C
4
HAPTER
Kiezen met een configureerbare toets/ overzichttoestelgebruikveld
U wilt iemand bellen wiens telefoonnummer is opgeslagen onder een configureerbare toets of een over-
zichttoestelgebruikveld.
Om erachter te komen hoe u een configureerbare toets kunt configureren raadpleegt u hoofdstuk
"Toetsen
configureren".
Kiezen met de lijntoets
U kunt via een lijntoets bellen.
Uw telefoon is uitgerust met twee speciale lijntoetsen (twee bovenste schermtoetsen geconfigureerd als
lijntoetsen).
Uw systeembeheerder kan maximaal tien extra lijntoetsen instellen (twaalf in totaal). Het werkelijke aantal
lijntoetsen hangt af van de systeemconfiguratie. Druk rechtstreeks op een toets voor een vaste lijn of
beweeg uw vinger van rechts naar links in het gebied rechts van de linker telefonistentoetsen en selecteer
de gewenste lijntoets. De statusbalk linksboven toont het gekozen lijnnummer (L1, L2 enz.). Als een lijn
vrij is, dan kan de Nieuwe oproep -softkey in de linkerbenedenhoek van het display kan worden gebruikt.
Lijntoetsen worden door uw systeembeheerder opgeslagen op configureerbare toetsen (zie hoofdstuk
"Lijntoetsen op een
toetsentelefoon").
Blader door de items en selecteer de gewenste
gebruiker.
Druk op de softkey Details , of op de rechter pijl
om gedetailleerde informatie over de
geselecteerde gebruiker te bekijken.
Druk op de Kiezen softkey , of op de luidspreker
om het telefoonnummer van de geselecteerde
gebruiker te kiezen.
Uw telefoon gebruiken in de handenvrij-modus:
Druk op de gewenste configureerbare
toets/overzichttoestelgebruikveld.
→ Het telefoonnummer wordt gekozen.
Bellen met de lijntoets:
Voer het telefoonnummer in.
Druk op een vrije lijntoets.
→ Het telefoonnummer wordt gekozen. De
lijnkleur is veranderd in lichtblauw
O
PROEPEN TOT STAND BRENGEN
T
ELEFONEREN
27