C
4
HAPTER
U kunt de aanwezigheid van de gebruiker die u wilt in de volgende oproepen.
•
In Directory-opzoeking
•
In een oproeplijst
•
In het aanwezigheidsmenu.
N
:
OTES
•
Verbonden CTI-applicaties kunnen uw aanwezigheidsstatus beïnvloeden. Neem contact op met uw
systeembeheerder voor meer informatie.
•
Alle configuratieopties voor een aanwezigheidsprofiel kunnen worden gevonden in hoofdstuk
"Aanwezigheidsprofiel
•
Oproepen die u ontvangt terwijl uw aanwezigheidsstatus bezet is, worden in de oproeplijst aange-
geven.
De aanwezigheidsstatus kan worden beheerd via het systeemmenu, een functietoets (zie hoofdstuk
configureren"), of het Self Service Portal (zie hoofdstuk
"Toetsen
Portal",).
Afwezigheidsinformatie
U wilt uw beller gedetailleerde informatie geven over uw afwezigheid.
Als u doorschakelen hebt geconfigureerd naar voicemail in uw aanwezigheidsprofiel, kunt u kiezen of de
huidige actieve begroeting, de algemene begroeting, een van uw persoonlijke begroetingen of een
afwezigheidsinformatie moet worden afgespeeld voor de beller.
configureren".
A
FWEZIGHEDEN ORGANISEREN VANAF HET BUREAU
"MiVoice Office 400 Self Service
Aanwezigheidsprofiel activeren /deactiveren:
Druk op de functietoets voor Menu.
Druk op de Aanwezigheid-softkey.
Selecteer het gewenste aanwezigheidsprofiel en
druk op deActiveren-softkey.
→ Het aanwezigheidsprofiel wordt geactiveerd.
Om de aanwezigheid van een gebruiker te
controleren:
Druk op de functietoets voor Menu.
Druk op de Aanwezigheid-softkey.
Druk op de Aanwezigheid?-softkey.
1.
Voer het telefoonnummer in en druk op de
2.
Selecteren-softkey.
T
ELEFONEREN
57