Intervalfotografie
De camera beschikt over een functie om automatisch foto's te maken met
een vooringesteld interval.
D
Voordat u gaat fotograferen
Selecteer een andere ontspanstand dan zelfontspanner (E) of spiegel omhoog
(M
) bij het gebruik van de intervallen. Voordat u de intervalopname start, kunt
UP
u een testopname maken met de geselecteerde instellingen en het resultaat op
de monitor bekijken. Onthoud dat de camera voorafgaand aan elke opname
scherpstelt, als de camera niet kan scherpstellen bij enkelvoudige AF, worden
geen opnamen gemaakt.
Voordat u een starttijd opgeeft, selecteert u Tijdzone en datum in het setup-
menu en controleert u of de cameraklok op de juiste datum en tijd is ingesteld
(0 34).
Gebruik van een statief wordt aanbevolen. Bevestig de camera op een statief
voordat u de opname start. Zorg dat de batterij volledig is opgeladen, zodat de
opname niet wordt onderbroken.
1
Selecteer
Intervalopname in het
opnamemenu.
Druk op de G-knop om de
menu's weer te geven.
Markeer Intervalopname in
het opnamemenu en druk op
2.
2
Selecteer een starttijd.
t
Markeer een van de volgende
opties en druk op 2:
• Wilt u de opname circa 3 s na het
voltooien van de instellingen starten,
selecteer dan Nu en ga verder
naar stap 4.
• Wilt u een starttijd kiezen, selecteer dan Starttijd en ga verder naar
stap 3.
208
G-knop