Download Print deze pagina

IBM PC 300PL Handboek Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud pagina 64

Verberg thumbnails Zie ook voor PC 300PL:

Advertenties

gesproken heeft de hele inhoud van het EEPROM van de
systeemprogramma's schrijfbescherming met een zachte vergrendeling.
Met een zachte vergrendeling kan het hulpprogramma voor beheer op
afstand functioneren binnen een netwerkomgeving. Met zo'n harde
vergrendeling wordt het hulpprogramma voor Beheer op afstand
vergrendeld als de computer is aangezet en de opstartprocedure van de
systeemprogramma's is voltooid; de vergrendeling kan pas weer
worden opgeheven als de computer is uitgeschakeld en weer aangezet
en het configuratiewachtwoord is opgegeven. Dit betekent dat in een
netwerkomgeving de systeemprogramma's op uw computer dus niet op
afstand kunnen worden bijgewerkt. Er moet iemand bij uw computer
aanwezig zijn om deze aan en uit te zetten en om het
configuratiewachtwoord in te voeren.
Een voorziening tegen frame-inbreuk attendeert u erop als de kap van
uw computer wordt verwijderd. Het maakt voor deze voorziening niet
uit of de computer aan of uit staat. Als de kap wordt verwijderd,
verschijnt er op het scherm een aanwijzing voor uw
configuratiewachtwoord; de werking van de computer blijft
onderbroken totdat het configuratiewachtwoord wordt opgegeven.
U kunt de configuratie-instellingen in het Configuratieprogramma pas
aanpassen nadat u het configuratiewachtwoord hebt getypt. Dit houdt
in dat eventuele wijzigingen in de hardwareconfiguratie die door de
systeemprogramma's in de computer worden ontdekt, zullen worden
gemeld als configuratiefouten totdat het configuratiewachtwoord wordt
getypt.
U kunt extra beveiliging als volgt in- of uitschakelen:
1. Plaats een updatediskette voor het Configuratieprogramma in het
diskettestation (station A) van de computer. Updates zijn verkrijgbaar
via het Internet.
2. Zet de computer aan. Als de computer al aan staat, moet u deze eerst
uitschakelen en vervolgens opnieuw aanzetten.
3. De update begint, uw computer stopt, en u wordt gevraagd om uw
configuratiewachtwoord (als u dat tenminste hebt ingesteld). De
computer wacht totdat u het configuratiewachtwoord hebt opgegeven.
4. Als u het configuratiewachtwoord hebt opgegeven of als er geen
configuratiewachtwoord is ingesteld, wordt de updatediskette gelezen
en kunt u kiezen of u de extra beveiliging wilt in- of uitschakelen. Uw
keuze wordt automatisch opgeslagen in het menu Systeembeveiliging
van het Configuratieprogramma.
50
PC 300PL Handboek voor de gebruiker

Advertenties

loading