Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

122 Infotainment Amundsen ›
Bluetooth® van het infotainment
Bluetooth inschakelen.
Bluetooth Apparaten zoeken aantippen.
De zichtbaarheid van het aan te sluiten apparaat
garanderen.
Het gewenste apparaat in de lijst met opgezochte
Bluetooth®-apparaten selecteren.
De PIN bevestigen, evt. ingeven en bevestigen.
Indien twee apparaten met het infotainment zijn
verbonden, het te vervangen apparaat selecteren.
Infotainment met een reeds gekoppeld mobiel ap-
paraat verbinden
De verbinding met een reeds gekoppeld mobiel ap-
paraat vindt automatisch plaats na het inschakelen
van het contact, zo nodig kan het apparaat handma-
tig als volgt worden verbonden.
Het contact inschakelen.
Bluetooth® van het mobiele apparaat inschakelen.
Bluetooth® van het infotainment
Bluetooth inschakelen.
Bluetooth Gekoppelde apparaten aantippen.
In de apparatenlijst het gewenste apparaat en het
Bluetooth®-profiel selecteren.
De PIN bevestigen, evt. ingeven en bevestigen.
Indien twee apparaten met het infotainment zijn
verbonden, het te vervangen apparaat selecteren.
Verbinding met een mobiel apparaat verbreken
Bluetooth Gekoppelde apparaten aantippen.
Het symbool van het Bluetooth®-profiel van het
gewenste mobiele apparaat aantippen.
Een gekoppeld mobiel apparaat wissen
Bluetooth Gekoppelde apparaten aantippen.
Voor het wissen van een mobiel apparaat aantip-
pen en de wisprocedure bevestigen.
Voor het wissen van alle mobiele apparaten Alle wis-
sen aantippen en de wisprocedure bevestigen.

Telefoon

Hoofdmenu Telefoon
Hoofdmenu weergeven
aantippen.
Of:
aantippen.
Telefoon
Bluetooth
A
B
C
D
Bluetooth
E
F
Voorwaarden voor de verbinding van een
telefoon met het infotainment
✓ Het contact is ingeschakeld.
✓ De Bluetooth®-functie van het infotainment en de
✓ De zichtbaarheid van het infotainment is inge-
✓ De telefoon bevindt zich binnen het signaalbereik
✓ De telefoon is compatibel met het infotainment.
✓ Er is geen mobiel apparaat via Apple CarPlay met
Naam van de verbonden telefoon
Aantippen: Lijst met eerder verbonden tele-
foons weergeven
Voorkeuzetoetsen voor favoriete contacten
Keuze van geheugengroep voor favoriete contac-
ten
Naam van provider
Indien voor de naam het symbool wordt
weergegeven, is roaming actief.
Symbool van het verbindingstype
Statussymbolen van de telefoon
Verwisselen van de basistelefoon door de extra
telefoon
Ingeven van het telefoonnummer
Contactenlijst
Berichten
Oproeplijsten
Instellingen
telefoon is ingeschakeld.
Het inschakelen van de Bluetooth®-functie van
het infotainment vindt plaats in het menupunt
Bluetooth Bluetooth.
schakeld.
Het inschakelen van de zichtbaarheid van het in-
fotainment vindt plaats in het menupunt
Bluetooth Zichtbaarheid:. Zichtbaar.
van de Bluetooth®-eenheid van het infotainment.
het infotainment verbonden.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave