Als de sensoren van de sondebehuizing worden verwijderd, moet de behuizing van de sen-
è
soren vóór installatie worden gedroogd om te voorkomen dat er water in de aansluitingen
komt.
Algemeen onderhoud
• Inspecteer alle sensorconnectoren op corrosie en vervang sensoren indien nodig.
• Inspecteer de O-ring van de sensor op krassen of andere schade en vervang de O-ring indien
nodig. Gebruik alleen het meegeleverde vet, aangezien sommige smeermiddelen de O-ring
kunnen doen uitzetten.
• Na langdurige opslag of reiniging is kalibratie van de sensoren vereist.
• Spoel de sonde na gebruik af met kraanwater en droog hem af. De pH-elektrodebol en de
DO-sensor moeten vochtig worden gehouden: pH altijd in HI70300 en DO altijd in gedemine-
raliseerd (gedestilleerd of gedeïoniseerd) water.
• Controleer de GLP-gegevens onder 'Status' om er zeker van te zijn dat de sensor nog steeds
goed werkt.
pH- en pH/ORP-sensor
• Verwijder de elektrode-beschermdop.
• Als de punt en/of junctie droog zijn, laat de elektrode dan minstens 30 minuten in bewaar-
vloeistof HI70300 weken.
• Om een snelle responstijd te garanderen, moeten de glazen bol en de junctie vochtig worden
gehouden en mogen niet indrogen. Bewaar de sensor met een paar druppels HI70300
bewaarvloeistof in de beschermdop. Kraanwater kan ook voor een zeer korte periode (enkele
dagen) worden gebruikt. Gebruik nooit gedestilleerd of gedeïoniseerd water om pH-sensoren op
te slaan.
• Inspecteer de sensor op krassen of barsten. Vervang de sensor, indien nodig.
• Spoel de sensor af met stromend water en maak hem vervolgens schoon door deze kort (max. 2
minuten) te laten weken in HI7061L algemene reinigingsoplossing (leg eventueel contact met
uw regioverantwoordelijke voor andere soorten reinigingsvloeistoffen). Bij reiniging gedurende
langer dan 2 minuten: dompel dan de sensor ca. 1 uur onder in bewaarvloeistof HI70300
alvorens te kalibreren. Dompel de sensor na het reinigen gedurende onder in bewaarvloeistof
HI70300 alvorens te kalibreren.
DO-sensor
• Gebruik een schoonmaakmiddel en een tandenborstel met zachte haren (niet de borstel in de
onderhoudskit) om de Smart Cap schoon te maken.
• Spoel na het reinigen met water en droog af met een laboratoriumdoekje.
• Voor gebruik hydrateren in gezuiverd water. Altijd bewaren in gedemineraliseerd water.
• Smart Caps moeten jaarlijks worden vervangen.
17