardwaarde te bevestigen.
38
De gebruiker kan een eenpuntskalibratie uitvoeren met een standaardop-
lossing. De kalibratie is temperatuurgecompenseerd.
geleidbaarheidsoplossing die niet temperatuurgecompenseerd is.
De gebruiker kan een éénpuntskalibratie uitvoeren met een bekende
zoutoplossing (PSU).
De gebruiker kan de fabriekskalibratie herstellen als er een nieuwe sensor
is geïnstalleerd.
oplossing.
Breng de sonde meerdere keren omhoog en omlaag,
sonde.