U kunt ook Connect IQ
activiteiten en apps aan uw toestel
™
toevoegen via de Connect IQ app
pagina
14).
Ga naar
garmin.com/ataccuracy
activiteiten-tracking en de nauwkeurigheid van fitnessgegevens.
Een activiteit starten
Als u een activiteit start, wordt GPS automatisch ingeschakeld
(indien vereist).
1
Druk op de watch face op
2
Selecteer het selectievakje naast elke activiteit om de
activiteit aan uw favorieten toe te voegen als dit de eerste
keer is dat u een activiteit hebt gestart en selecteer OK.
3
Selecteer een optie:
• Selecteer een activiteit uit uw lijst met favorieten.
• Selecteer
en selecteer een activiteit uit de lange
activiteitenlijst.
4
Ga naar buiten naar een plek met vrij zicht op de lucht tijdens
activiteiten waarvoor u een GPS-signaal nodig hebt, en
wacht tot het toestel klaar is.
Het toestel is klaar als het uw hartslag weergeeft, GPS-
signalen ontvangt (indien nodig) en verbinding maakt met uw
draadloze sensoren (indien nodig).
5
Druk op
om de activiteitentimer te starten.
Het toestel legt alleen activiteitgegevens vast als de
activiteitentimer loopt.
Tips voor het vastleggen van activiteiten
• Laad het toestel op voordat u aan de activiteit begint
toestel opladen, pagina
• Druk op LAP om ronden vast te leggen, een nieuwe set of
een nieuwe pose te starten of door te gaan naar de volgende
workoutstap.
• Druk op UP of DOWN om meer gegevenspagina's weer te
geven.
De vermogensmodus wijzigen
U kunt de vermogensmodus wijzigen om de levensduur van de
batterij tijdens een activiteit te verlengen.
1
Houd tijdens de activiteit MENU ingedrukt.
2
Selecteer Energiemodus.
3
Selecteer een optie.
Het horloge laat zien hoeveel uur de batterij mee zal gaan
met de geselecteerde vermogensmodus.
Een activiteit stoppen
1
Druk op
.
2
Selecteer een optie:
• Als u de activiteit weer wilt hervatten, selecteert u Hervat.
• Als u de activiteit wilt opslaan en wilt terugkeren naar
horlogemodus, selecteert u Sla op > OK.
• Als u de activiteit wilt onderbreken en later wilt hervatten,
selecteert u Hervat later.
• Als u een ronde wilt markeren, selecteert u Ronde.
• Selecteer Terug naar start > TracBack om langs de
afgelegde route naar het startpunt van uw activiteit te
navigeren.
OPMERKING: Deze functie is alleen beschikbaar voor
activiteiten waarbij GPS wordt gebruikt.
• Selecteer Terug naar start > Route om via het meest
directe pad naar het startpunt van uw activiteit te
navigeren.
OPMERKING: Deze functie is alleen beschikbaar voor
activiteiten waarbij GPS wordt gebruikt.
Activiteiten en apps
(Connect IQ functies,
voor meer informatie over
.
2).
• Als u het verschil tussen uw hartslag aan het einde van de
activiteit en uw hartslag twee minuten later wilt meten,
selecteert u Herstel-HS en wacht u terwijl de timer aftelt.
• Als u de activiteit wilt verwijderen en wilt terugkeren naar
horlogemodus, selecteert u Gooi weg > Ja.
OPMERKING: Na het stoppen van de activiteit, wordt deze
na 30 minuten automatisch op het toestel opgeslagen.
Een favoriete activiteit toevoegen of
verwijderen
De lijst met uw favoriete activiteiten wordt weergegeven
wanneer u op de watch face op
naar de activiteiten gaan die u het meest gebruikt. Wanneer u
voor het eerst op
gevraagd om uw favoriete activiteiten te selecteren. U kunt op
elk gewenst moment favoriete activiteiten toevoegen of
verwijderen.
1
Houd MENU ingedrukt.
2
Selecteer Activiteiten en apps.
Uw favoriete activiteiten staan boven in de lijst en hebben
een witte achtergrond. Andere activiteiten verschijnen in de
uitgebreide lijst met een zwarte achtergrond.
3
Selecteer een optie:
• Als u een favoriete activiteit wilt toevoegen, selecteert u
de activiteit en selecteert u Stel als favoriet in.
• Als u een favoriete activiteit wilt verwijderen, selecteert u
de activiteit en selecteert u Verwijder uit favorieten.
Een aangepaste activiteit maken
(Het
1
Druk op de watch face op
2
Selecteer Voeg toe.
3
Selecteer een optie:
• Selecteer Kopieer activiteit om uw aangepaste activiteit
te maken op basis van een van uw opgeslagen
activiteiten.
• Selecteer Overige om een nieuwe aangepaste activiteit te
maken.
4
Selecteer indien nodig een activiteittype.
5
Selecteer een naam of voer een aangepaste naam in.
Identieke activiteitnamen zijn voorzien van een volgnummer,
bijvoorbeeld: Fiets(2).
6
Selecteer een optie:
• Selecteer een optie om bepaalde activiteitinstellingen aan
te passen. U kunt bijvoorbeeld de gegevensschermen of
automatische functies aanpassen.
• Selecteer OK om de aangepaste activiteit op te slaan en
te gebruiken.
7
Selecteer Ja om de activiteit aan uw lijst met favorieten toe te
voegen.
Binnenactiviteiten
Het fēnix toestel kan worden gebruikt voor training binnenshuis,
zoals hardlopen op een binnenbaan of fietsen op een home- of
indoortrainer. Bij binnenactiviteiten wordt GPS uitgeschakeld..
Als hardlopen of wandelen met GPS is uitgeschakeld, worden
snelheid, afstand en cadans berekend met behulp van de
versnellingsmeter in het toestel. De versnellingsmeter voert
automatisch een kalibratie uit. De nauwkeurigheid van de
snelheid-, afstand- en cadansgegevens verbetert na een aantal
hardloopsessies of wandelingen in de buitenlucht met behulp
van GPS.
TIP: Als u de handrails van de loopband vasthoudt, gaat de
nauwkeurigheid omlaag. U kunt gebruikmaken van een
drukt. Hiermee kunt u snel
drukt om een activiteit te starten, wordt u
.
3