Inhoudsopgave
Advertenties
2. Met de toetsen
De bevochtigerstanden 1-7 zijn beschikbaar. Welke instelling voor u
geschikt is, hangt af van de ruimtetemperatuur en de luchtvochtigheid.
Bevochtigerstand 4 is de standaard instelling. Als u 's ochtends droge
luchtwegen heeft, is de verwarmingscapaciteit te laag ingesteld. Wanneer
er 's morgens condenswater in de ademslang is gevormd, is de
verwarmingscapaciteit te hoog ingesteld.
De keuze van de bevochtigerstanden 1-7 kan door de arts beperkt worden.
Om condenswater in de ademslang te verminderen, wordt het gebruik van
een slangverwarming aanbevolen.
3. De ademluchtbevochtiger wordt automatisch uitgeschakeld, wanneer u de
therapie beëindigt. De bevochtigingstoets
ademluchtbevochtiger tijdens de therapie uit te schakelen.
Als er geen water meer in de ademluchtbevochtiger aanwezig is, wordt
de ademluchtbevochtiger automatisch uitgeschakeld. De
bevochtigingstoets is oranje.
5.6 Wekker instellen
5.6.1 Wektijd instellen, inschakelen en deactiveren
Voorwaarde
• Het therapieapparaat is in de toestand Stand-by.
1. Op de tijd in het startbeeldscherm drukken.
of
Menutoets
2. Veld Tijd
3. Veld Wektijd indrukken.
4. Om de wekker in te schakelen, de wekkertoets
wekker te deactiveren, de wekkertoets
28 | NL
of
de bevochtigerstand verhogen of verlagen.
indrukken.
indrukken.
indrukken om de
indrukken. Om de
indrukken.
Bediening
Advertenties
Inhoudsopgave
