Waar kunt u het vinden Vind wat u zoekt in: ➜ De vraag- en antwoordindex p. iv–ix Weet u wat u wilt, maar weet u de naam van de functie niet? Zoek het op in de vraag- en antwoordindex. ➜ De inhoudsopgave p.
Pagina 3
Inhoud van de verpakking Controleer of alle hier vermelde onderdelen bij de camera zijn geleverd. Geheugenkaarten worden afzonderlijk verkocht. ❏ D3X digitale camera (p. 3) ❏ Bodydop (p. 4, 391) ❏ BS-2 afdekkapje voor accessoireschoentje (p. 3) ❏ EN-EL4a oplaadbare Li-ion batterij met beschermkapje (p.
HDMI, het HDMI-logo en High-Definition Multimedia Interface zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC. PictBridge is een handelsmerk. Alle andere handelsnamen die in deze handleiding of in andere documentatie bij uw Nikon-product worden vermeld, zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve eigenaars.
Pagina 5
Inleiding Instructies Opties voor beeldopname Scherpstelling Ontspanstand ISO-gevoeligheid Belichting Witbalans Beeldoptimalisatie Flitsfotografie Overige opnameopties Meer informatie over weergave Spraakmemo’s Aansluitingen Menugids Technische opmerkingen...
Vraag- en antwoordindex Vind wat u zoekt met deze vraag- en antwoordindex. ❚❚ Nieuwe functies Vraag Kernbegrip Zie pagina Hoe maak ik foto’s in kleinbeeldformaat? Beeldgebied Hoe maak ik NEF (RAW)-foto’s van hoge 14-bits NEF (RAW) kwaliteit? Hoe sla ik foto’s op met twee Sleuf 2 geheugenkaarten? Kan ik de monitor als zoeker gebruiken?
Pagina 7
Kan ik de menu’s in een andere taal Taal (Language) weergeven? Kan ik de menu-instellingen opslaan om ze Instellingen opslaan/ op een andere D3X-camera te gebruiken? laden ❚❚ Menu’s en aanduidingen Vraag Kernbegrip Zie pagina Hoe krijg ik meer informatie over een...
Pagina 8
Vraag Kernbegrip Zie pagina Hoe voorkom ik dat de bestandsnummering opnieuw begint als ik Opeenvolgende een nieuwe geheugenkaart plaats? nummering Hoe zet ik de bestandsnummering terug op Hoe reinig ik de camera of het objectief? De camera reinigen ❚❚ Foto's maken Vraag Kernbegrip Zie pagina...
Pagina 9
Vraag Kernbegrip Zie pagina Belichtingsstand h Kan ik zowel de sluitertijd als het diafragma handmatig instellen? (handmatig) Kan ik foto’s lichter of donkerder maken? Belichtingscorrectie Hoe kan ik een tijdopname maken? Lange tijdopnamen Kan ik instellen dat de belichting of de Belichtings- en flitssterkte automatisch wordt gevarieerd 131, 328...
Pagina 10
Vraag Kernbegrip Zie pagina Afzonderlijke foto’s Hoe kom ik van een ongewenste foto af? wissen Kan ik een aantal foto’s tegelijk wissen? Wissen Kan ik inzoomen op foto’s om te Zoomweergave controleren of ze scherp zijn? Kan ik foto’s beveiligen tegen onopzettelijk Beveiligen wissen? Kan ik geselecteerde foto’s verbergen?
Pagina 11
❚❚ Foto’s bekijken of afdrukken op andere apparaten Vraag Kernbegrip Zie pagina Kan ik mijn foto’s op een televisie bekijken? Weergave op televisie Kan ik mijn foto’s in High Definition HDMI bekijken? Aansluiten op een Hoe kopieer ik foto’s naar mijn computer? computer Hoe druk ik foto’s af? Foto’s afdrukken...
Inhoudsopgave Vraag- en antwoordindex..............iv Voor uw veiligheid ................xviii Kennisgevingen ...................xxi Inleiding Overzicht....................2 Kennismaking met de camera ............3 Camerabody..................3 Het bovenste LCD-venster ............. 8 Het achterste LCD-venster ............10 De zoekerweergave................12 De opname-informatieweergave ..........14 De instelschijven................16 Snelhandleiding................... 23 Instructies Cameramenu’s..................26 Cameramenu’s gebruiken............28 Help ......................31 Eerste stappen ..................
Pagina 13
Scherpstellen en afdrukken ............55 Foto’s bekijken................. 57 Ongewenste foto’s wissen............58 Opties voor beeldopname Beeldgebied ..................60 Beeldkwaliteit ..................66 Beeldgrootte ..................70 Sleuf 2 ...................... 72 Scherpstelling Scherpstelstand ................... 74 AF-veldstand ..................76 Selectie van scherpstelpunt ............78 Scherpstelvergrendeling ..............
Pagina 14
Witbalansopties .................140 Fijnafstelling witbalans..............143 Een kleurtemperatuur kiezen............147 Handmatige preset ................148 Beeldoptimalisatie Beeldinstellingen................162 Eigen beeldinstellingen maken..........170 Actieve D-Lighting ................181 Kleurruimte ..................183 Flitsfotografie Het Creatieve Verlichtingssysteem (CVS) van Nikon ....186 Compatibele flitsers................187 CVS-compatibele flitsers............187 Andere flitsers................191 i-DDL-flitssturing................193 Flitsstanden ..................194...
Pagina 15
FV-vergrendeling................198 Flitscontacten ..................201 Overige opnameopties Reset met twee knoppen: Standaardinstellingen terugzetten.........204 Meervoudige belichting ..............206 Intervalopnamen ................211 Objectieven zonder CPU..............218 Een GPS-apparaat gebruiken ............221 Meer informatie over weergave Schermvullende weergave ............226 Foto-informatie ..................229 Meerdere foto’s weergeven: Miniatuurweergave ....241 Foto’s van dichtbij bekijken: Zoomweergave......243 Foto’s tegen verwijderen beveiligen..........244 Afzonderlijke foto’s wissen ............245 Spraakmemo’s...
Pagina 16
Menugids D Het weergavemenu: Beelden beheren........278 Wissen ..................281 Weergavemap................281 Beeld verbergen............... 281 Weergavestand................. 282 Beeld(en) kopiëren ..............283 Beeld terugspelen..............287 Na verwijderen................287 Draai portret ................287 Diashow..................288 Printopdracht (DPOF)............. 289 C Het opnamemenu: Opnameopties........290 Geheugenbank opnamemenu ........... 291 Opnamemenu terugzetten ..........
Voor uw veiligheid Als u schade aan uw Nikon-product of letsel voor uzelf of anderen wilt voorkomen, dient u de volgende veiligheidsinstructies goed door te lezen voordat u dit product gaat gebruiken. Bewaar deze veiligheidsinstructies op een plaats waar iedereen die het product gebruikt ze kan lezen.
Pagina 21
• Plaats batterijen niet Gebruik het apparaat niet in de ondersteboven of nabijheid van ontvlambaar gas Gebruik elektronische achterstevoren. • Stel batterijen niet bloot aan apparatuur niet in de nabijheid van ontvlambaar gas, omdat dit vuur of hoge temperaturen. • U mag batterijen niet kan leiden tot explosie of brand.
Pagina 22
• Houd het product droog. uitgangen aansluit, gebruik dan uitsluitend de meegeleverde Negeren van deze kabels of kabels die Nikon voor waarschuwing kan leiden tot het beoogde doel verkoopt. Zo brand of een elektrische schok. • Verwijder stof op of bij metalen...
Nikon op voorafgaande schriftelijk toestemming de hoogte wilt stellen van eventuele van Nikon.
Pagina 24
Mededeling voor Europese klanten WAARSCHUWING GEVAAR VOOR EXPLOSIE ALS BATTERIJ WORDT VERVANGEN VOOR EEN ONJUIST TYPE. VOER BATTERIJEN AF VOLGENS DE INSTRUCTIES. Dit pictogram geeft aan dat Dit symbool op de batterij dit product via gescheiden duidt aan dat de batterij inzameling moet worden afzonderlijk moet afgevoerd.
Pagina 25
Gebruik van niet-originele elektronische accessoires kan schade aan de camera tot gevolg hebben die niet onder de Nikon-garantie valt. Het gebruik van oplaadbare Li-ion batterijen van andere fabrikanten die niet zijn voorzien van het holografische zegel van Nikon (zie rechts) kan de normale werking van de camera verstoren of ertoe leiden dat de batterijen oververhit raken, vlam vatten, scheuren of gaan lekken.
Pagina 26
Voordat u foto’s gaat maken van belangrijke gelegenheden (zoals een huwelijk of reis), kunt u het beste enkele testopnamen maken om te controleren of de camera goed werkt. Nikon is niet aansprakelijk voor schade of gederfde inkomsten als gevolg van een defect aan de camera.
Inleiding Dit hoofdstuk bevat informatie waarvan u op de hoogte moet zijn voordat u de camera gebruikt, waaronder de namen van de cameraonderdelen. Overzicht................p. 2 Kennismaking met de camera ........... p. 3 Camerabody ................... p. 3 Het bovenste LCD-venster ..............p. 8 Het achterste LCD-venster ..............
Onderhoud van camera en accessoires De camera is een precisieapparaat dat regelmatig onderhoud vereist. Nikon beveelt aan de camera eens per jaar of per twee jaar te laten nakijken door de leverancier of de technische dienst van Nikon en elke drie tot vijf jaar een onderhoudsbeurt te geven (houd er rekening mee dat hieraan kosten zijn verbonden).
Kennismaking met de camera Neem even de tijd om vertrouwd te raken met de bedienings- onderdelen en aanduidingen van de camera. Leg eventueel een boekenlegger in dit hoofdstuk, zodat u het gemakkelijk kunt terugvinden terwijl u de rest van de handleiding leest. Camerabody 1 D knop 11 Ontspanknop......
Het bovenste LCD-venster 1 Sluitertijd ......116, 120 8 Aanduiding geheugenkaart Belichtingscorrectie- (sleuf 1)........42, 45 9 Aanduiding geheugenkaart waarde ......... 128 Aantal opnamen in (sleuf 2)........42, 45 10 Aantal resterende belichtings- en flitsbracketingserie....131 opnamen ........49 Aantal opnamen in Aantal resterende opnamen tot witbalansbracketingserie..
Pagina 35
SHOOT CUSTOM 13 Batterij-aanduiding ....48 23 Pictogram 14 Beeldteller........49 diafragmavergrendeling..124 24 Aanduiding Opnameaanduiding vooringestelde witbalans ..151 beeldcommentaar ....350 25 Aanduiding geluidssignaal ...320 Handmatig 26 Aanduiding objectiefnummer..... 220 15 “K” (verschijnt als er genoeg belichtingscorrectie....128 geheugen vrij is voor meer dan 27 Belichtings- en flitsbracketing 1000 opnamen) ......49 aanduiding........131...
Het achterste LCD-venster LCD-verlichting Als u de hoofdschakelaar naar de Hoofdschakelaar positie D draait, worden de belichtingsmeters en de verlichting van het lcd-venster (lcd-verlichting) geactiveerd, zodat het venster in het donker kan worden afgelezen. Wanneer u de hoofdschakelaar loslaat, blijft de verlichting nog zes seconden ingeschakeld (standaard instelling) terwijl de belichtingsmeters van de camera actief zijn of tot de sluiter wordt ontspannen of de hoofdschakelaar opnieuw naar D wordt gedraaid.
Pagina 37
1 Beeldkwaliteit (JPEG-foto’s)..67 6 “K” (verschijnt als er genoeg 2 Aanduiding voor geheugen vrij is voor meer dan 1000 opnamen)......49 “resterend”........49 3 Beeldgrootte.........71 Kleurtemperatuur- aanduiding........147 4 Aanduiding 7 Aanduiding ISO-gevoeligheid ..... 104 geheugenkaarten....... 72 Automatische ISO-gevoeligheid Beeldkwaliteit ......67 aanduiding .........
De opname-informatieweergave Wanneer u op de knop R drukt, wordt op de monitor opname-informatie weergegeven, knop zoals sluitertijd, diafragma, aantal resterende opnamen en AF-veldstand. Als u de opname- informatie niet meer wilt weergeven, drukt u nogmaals op de knop R of drukt u de ontspanknop half in. Bij de standaard- instellingen wordt de monitor automatisch uitgeschakeld als er gedurende circa 20 seconden geen handelingen plaatsvinden.
Pagina 41
Belichtingsstand ........112 Aanduiding flitssynchronisatie..326 Aanduiding flexibel Flitsstand..........194 programma..........115 Aanduiding klokbatterij .....41, 398 Pictogram Aanduiding FV-vergrendeling ..199 sluitertijdvergrendeling ....123 Aanduiding intervalopnamen ..214 Sluitertijd........116, 120 Aanduiding beeldcommentaar..350 Belichtingscorrectie-waarde ... 128 Aanduiding Aantal opnamen in belichtings- en copyrightinformatie......357 flitsbracketingserie ......131 Aantal opnamen in Aanduiding geluidssignaal ....320 witbalansbracketingserie....
De instelschijven De hoofdinstelschijf en de secundaire instelschijf kunnen afzonderlijk of in combinatie met andere knoppen worden gebruikt om diverse instellingen aan te passen. Fn knop Secundaire instelschijf BKT knop E knop M knop I knop F knop Hoofdinstelschijf ISO knop QUAL knop WB knop...
Pagina 43
❚❚ Beeldkwaliteit en -grootte Houd de knop Fn of QUAL ingedrukt en draai aan de instelschijven. beeldgebied kiezen (p. 64) Fn knop Hoofdinstelschijf Opname- informatieweergave * Als een DX-objectief is bevestigd, wordt automatisch het beeldgebied voor DX-formaat geselecteerd. Beeldkwaliteit instellen (p.
Pagina 44
❚❚ Belichting Houd de knop I ingedrukt en draai aan de hoofdinstelschijf om de belichtingsstand te kiezen. Selecteer de belichtingsstand (p. 113) I knop Hoofdinstelschijf Bovenste LCD-venster Gebruik de instelschijven om de belichting aan te passen. Een combinatie van diafragma en sluitertijd kiezen (belichtings-...
Pagina 45
Belichtings- correctie instellen (p. 128) E knop Hoofdinstelschijf Bovenste LCD-venster Sluitertijdver- grendeling (belichtings- stand f of h; p. 123) SHOOT CUSTOM F knop Hoofdinstelschijf Bovenste LCD-venster Diafragmaver- grendeling (belichtings- stand g of h; p. 124) SHOOT CUSTOM F knop Secundaire Bovenste LCD-venster instelschijf...
Pagina 46
Bracketing activeren of annuleren/ aantal opnamen in bracketing- D knop Hoofdinstelschijf Bovenste LCD-venster serie kiezen (p. 131, 134) Stapgrootte voor belichtings- bracketing kiezen (p. 132) D knop Secundaire Bovenste LCD-venster instelschijf ❚❚ Witbalans Houd de knop WB ingedrukt en draai aan de instelschijven. Een witbalans- instelling kiezen (p.
Pagina 47
❚❚ Flitsinstellingen Houd de knop M ingedrukt en draai aan de hoofdinstelschijf. Een flitsstand kiezen (p. 196) M knop Hoofdinstelschijf Bovenste LCD-venster De knop Fn Naargelang de optie die werd geselecteerd voor Persoonlijke instelling f4 ([FUNC.-knop toewijzen], p. 333), kunnen de Fn-knop en de instelschijven worden gebruikt om te kiezen uit FX, DX en 5:4 beeldgebieden, te schakelen tussen FX- en DX-beeldgebieden, de sluitertijd en het diafragma te selecteren in stappen van 1 EV, vooraf opgegeven...
Het BS-2 afdekkapje voor het accessoireschoentje Het meegeleverde BS-2 afdekkapje voor het accessoireschoentje kan worden gebruikt om het schoentje te beschermen of om te voorkomen dat licht dat door de metalen onderdelen van het schoentje wordt weerkaatst, in foto’s te zien is. U kunt het BS-2 afdekkapje op het accessoireschoentje van de camera bevestigen, zoals rechts wordt weergegeven.
Snelhandleiding Voer de volgende stappen uit als u snel aan de slag wilt met de D3X. Laad de batterij op (p. 32). Plaats de batterij (p. 34). Bevestig een objectief (p. 37). Bevestigings- index Plaats een geheugenkaart (p. 42). Achter- kant Zet de camera aan (p.
Pagina 50
Controleer de camera-instellingen (p. 48, 51). Batterijniveau Belichtings- Beeldgrootte Witbalans stand SHOOT CUSTOM Aantal resterende opnamen Beeldteller ISO-gevoeligheid Beeldkwaliteit Bovenste LCD-venster Achterste LCD-venster Kies enkelvoudige autofocus (p. 53, 74). Draai de selectieknop voor de scherpstelstand naar S (enkelvoudige autofocus). Stel scherp en neem de foto (p.
Instructies In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de cameramenu’s gebruikt, hoe u de camera gereedmaakt voor gebruik en hoe u uw eerste foto’s maakt en weergeeft. Cameramenu’s ..............p. 26 Cameramenu’s gebruiken..............p. 28 Help ......................p. 31 Eerste stappen ..............p. 32 De batterij opladen................
Cameramenu’s De meeste opname-, weergave- en G knop setup-opties zijn toegankelijk via de cameramenu’s. Als u de menu’s wilt weergeven, drukt u op de knop G. Tabs Kies uit het weergavemenu, het Schuif geeft positie in huidig menu aan. opnamemenu, het menu Persoonlijke instellingen, het setup-menu, het retoucheermenu en Mijn menu (zie volgende pagina).
Pagina 53
❚❚ Menu’s De volgende menu’s zijn beschikbaar: Menu Beschrijving Weergave-instellingen aanpassen en foto’s D Weergave beheren (p. 278). C Opname Opname-instellingen aanpassen (p. 290). Persoonlijke Camera-instellingen aanpassen (p. 302). instellingen Geheugenkaarten formatteren en basis- B Setup instellingen voor de camera uitvoeren (p. 346). Geretoucheerde kopieën van bestaande foto’s N Retoucheren maken (p.
Cameramenu’s gebruiken ❚❚ Menubediening Met de multi-selector en de knop J kunt u door de menu’s navigeren. Gemarkeerde Cursor item omhoog selecteren Gemarkeerde Annuleren en item selecteren of terugkeren naar submenu vorige menu weergeven J knop Gemarkeerde Cursor item selecteren omlaag ❚❚...
Pagina 55
Selecteer een menu. Druk op 1 of 3 om het gewenste menu te selecteren. Plaats de cursor in het geselecteerde menu. Druk op 2 om de cursor in het geselecteerde menu te plaatsen. Markeer een menu-item. Druk op 1 of 3 om een menu- item te markeren.
Pagina 56
Selecteer het gemarkeerde item. Druk op J om het gemarkeerde item te selecteren. Druk op de knop G als u wilt afsluiten zonder een optie te selecteren. J knop Let op het volgende: • Menuopties die grijs worden weergegeven, zijn niet beschikbaar. •...
Help Als het pictogram Q linksonder op de monitor wordt weergegeven, kunt u hulpinformatie weergeven door op de knop L (Q) te drukken. Terwijl u de knop ingedrukt houdt, wordt een beschrijving van de geselecteerde optie of het geselecteerde menu weergegeven. Druk op 1 of 3 om door de tekst te bladeren.
Eerste stappen De batterij opladen De D3X wordt gevoed door een EN-EL4a oplaadbare Li-ion batterij (meegeleverd). De EN-EL4a is bij levering niet volledig opgeladen. Voor een maximale opnameduur dient u de batterij vóór gebruik op te laden in de meegeleverde MH-22 snellader. Het duurt circa twee uur en 25 minuten om een lege batterij volledig op te laden.
Pagina 59
Laad de batterij op. Laderlampjes Contactpunten CHARGE- lampjes (groen) Aanduiding Plaats de batterij met de contactpunten naar voren en zorg dat het uiteinde van de batterij samenvalt met de aanduiding op de lader. Schuif de batterij vervolgens in de aangegeven richting totdat deze op zijn plaats klikt.
De batterij plaatsen Zet de camera uit. Hoofdschakelaar Zet de camera altijd uit voordat u de batterij plaatst of verwijdert. Verwijder het deksel van het batterijvak. Klap de vergrendeling van het batterijvakdeksel omhoog, draai deze naar A om het deksel te ontgrendelen (q) en verwijder het BL-4 deksel van het batterijvak (w).
Pagina 61
Plaats de batterij. Plaats de batterij, zoals rechts wordt aangegeven. Vergrendel het deksel. Om te voorkomen dat de batterij tijdens gebruik uit het batterijvak valt, draait u de vergrendeling naar de gesloten positie en klapt u deze omlaag, zoals rechts wordt aangegeven.
Pagina 62
De batterij en de lader Lees de waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen op de pagina’s xviii–xx en 403–406 van deze handleiding en volg ze op. Om kortsluiting te voorkomen, plaatst u het beschermkapje terug als de batterij niet wordt gebruikt. Gebruik de batterij niet bij omgevingstemperaturen onder 0 °C of boven 40 °C.
Een objectief bevestigen Let goed op dat er geen stof in de camera komt wanneer u het objectief verwijdert. Verwijder de achterste lensdop en de bodydop van de camera. Nadat u hebt gecontroleerd of de camera uitstaat, verwijdert u de achterste lensdop van het objectief en de bodydop van de camera.
Pagina 64
❚❚ Het objectief verwijderen Schakel de camera uit voordat u een objectief verwijdert of verwisselt. Als u het objectief wilt verwijderen, houdt u de ontgrendeling ingedrukt terwijl u het objectief rechtsom draait. Plaats na het verwijderen van het objectief de lensdoppen en de bodydop terug op respectievelijk het objectief en de camera.
Basisinstellingen De eerste keer dat de menu’s worden weergegeven, wordt automatisch de taaloptie in het setup-menu gemarkeerd. Kies een taal en stel de datum en tijd in. Zet de camera aan. Hoofdschakelaar Selecteer [Language]. G knop Druk op G om de cameramenu’s weer te geven en selecteer vervolgens [Language] in het setup-menu.
Pagina 66
Selecteer [Wereldtijd]. Selecteer [Wereldtijd] en druk op 2. Stel de tijdzone in. Er verschijnt een selectievenster voor de tijdzone. Druk op 4 of 2 om de lokale tijdzone te markeren (het veld [UTC] geeft het verschil in uren aan tussen de geselecteerde tijdzone en de Coordinated Universal Time of UTC) en druk op J.
Pagina 67
Stel de datumnotatie in. Druk op 1 of 3 om de volgorde te kiezen waarin het jaar, de maand en de dag worden weergegeven en druk op J. Keer terug naar de opnamestand. Druk de ontspanknop half in om terug te keren naar de opnamestand.
Een geheugenkaart plaatsen U kunt foto’s opslaan op CompactFlash-geheugenkaarten en microdrives (apart verkrijgbaar; p. 394). U kunt twee geheugenkaarten tegelijk in de camera plaatsen. In het volgende gedeelte wordt beschreven hoe u een geheugenkaart plaatst en formatteert. Zet de camera uit. Hoofdschakelaar Zet de camera altijd uit voordat u een geheugenkaart plaatst of...
Pagina 69
Plaats de geheugenkaart. Toegangslampje Plaats de eerste geheugenkaart in sleuf 1. U kunt sleuf 2 alleen gebruiken als sleuf 1 al een kaart bevat. Plaats de geheugenkaart met de achterkant naar de monitor gericht (q). Wanneer de geheugenkaart volledig is geplaatst, komt de uitwerpknop naar voren (w) en Achterkant licht het groene toegangslampje kort op.
Pagina 70
❚❚ Geheugenkaarten verwijderen Zet de camera uit. Controleer of het toegangslampje uit is en zet de camera uit. Toegangslampje Verwijder de geheugenkaart. Open het deksel over de kaartsleuf (q) en druk op de uitwerpknop (w) om de kaart gedeeltelijk uit te werpen (e). De geheugenkaart kan vervolgens met de hand worden verwijderd.
Geheugenkaarten formatteren Geheugenkaarten moeten worden geformatteerd voordat ze voor het eerst worden gebruikt. Formatteer de kaart, zoals hieronder wordt beschreven. Geheugenkaarten formatteren Als u een geheugenkaart formatteert, worden alle gegevens op de kaart voorgoed gewist. Kopieer foto’s en andere gegevens die u wilt bewaren daarom naar een computer alvorens verder te gaan (p.
Pagina 72
Druk nogmaals op de Q knoppen. Druk de Q knoppen (I en O) nogmaals tegelijk in om de geheugenkaart te formatteren. Tijdens het formatteren mag u de geheugenkaart niet verwijderen en de voeding niet verwijderen of loskoppelen. Nadat het formatteren is voltooid, wordt in het bovenste LCD-venster het aantal foto’s aangegeven dat bij de SHOOT...
Zoekerbeeld scherpstellen De camera is uitgerust met een knop voor dioptrie-instelling waarmee de camera aan het gezichtsvermogen van de gebruiker kan worden aangepast. Voordat u gaat fotograferen, controleert u of de weergave van het zoekerbeeld scherp is. Trek de knop voor dioptrie- instelling naar voren.
Basisstappen voor foto’s maken en weergeven De camera aanzetten Voordat u foto’s maakt, zet u de camera aan en controleert u het batterijniveau en het aantal resterende opnamen, zoals hieronder wordt beschreven. Zet de camera aan. Hoofdschakelaar Zet de camera aan. De LCD-vensters worden ingeschakeld en het beeld in de zoeker licht op.
Pagina 75
Controleer het aantal resterende opnamen. SHOOT CUSTOM In het bovenste LCD-venster wordt het aantal foto’s aangegeven dat bij de huidige instellingen kan worden SHOOT CUSTOM gemaakt. Als dit aantal nul is, knipperen het aantal resterende opnamen, de beeldteller en het pictogram N in het bovenste LCD-venster en knippert het pictogram g in de zoeker.
Pagina 76
De batterij-aanduiding Als de segmenten van het batterijpictogram in het bovenste LCD-venster knipperen, wordt de batterijlading berekend. Na ongeveer drie seconden wordt het batterijniveau weergegeven. Automatische uitschakeling lichtmeters Standaard worden de sluitertijd- en diafragmaweergaven in het bovenste LCD-venster en de zoeker uitgeschakeld als er gedurende circa zes seconden geen handelingen plaatsvinden.
Camera-instellingen aanpassen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u foto’s maakt met de standaardinstellingen. Controleer de camera-instellingen. Belichtings- Beeldgrootte Witbalans stand SHOOT CUSTOM ISO-gevoeligheid Beeldkwaliteit Bovenste LCD-venster Achterste LCD-venster De standaardinstellingen worden hieronder vermeld. Optie Standaard Beschrijving Pagina Er worden JPEG-foto’s opgeslagen met een compressieverhouding van circa 1:8 .
Pagina 78
Selecteer de belichtingsstand e. I knop Druk op de I toets en draai aan de hoofdinstelschijf om de belichtingsstand e te selecteren. De camera past de sluitertijd en het diafragma automatisch aan voor een optimale belichting in de meeste situaties. Hoofdinstelschijf Kies de enkelvoudige Ontgrendeling keuzeknop...
Pagina 79
Kies enkelvoudige Scherpstelstand selectieknop autofocus. Draai aan de selectieknop voor de scherpstelstand totdat deze op zijn plaats klikt en naar S (enkelvoudige autofocus) wijst. Bij deze instelling stelt de camera automatisch scherp op het onderwerp in het geselecteerde scherpstelpunt wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt.
De camera gereedmaken Wanneer u foto’s in de zoeker kadreert, houdt u de handgreep in uw rechterhand en ondersteunt u de camerabody of het objectief met uw linkerhand. Houd ter ondersteuning uw ellebogen lichtjes tegen uw lichaam gedrukt en plaats één voet een halve pas naar voren om uw bovenlichaam stabiel te houden.
Scherpstellen en afdrukken Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen (p. 56). Bij de standaardinstellingen stelt de camera scherp Scherpstelling Buffer- op het onderwerp in het aanduiding capaciteit middelste scherpstelpunt. Kadreer een foto in de zoeker waarbij het hoofdonderwerp zich in het geselecteerde scherpstelpunt bevindt en druk de ontspanknop half in.
Pagina 82
Druk de ontspanknop helemaal in om de foto te maken. Druk de ontspanknop rustig helemaal in om de foto te Toegangslampje maken. Het toegangslampje naast het kaartsleufdeksel brandt terwijl de foto op de geheugenkaart wordt opgeslagen. U mag de geheugenkaart niet verwijderen, de camera niet uitzetten en de stroombron niet verwijderen of loskoppelen voordat het lampje uit is.
Bekijk andere foto’s. U kunt andere foto’s weergeven door op 4 of 2 te drukken. Druk op 1 of 3 om extra N I KON D3X informatie over de geselecteerde foto weer te 1 125, F5 . 6 85mm geven (p. 229).
Ongewenste foto’s wissen Als u de foto wilt wissen die op de monitor wordt weergegeven, drukt u op de knop O. Houd er rekening mee dat eenmaal gewiste foto’s niet meer kunnen worden hersteld. Geef de foto weer. Geef de foto weer die u wilt wissen, zoals wordt beschreven in “Foto’s bekijken”...
Opties voor beeldopname In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het beeldgebied, de beeldkwaliteit en het beeldformaat kiest en hoe u de functie van de geheugenkaart in sleuf 2 kiest. Beeldgebied ................. p. 60 Beeldkwaliteit ..............p. 66 Beeldgrootte ................ p. 70 Sleuf 2..................
Beeldgebied Dankzij de FX-formaat (35,9 × 24,0 mm) beeldsensor van de camera kunt u beelden opslaan met een beeldgebied (beeldhoek) dat equivalent is met dat van een analoge kleinbeeldcamera. U selecteert het beeldgebied met de optie [Beeldgebied] in het opnamemenu. Bij de standaardinstelling [Automatische DX-uitsnede] snijdt de camera foto’s automatisch bij tot de DX-beeldhoek als een DX-formaat objectief is bevestigd.
Pagina 87
❚❚ Kies beeldgebied Kies het beeldgebied dat wordt gebruikt als [Uit] is geselecteerd voor [Automatische DX-uitsnede] (p. 63). Optie Beschrijving Beelden worden opgeslagen in FX-formaat, waarbij het volledige gebied van de beeldsensor (35,9 × 24,0 mm) wordt gebruikt. Dit levert een formaat beeldhoek op die equivalent is (36x24)
Pagina 88
DX-objectieven DX-objectieven zijn bedoeld voor gebruik met DX-formaat camera’s en hebben een kleinere beeldhoek dan objectieven voor kleinbeeldcamera’s. Als [Automatische DX-uitsnede] is uitgeschakeld en [FX-formaat (36 × 24)] of [5 4 (30 × 24)] is geselecteerd voor [Beeldgebied] terwijl een DX-objectief is bevestigd, kunnen de randen van de foto donker zijn.
Pagina 89
Het beeldgebied kan worden ingesteld door gebruik te maken van de optie [Beeldgebied] in het opnamemenu of (in de standaardinstelling) door op de Fn-knop te drukken en aan een instelschijf te draaien. ❚❚ Het menu Beeldgebied Selecteer [Beeldgebied]. Markeer [Beeldgebied] in het opnamemenu (p.
Pagina 90
❚❚ De knop Fn Het beeldgebied kan worden geselecteerd door op de Fn-knop te drukken en aan de hoofdinstelschijf of secundaire instelschijf te draaien tot de gewenste uitsnede in de zoeker Fn-knop Hoofdinstelschijf wordt weergegeven (p. 62). Deze bewerking (de standaardoptie voor de Fn-knop en de instelschijven;...
Pagina 91
Automatische DX-uitsnede De knop Fn kan niet worden gebruikt om het beeldgebied te selecteren als een DX-objectief is bevestigd en [Automatische DX-uitsnede] is ingeschakeld. De knoppen Fn en AE-L/AF-L en de scherptedieptecontroleknop U kunt de instellingen voor het beeldgebied wijzigen met behulp van de knop Fn (standaardinstelling, zie persoonlijke instelling f4, [FUNC.-knop toewijzen], p.
Optie Beschrijving -type Onbewerkte gegevens van de beeldsensor worden rechtstreeks op de geheugenkaart opgeslagen in de NEF-indeling (Nikon Electronic Format). Gebruik deze optie voor foto’s die naar een computer worden overgezet NEF (RAW) om bijgewerkt of afgedrukt te worden. Nadat NEF (RAW)-foto’s naar een computer zijn...
Pagina 93
U stelt de beeldkwaliteit in door de knop QUAL ingedrukt te houden en aan de hoofdinstelschijf te draaien totdat de gewenste instelling wordt weergegeven in het achterste Hoofdinstelschijf QUAL knop LCD-venster. Achterste LCD-venster Bestandsgrootte Zie pagina 427 voor informatie over het aantal foto’s dat kan worden opgeslagen bij verschillende instellingen voor beeldkwaliteit en -grootte.
Pagina 94
❚❚ Het menu JPEG-compressie Het onderdeel [JPEG-compressie] in het opnamemenu biedt de volgende opties voor JPEG-foto’s: Optie Beschrijving Beelden worden gecomprimeerd tot ongeveer Vaste grootte dezelfde bestandsgrootte. De kwaliteit hangt af (standaard) van het onderwerp van de foto. Optimale Optimale beeldkwaliteit. De bestandsgrootte kwaliteit hangt af van het onderwerp van de foto.
❚❚ Het menu NEF (RAW)-opname: Type Het onderdeel [NEF (RAW)-opname] > [Type] in het opnamemenu biedt de volgende compressieopties voor NEF (RAW)-foto’s: Optie Beschrijving NEF-beelden worden gecomprimeerd met een Compressie omkeerbaar algoritme, waardoor de zonder verlies bestandsgrootte met circa 20 – 40 % afneemt (standaard) zonder dat dit van invloed is op de beeldkwaliteit.
Beeldgrootte De beeldgrootte wordt gemeten in pixels. Kies L (Groot, de standaardoptie), M (Middel) of S (Klein). (De beeldgrootte hangt ook af van de optie die is geselecteerd voor [Beeldgebied] p. 60): Beeldgebied Optie Grootte (pixels) Afdrukgrootte (cm) 6.048 × 4.032 76,8 ×...
Pagina 97
U kunt de beeldgrootte instellen door de knop QUAL ingedrukt te houden en aan de secundaire instelschijf te draaien totdat de gewenste optie wordt weergegeven in het achterste QUAL knop Secundaire LCD-venster. instelschijf Achterste LCD-venster Het menu Beeldgrootte U kunt de beeldgrootte ook aanpassen via de optie [Beeldgrootte] in het opnamemenu (p.
Sleuf 2 Gebruik de optie [Sleuf 2] in het opnamemenu (p. 290) om de functie van de geheugenkaart in sleuf 2 te kiezen. Achterste LCD- Optie Beschrijving venster De geheugenkaart in sleuf 2 Overloop wordt gebruikt om foto’s op (standaard) te slaan als de geheugenkaart in sleuf 1 vol is.
Scherpstelling – Bepalen hoe de camera scherpstelt In dit gedeelte worden de opties beschreven die bepalen hoe de camera scherpstelt. Scherpstelstand..............p. 74 AF-veldstand ................ p. 76 Selectie van scherpstelpunt..........p. 78 Scherpstelvergrendeling ........... p. 80 Handmatige scherpstelling..........p. 83...
Scherpstelstand U kunt de scherpstelstand selecteren Selectieknop scherpstelstand met de selectieknop voor de scherpstelstand op de voorzijde van de camera. Er zijn twee standen voor autofocus (AF), waarbij de camera automatisch scherpstelt wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt, en er is één stand voor handmatige scherpstelling, waarbij de scherpstelling handmatig moet worden aangepast met behulp van de scherpstelring op het objectief: Optie...
Pagina 101
De B knoppen Als het gaat om scherpstellen van de camera, B knop heeft het indrukken van een van de B knoppen hetzelfde effect als het half indrukken van de ontspanknop. B knop voor verticale opnamen Anticiperende meevolgende scherpstelling Bij continue AF gebruikt de camera anticiperende meevolgende scherpstelling als het onderwerp naar de camera toe of van de camera af beweegt terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt of een van de B knoppen wordt ingedrukt.
AF-veldstand De AF-veldstand bepaalt hoe het Selectieknop AF-veldstand scherpstelpunt wordt geselecteerd in de autofocusstand (p. 74). U selecteert de AF-veldstand door aan de selectieknop voor de AF-veldstand te draaien. De volgende opties zijn beschikbaar: Stand Beschrijving De gebruiker selecteert handmatig het scherpstelpunt; de camera stelt alleen scherp op het onderwerp in het geselecteerde scherpstelpunt.
Pagina 103
AF-veldstand De AF-veldstand wordt weergegeven in de opname-informatieweergave wanneer u op de knop R drukt. Aanduiding AF-veldstand Informatie- AF-veldstand weergave K Enkelpunts AF Persoonlijke instelling a3 ([Dynamisch AF-veld], p. 307) 9 punten (standaard) 21 punten Dynamisch veld-AF 51 punten 51 punten (3D-tracking) H Automatisch veld-AF * Alleen het actieve scherpstelpunt wordt weergegeven in de zoeker.
Selectie van scherpstelpunt De camera biedt 51 scherpstelpunten Selectieknop AF-veldstand die samen een groot deel van het beeld beslaan. Het scherpstelpunt kan handmatig worden geselecteerd, zodat het hoofdonderwerp zich vrijwel overal in het beeld kan bevinden (enkelpunts AF en dynamisch veld-AF), of automatisch (automatisch veld-AF;...
Pagina 105
Staande foto’s (portretstand) Als u opnamen in de “staande” stand (portretstand) kadreert, gebruikt u de instelschijven om het scherpstelpunt te selecteren. Zie persoonlijke instelling f4 ([FUNC.-knop toewijzen], p. 337) voor meer informatie. Zie ook Zie persoonlijke instelling a6 ([Verlichting scherpstelpunt], p. 310) als u wilt instellen wanneer het scherpstelpunt wordt verlicht.
Scherpstelvergrendeling U kunt de scherpstelvergrendeling gebruiken om de compositie te wijzigen nadat u hebt scherpgesteld. Op deze manier kunt u scherpstellen op een onderwerp dat zich in de uiteindelijke compositie niet in een scherpstelpunt bevindt. U kunt deze functie ook gebruiken wanneer het autofocussysteem niet kan scherpstellen (p.
Pagina 107
Continue AF Ontspan- Druk op de knop AE-L/AF-L om zowel de knop scherpstelling als de belichting te vergrendelen (het pictogram AE-L verschijnt in de zoeker, zie pagina 125). De scherpstelling en belichting blijven vergrendeld zolang u de knop AE-L/AF-L ingedrukt houdt, zelfs als u uw vinger van de ontspanknop haalt.
Goede resultaten met autofocus Autofocus functioneert niet goed onder de volgende omstandigheden. De ontspanknop wordt mogelijk geblokkeerd als de camera onder deze omstandigheden niet kan scherpstellen, of de scherpstelaanduiding (●) wordt weergegeven, terwijl de sluiter kan worden ontspannen, zelfs als de camera niet kan scherpstellen op het onderwerp.
Handmatige scherpstelling Handmatige scherpstelling is Scherpstelstand beschikbaar voor objectieven die selectieknop geen autofocus ondersteunen (niet-AF Nikkor-objectieven) of als autofocus niet het gewenste resultaat oplevert (p. 82). Als u handmatig wilt scherpstellen, stelt u de selectieknop voor de scherpstelstand in op M en draait u aan de scherpstelring van het objectief totdat het beeld op het matglas in de zoeker scherp is.
De elektronische afstandsmeter Als het objectief een maximaal diafragma van f/5.6 of groter (lager f/-getal) heeft, kunt u de scherpstelaanduiding in de zoeker gebruiken om te controleren of het onderwerp in het geselecteerde scherpstelpunt scherp is. (Het scherpstelpunt kan worden geselecteerd uit de 51 beschikbare punten.) Plaats het onderwerp in het geselecteerde scherpstelpunt, druk de ontspanknop half...
Ontspanstand – Enkel beeld, Continu, Livebeeld, Zelfontspanner of Spiegel omhoog De ontspanstand bepaalt hoe de camera foto’s maakt: één foto per keer, in een doorlopende reeks, terwijl het beeld door het objectief op de monitor wordt weergegeven, met een ingestelde sluitervertraging of terwijl de spiegel is opgeklapt voor een snellere sluiterrespons en minimale trillingen.
Een ontspanstand kiezen De camera ondersteunt de volgende ontspanstanden: Stand Beschrijving De camera maakt één foto telkens wanneer de Enkel beeld ontspanknop wordt ingedrukt. 1–5 beelden per seconde zolang u de ontspanknop Continu laag ingedrukt houdt Terwijl u de ontspanknop ingedrukt houdt, maakt de camera foto’s aan een snelheid van maximaal 5 beelden Continu per seconde...
Pagina 113
U kiest een ontspanstand door de Ontgrendeling keuzeknop ontgrendeling van de keuzeknop ontspanstand voor de ontspanstand in te drukken en de keuzeknop naar de gewenste instelling te draaien. Ontspanstand keuzeknop...
Continustand Foto’s maken in de standen C (continu hoog) en C (continu laag): Selecteer de stand C of C Druk op de ontgrendeling van de keuzeknop voor de ontspanstand en draai de keuzeknop naar C of C Keuzeknop ontspanstand Kadreer, stel scherp en maak de foto. Terwijl de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, worden foto’s gemaakt met de beeldsnelheid die is geselecteerd voor persoonlijke instelling d2...
Pagina 115
Het buffergeheugen De camera is voorzien van een buffergeheugen voor tijdelijke opslag, zodat u kunt blijven fotograferen terwijl de foto’s op de geheugenkaart worden opgeslagen. U kunt maximaal 130 foto’s achter elkaar maken. De beeldsnelheid neemt echter af wanneer de buffer vol is. In uitzonderlijke gevallen kan de beeldsnelheid ook afnemen bij gebruik van een microdrive als geheugenkaart.
Beelden kadreren op de monitor (Livebeeld) Selecteer de stand livebeeld (a) om foto’s in de monitor te kadreren. De volgende opties zijn beschikbaar: • Uit de hand (g): Kies deze optie wanneer foto’s van bewegende voorwerpen uit de hand worden genomen of bij het kadreren van foto’s in een hoek waarbij het moeilijk is de zoeker te gebruiken (p.
Stand voor livebeeld: Uit de hand (g) Selecteer de stand voor livebeeld. Druk op de ontgrendeling van de keuzeknop voor de ontspanstand en draai de Keuzeknop keuzeknop naar a. ontspanstand Opties voor [Livebeeld] afstellen in het opnamemenu. Selecteer [Livebeeld] in het opnamemenu en kies [Uit de hand] voor [Stand voor livebeeld].
Pagina 118
Kadreer het beeld op de monitor. Als u het beeld op de monitor wilt vergroten tot maximaal 13×, houdt u de knop N ingedrukt terwijl u aan de hoofdinstelschijf draait. N knop Hoofdinstelschijf Wanneer u inzoomt op het beeld dat door het objectief te zien is, verschijnt rechtsonder op de monitor een navigatievenster.
Pagina 119
Maak de foto. Druk de ontspanknop helemaal in om de scherpstelling en de belichting te herstellen en de foto te maken. Als Continu hoog of Continu laag is geselecteerd voor [Ontspanstand], wordt de monitor uitgeschakeld zolang u de ontspanknop ingedrukt houdt. Geen beeld Nadat u een foto hebt gemaakt, kunt u het beeld weergeven om te controleren of de foto is opgenomen.
Stand voor livebeeld: Statief (h) Maak de camera gereed. Plaats de camera op een statief of op een stabiele, vlakke ondergrond. Selecteer de stand voor livebeeld. Druk op de ontgrendeling van de keuzeknop voor de ontspanstand en draai de keuzeknop naar a. Keuzeknop ontspanstand Opties voor [Livebeeld] afstellen in het opnamemenu.
Pagina 121
Druk de ontspanknop volledig in. De spiegel wordt opgeklapt en het beeld dat door het objectief te zien is, wordt weergegeven op de cameramonitor. Het onderwerp is niet langer zichtbaar in de zoeker. Als u wilt afsluiten zonder een foto te maken, draait u de keuzeknop voor de ontspanstand naar een andere instelling of drukt u op G.
Pagina 122
Als u het beeld op de monitor tot maximaal 13× wilt vergroten en de scherpstelling wilt controleren, houdt u de knop N ingedrukt terwijl u aan de hoofdinstelschijf draait. N knop Hoofdinstelschijf Wanneer u inzoomt op het beeld dat door het objectief te zien is, verschijnt rechtsonder op de monitor een navigatievenster.
Pagina 123
Maak de foto. Druk de ontspanknop helemaal in om de foto te maken. Als Continu hoog of Continu laag is geselecteerd voor [Ontspanstand], wordt de monitor uitgeschakeld zolang u de ontspanknop ingedrukt houdt. Scherpstellen met behulp van autofocus met contrastdetectie Autofocus met contrastdetectie duurt langer dan normale autofocus (met fasedetectie).
Pagina 124
Fotograferen in de stand voor livebeeld Hoewel ze op de foto uiteindelijk niet verschijnen, kunnen banden of vertekeningen zichtbaar zijn in de monitor onder fluorescerende lampen of lampen met kwikdamp of natrium, of wanneer de camera horizontaal wordt bewogen of een voorwerp met hoge snelheid door het beeld beweegt. Felle lichtbronnen kunnen nabeelden veroorzaken in de monitor wanneer de camera wordt bewogen.
Pagina 125
De opname-informatieweergave Druk op de knop R als u de aanduidingen op de monitor in de stand voor livebeeld wilt verbergen of weergeven. Opname- informatieweergave Opname-informatie Virtuele horizon 1, 2 Opname-info + histogram Hulpsjablonen 1 Wordt alleen weergegeven wanneer u de belichting vooraf controleert (statiefstand;...
Zelfontspannerstand De zelfontspanner kan worden gebruikt om cameratrilling te verminderen of om een zelfportret te maken. Als u de zelfontspanner wilt gebruiken, plaatst u de camera op een statief (aanbevolen) of op een stabiele, vlakke ondergrond en voert u de onderstaande stappen uit: Selecteer de zelfontspannerstand.
Pagina 127
Start de zelfontspanner. Druk de ontspanknop volledig in om de zelfontspanner te starten. Het zelfontspannerlampje begint te knipperen en stopt twee seconden voordat de foto wordt genomen. Als u de zelfontspanner wilt uitschakelen voordat de foto is gemaakt, draait u de keuzeknop voor de ontspanstand naar een andere instelling.
De stand Spiegel omhoog Kies deze stand als u onscherpte door camerabeweging wilt verminderen wanneer de spiegel is opgeklapt. Gebruik van een statief wordt aangeraden. Selecteer de stand Spiegel omhoog. Druk op de ontgrendeling van de keuzeknop voor de ontspanstand en draai de Keuzeknop ontspanstand keuzeknop naar M Klap de spiegel omhoog.
ISO-gevoeligheid – Sneller reageren op licht “ISO-gevoeligheid” is het digitale equivalent van filmgevoeligheid. Hoe hoger de gevoeligheid, des te minder licht nodig is om een foto te maken. Zo kunt u een kortere sluitertijd of een kleiner diafragma gebruiken. In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de ISO-gevoeligheid handmatig en automatisch instelt.
De ISO-gevoeligheid handmatig kiezen De ISO-gevoeligheid kan worden ingesteld op een waarde tussen ISO 100 en ISO 1600, in stappen die equivalent zijn met Voor speciale situaties zijn ook instellingen van circa 0,3–1 LW onder ISO 100 en 0,3–2 LW boven ISO 1600 beschikbaar. U kunt de ISO-gevoeligheid aanpassen door de knop ISO ingedrukt te houden en aan de...
Pagina 131
ISO-gevoeligheid instellen Welke instellingen beschikbaar zijn, hangt af van de optie die is geselecteerd voor persoonlijke instelling b1 ([ISO-stapgrootte], p. 314). Persoonlijke instelling b1 Beschikbare instellingen voor (ISO-stapgrootte) ISO-gevoeligheid Lo 1, Lo 0,7, Lo 0,3, 100, 125, 160, 200, 250, 1/3 stop 320, 400, 500, 640, 800, 1000, 1250, 1600, (standaard)
Instelling automatische ISO-gevoeligheid Wanneer [Uit] (standaardinstelling) is gekozen voor de optie [Inst autom ISO-gevoeligheid] in het opnamemenu, blijft ISO- gevoeligheid ingesteld op de waarde zoals de gebruiker heeft geselecteerd (zie pagina 104). Wanneer [Aan] is gekozen, wordt ISO-gevoeligheid automatisch aangepast wanneer optimale belichting niet kan worden bereikt met de waarde zoals de gebruiker heeft geselecteerd (flitssterkte is waar nodig aangepast).
Pagina 133
Instelling automatische ISO-gevoeligheid Ruis is aannemelijker bij hogere gevoeligheden. Om ruis te reduceren, gebruik de optie [Hoge ISO ruisonderdrukking] in het opnamemenu (zie pagina 300). Bij gebruik van een flitser, wordt de geselecteerde waarde voor [Langste sluitertijd] genegeerd ten gunste van de geselecteerde optie voor persoonlijke instelling e1 ([Flitssynchronisatie snelheid], p.
Belichting – Bepalen hoe de camera de belichting instelt In dit gedeelte worden de opties beschreven die beschikbaar zijn om de belichting te regelen, waaronder lichtmeting, belichtingsstand, belichtingsvergrendeling, belichtingscorrectie en bracketing. Lichtmeting ............... p. 110 Belichtingsstand............... p. 112 e: Geprogrammeerd automatisch..........p. 114 f: Sluitertijdvoorkeuze ..............
Lichtmeting De lichtmeetmethode bepaalt hoe de camera de belichting instelt. De volgende opties zijn beschikbaar: Methode Beschrijving Aanbevolen voor de meeste situaties. De camera meet een groot deel van het beeld en stelt de belichting in op basis kleurenma- van helderheidsverdeling, kleur, afstand en compositie, voor trixmeting II een natuurlijk resultaat.
Pagina 137
U kiest een lichtmeetmethode door Selectieknop lichtmeting de vergrendeling van de selectieknop voor de lichtmeting ingedrukt te houden en aan de selectieknop voor de lichtmeting te draaien totdat de gewenste methode wordt weergegeven. 3D-kleurenmatrixmeting II Bij matrixmeting wordt de belichting ingesteld met behulp van een RGB-sensor met 1.005 segmenten.
Belichtingsstand De belichtingsstand bepaalt hoe de camera de sluitertijd en het diafragma instelt wanneer de belichting wordt aangepast. Er zijn vier standen beschikbaar: geprogrammeerd automatisch (e), sluitertijdvoorkeuze (f ), diafragmavoorkeuze (g) en handmatig (h). Stand Beschrijving Geprogram- De camera stelt de sluitertijd en het diafragma in meerd voor een optimale belichting.
Pagina 139
U kiest een belichtingsstand door de knop I knop I ingedrukt te houden en aan de hoofdinstelschijf te draaien totdat de gewenste stand wordt weergegeven in de zoeker of het bovenste LCD-venster. Hoofdinstelschijf Scherptedieptecontrole Als u het effect van het diafragma wilt bekijken, Voorbeeldknop houdt u de knop voor scherptedieptecontrole ingedrukt.
e: Geprogrammeerd automatisch In deze stand worden de sluitertijd en het diafragma automatisch ingesteld op basis van een ingebouwd programma. Dit levert in de meeste situaties een optimale belichting op. Deze stand wordt aanbevolen voor snapshots en andere situaties waarin u de sluitertijd en het diafragma door de camera wilt laten bepalen.
Pagina 141
Flexibel programma In de belichtingsstand e kunt u verschillende combinaties van sluitertijd en diafragma selecteren door aan de hoofdinstelschijf te draaien (flexibel programma). Draai de instelschijf naar rechts voor een groot diafragma (laag f/-getal) om de achtergrond onscherp weer te geven of voor een korte sluitertijd om Hoofdinstelschijf beweging te bevriezen.
f: Sluitertijdvoorkeuze In de stand Sluitertijdvoorkeuze kunt u zelf een sluitertijd kiezen, waarna de camera automatisch het diafragma kiest dat de optimale belichting oplevert. Foto’s maken in de stand Sluitertijdvoorkeuze: Selecteer de I knop belichtingsstand f. Houd de knop I ingedrukt en draai aan de hoofdinstelschijf totdat f wordt...
Pagina 143
Korte sluitertijd ( sec.) Lange sluitertijd ( sec.) 1000 De sluitertijd kan worden vastgezet op de geselecteerde instelling (zie pagina 123). Kadreer, stel scherp en maak de foto. Zie ook Zie pagina 416 voor informatie over wat u moet doen als de aanduiding “A”...
g: Diafragmavoorkeuze In de stand Diafragmavoorkeuze kunt u zelf het diafragma kiezen, waarna de camera automatisch de sluitertijd kiest die de optimale belichting oplevert. Foto’s maken in de stand Diafragmavoorkeuze: Selecteer de I knop belichtingsstand g. Houd de knop I ingedrukt en draai aan de hoofdinstelschijf totdat g wordt...
Pagina 145
Een klein diafragma (hoog f/-getal) levert een grote scherptediepte op (zie pagina 113), waardoor zowel de voor- als de achtergrond scherp wordt weergegeven. Een groot diafragma (laag f/-getal) verzacht de achtergronddetails in portretten of andere composities waarbij de nadruk op het hoofdonderwerp ligt.
h: Handmatig In de handmatige belichtingsstand stelt u zowel de sluitertijd als het diafragma in. Foto’s maken in de handmatige belichtingsstand: Selecteer de I knop belichtingsstand Houd de knop I ingedrukt en draai aan de Hoofdinstelschijf hoofdinstelschijf totdat h wordt weergegeven in de zoeker en in het bovenste LCD-venster.
Pagina 147
Secundaire instelschijf Diafragma instellen SHOOT CUSTOM Sluitertijd instellen SHOOT CUSTOM Hoofdinstelschijf De sluitertijd en het diafragma kunnen worden vastgezet op de geselecteerde instelling (zie pagina 123, 124). Kadreer, stel scherp en maak de foto. Sluitertijd: sec. Diafragma: f/8 AF Micro Nikkor-objectieven Mits een externe lichtmeter wordt gebruikt, hoeft alleen rekening te worden gehouden met de belichtingsverhouding als het diafragma wordt ingesteld met de diafragmaring op het objectief.
Pagina 148
Gebruik deze stand om lange tijdopnamen te maken van lichtsporen, de sterrenhemel, nachtlandschappen of vuurwerk. Nikon raadt aan een volledig opgeladen EN-EL4a batterij of een optionele Sluitertijd: 35 sec. EH-6 lichtnetadapter te gebruiken om te...
Sluitertijd en diafragma vergrendelen Met de knop F kunt u de sluitertijd vergrendelen op de waarde die is geselecteerd in de stand Sluitertijdvoorkeuze of Handmatig of het diafragma vergrendelen op de waarde die is geselecteerd in de stand Diafragmavoorkeuze of Handmatig. Vergrendeling is niet beschikbaar in de stand Geprogrammeerd automatisch.
Pagina 150
❚❚ Diafragmavergrendeling U vergrendelt het diafragma op de geselecteerde waarde door de knop F in te drukken en aan de secundaire instelschijf te draaien totdat het pictogram R wordt weergegeven in de zoeker en het bovenste LCD-venster. Secundaire F knop instelschijf U ontgrendelt het diafragma door de knop F ingedrukt te houden en aan de...
Belichtingsvergrendeling (AE) Gebruik belichtingsvergrendeling als u de compositie van een foto wilt wijzigen nadat u de belichting hebt gemeten. Selecteer centrumgerichte Selectieknop lichtmeting meting of spotmeting (p. 110). Matrixmeting levert niet het gewenste resultaat op met belichtingsvergrendeling. Als u centrumgerichte meting gebruikt, selecteert u met de multi-selector het middelste scherpstelpunt (p.
Pagina 152
Pas de compositie aan. Houd de knop AE-L/AF-L ingedrukt, pas de compositie aan en maak de foto.
Pagina 153
Gemeten gebied Bij spotmeting wordt de belichting vergrendeld op de waarde die wordt gemeten in een cirkel van 4 mm die gecentreerd is op het geselecteerde scherpstelpunt. Bij centrumgerichte lichtmeting zal de belichting worden vergrendeld op de waarde die wordt gemeten in het midden van de zoeker (het standaard gebied voor centrumgerichte lichtmeting is een cirkel van 12 mm in het midden van de zoeker).
Belichtingscorrectie Belichtingscorrectie wordt gebruikt om de belichtingswaarde die de camera voorstelt te wijzigen, zodat u foto’s lichter of donkerder kunt maken. In de belichtingsstand h wordt alleen de belichtingsinformatie in de elektronische analoge belichtingsaanduiding gewijzigd. De sluitertijd en het diafragma veranderen niet. U kiest een waarde voor belichtingscorrectie door de knop E ingedrukt te houden en aan de hoofdinstelschijf te draaien totdat de gewenste waarde wordt weergegeven in de zoeker of het...
Pagina 155
De belichtingscorrectie kan worden ingesteld op een waarde tussen –5 LW (onderbelichting) en +5 LW (overbelichting) in stappen van LW. Kies een positieve waarde om het onderwerp lichter te maken of een negatieve waarde om het onderwerp donkerder te maken. –1 LW Geen +1 LW...
Bracketing De camera biedt drie soorten bracketing: belichtingsbracketing, flitsbracketing en witbalansbracketing. Bij belichtingsbracketing (p. 131) past de camera voor elke opname de belichtingscorrectie aan, terwijl bij flitsbracketing (p. 131) voor elke opname de flitssterkte wordt aangepast (alleen in de flitssturingsstand i-DDL of, voor de SB-900 en SB-800, automatisch diafragma;...
Pagina 157
❚❚ Belichtings- en flitsbracketing Selecteer belichtings- of flitsbracketing. Kies het type bracketing dat wordt uitgevoerd via persoonlijke instelling e4 ([Inst. voor auto bracketing], p. 328). Kies [AE & flits] (de standaardinstelling) als u zowel de belichting als de flitssterkte wilt variëren. Kies [Alleen AE] als u alleen de belichting wilt variëren of kies [Alleen flits] als u alleen de flitssterkte wilt variëren.
Pagina 158
Selecteer een stapgrootte voor de belichting. Houd de knop BKT ingedrukt en draai aan de secundaire instelschijf om de stapgrootte voor de belichting te kiezen. Stapgrootte belichting Bovenste LCD- BKT knop Secundaire venster instelschijf Bij de standaardinstellingen kan de stapgrootte worden gekozen uit en 1 LW.
Pagina 159
Kadreer, stel scherp en maak de foto. De camera varieert de belichting en/of de flitssterkte per opname, op basis van het geselecteerde bracketingprogramma. Wijzigingen in de belichting worden opgeteld bij wijzigingen die zijn aangebracht via belichtingscorrectie (zie pagina 128), zodat het mogelijk is een belichtingscorrectie van meer dan 5 LW toe te passen.
Pagina 160
❚❚ Bracketing annuleren U annuleert bracketing door de knop BKT ingedrukt te houden en aan de hoofdinstelschijf te draaien totdat het aantal opnamen in de bracketingserie op nul staat (r) en M niet meer wordt weergegeven in het LCD-venster boven op de camera. De volgende keer dat u bracketing activeert, wordt het laatst gebruikte programma hersteld.
Pagina 161
❚❚ Witbalansbracketing Selecteer witbalansbracketing. Kies [Witbalans bracketing] voor persoonlijke instelling e4 ([Inst. voor auto bracketing], p. 328). Selecteer het aantal opnamen. Houd de knop BKT ingedrukt en draai aan de hoofdinstelschijf om het aantal opnamen in de bracketingserie te kiezen. Het aantal opnamen wordt weergegeven in het bovenste LCD-venster.
Pagina 162
Selecteer een stapgrootte voor de witbalans. Houd de knop BKT ingedrukt en draai aan de secundaire instelschijf om de witbalansinstelling te kiezen. Elke stap is ongeveer equivalent met 5 mired. Stapgrootte witbalans BKT knop Secundaire Bovenste instelschijf LCD-venster Kies uit stappen van 1 (5 mired), 2 (10 mired) of 3 (15 mired). Hoe hoger de B-waarde, hoe meer blauw;...
Pagina 163
Kadreer, stel scherp en maak de foto. Bij elke opname wordt het aantal kopieën gemaakt dat is ingesteld in het bracketingprogramma, waarbij elke kopie een andere witbalans heeft. Wijzigingen in de witbalans worden opgeteld bij de witbalansinstelling die is aangebracht met de fijnafstelling voor de witbalans.
Pagina 164
❚❚ Bracketing annuleren U annuleert bracketing door de knop BKT ingedrukt te houden en aan de hoofdinstelschijf te draaien totdat het aantal opnamen in de bracketingserie op nul (r) staat en W niet meer wordt weergegeven in de LCD-vensters. De volgende keer dat u bracketing activeert, wordt het laatst gebruikte programma hersteld.
Witbalans – Zorgen voor natuurlijke kleuren De kleur van het licht dat wordt gereflecteerd op een voorwerp hangt af van de kleur van de lichtbron. Het menselijk brein kan zich aanpassen aan wijzigingen in de kleur van de lichtbron, met als resultaat dat witte voorwerpen wit zijn wanneer we ze zien in de schaduw, in direct zonlicht of onder gloeilampverlichting.
Witbalansopties Als u een foto met natuurlijke kleuren wilt maken, kiest u van tevoren een witbalansinstelling die past bij de lichtbron. De volgende opties zijn beschikbaar: Kleurtemp. Optie Beschrijving De witbalans wordt automatisch aangepast op basis van de kleurtemperatuur die wordt gemeten door de beeldsensor en de 1005-segments RGB-sensor.
Pagina 167
Kleurtemp. Optie Beschrijving Voor gebruik met een optionele N Flitslicht 5.400 flitser. Voor onderwerpen bij daglicht onder G Bewolkt 6.000 een bewolkte hemel. Voor onderwerpen bij daglicht in de M Schaduw 8.000 schaduw. 2.500– Kies de kleurtemperatuur uit een lijst K Kies kleurtemperatuur 10.000 met waarden (p.
Pagina 168
Studioflitsers De automatische witbalans levert mogelijk niet het gewenste resultaat op bij gebruik van grote studioflitsers. Kies een kleurtemperatuur, gebruik de vooringestelde witbalans of stel de witbalans in op [Flitslicht] en gebruik fijnafstelling om de witbalans aan te passen. Kleurtemperatuur De waargenomen kleur van een lichtbron hangt af van de kijker en van andere omstandigheden.
Fijnafstelling witbalans De witbalans kan verder worden aangepast om variaties in de kleur van de lichtbron te corrigeren of om een foto opzettelijk een kleurzweem te geven. U kunt de witbalans nauwkeuriger afstellen met de optie [Witbalans] in het opnamemenu of door de knop WB ingedrukt te houden en aan de secundaire instelschijf te draaien.
Pagina 170
Pas de witbalans verder aan. Gebruik de multi-selector om de witbalans nauwkeurig af te stellen. U kunt de witbalans fijn afstellen op de as amber Coördinaten Instelling (A)–blauw (B) en op de as groen (G)–magenta (M). Op de horizontale as (amber-blauw) kunt u de kleurtemperatuur aanpassen, waarbij elke stap equivalent is met circa 5 mired.
Pagina 171
Fijnafstelling witbalans De kleuren op de assen voor fijnafstelling zijn relatief, niet absoluut. Als u de cursor bijvoorbeeld in de richting van B (blauw) verplaatst wanneer een “warme” instelling als J (gloeilamplicht) is geselecteerd voor witbalans, worden foto’s iets “kouder” maar niet blauw. “Mired”...
Pagina 172
❚❚ De knop WB Bij andere instellingen dan K ([Kies kleurtemperatuur]) of L ([Handmatige preset]) kunt u met de knop WB de witbalans fijn afstellen op de as amber (A)–blauw (B) (p. 144; als K of L is geselecteerd, kunt u de witbalans fijn afstellen via het opnamemenu, zoals wordt beschreven op pagina 143).
Een kleurtemperatuur kiezen Als K ([Kies kleurtemperatuur]) is geselecteerd voor witbalans, kunt u de kleurtemperatuur selecteren door de knop WB ingedrukt te houden en aan de secundaire instelschijf te draaien. De kleurtemperatuur wordt weergegeven in het achterste LCD-venster: Achterste LCD-venster WB knop Secundaire instelschijf Kies kleurtemperatuur...
Handmatige preset U kunt de handmatige preset gebruiken om aangepaste witbalansinstellingen op te slaan en opnieuw te gebruiken als u fotografeert bij verschillende soorten licht of om lichtbronnen met een duidelijke kleurzweem te corrigeren. Er zijn twee methoden voor het instellen van de vooringestelde witbalans: Methode Beschrijving Een neutraal grijs of wit voorwerp wordt geplaatst...
Pagina 175
De camera kan maximaal vijf waarden voor vooringestelde witbalans opslaan in de presets d-0 tot en met d-4. U kunt een beschrijvende opmerking toevoegen aan elke witbalanspreset (p. 159). Hierin wordt de laatst gemeten waarde voor de witbalans opgeslagen (p. 150). Deze preset wordt overschreven wanneer een nieuwe waarde wordt gemeten.
Pagina 176
❚❚ Een waarde meten voor de witbalans Belicht een referentievoorwerp. Plaats een neutraal wit of grijs voorwerp in het licht dat voor de uiteindelijke foto wordt gebruikt. In een studio kan een standaard grijskaart als referentievoorwerp worden gebruikt. Bij het meten van de witbalans wordt de belichting automatisch met 1 LW verhoogd;...
Pagina 177
Selecteer de stand voor direct meten. SHOOT Laat de knop WB kort los en houd de CUSTOM knop vervolgens ingedrukt totdat het Bovenste pictogram L begint te knipperen. Er LCD-venster verschijnt ook een knipperende D in het bovenste LCD-venster en in de zoeker.
Pagina 178
Controleer het resultaat. Als de camera een waarde voor de witbalans heeft gemeten, knippert C in de LCD-vensters, terwijl a Bovenste LCD-venster knippert in de zoeker. Bij de standaardinstellingen knipperen de aanduidingen gedurende circa zes seconden. Achterste LCD-venster Zoeker Als de verlichting te donker of te licht is, kan de camera de witbalans mogelijk niet meten.
Pagina 179
Stand voor direct meten Als geen handelingen plaatsvinden terwijl de aanduidingen knipperen, wordt de stand voor direct meten beëindigd na de tijdsduur die is ingesteld voor persoonlijke instelling c2 ([Lichtmeter automatisch uit], p. 318). De standaardinstelling is zes seconden. Preset d-0 De nieuwe waarde voor de witbalans wordt opgeslagen in preset d-0, waarbij automatisch de vorige waarde voor deze preset wordt vervangen...
Pagina 180
❚❚ Witbalans kopiëren van d-0 naar presets d-1–d-4 Voer de onderstaande stappen uit als u een gemeten waarde voor de witbalans wilt kopiëren van d-0 naar andere presets (d-1–d-4). Selecteer L ([Handmatige preset]). Markeer [Handmatige preset] in het witbalansmenu (p. 140) en druk op2.
Pagina 181
❚❚ Witbalans van een foto kopiëren (alleen d-1–d-4) Voer de onderstaande stappen uit als u de waarde voor de witbalans van een foto op de geheugenkaart wilt kopiëren naar een geselecteerde preset (alleen d-1–d-4). Bestaande witbalanswaarden kunnen niet worden gekopieerd naar preset d-0.
Pagina 182
Markeer een bronfoto. Markeer de bronfoto. Druk op de knop N als u de gemarkeerde foto schermvullend wilt weergeven. Als twee geheugenkaarten zijn geplaatst, kunt u de sleuf selecteren door de knop N ingedrukt te houden en op 1 te drukken. Het menu rechts wordt weergegeven (p.
Pagina 183
❚❚ Een witbalanspreset selecteren U stelt de witbalans als volgt in op een vooringestelde waarde: Selecteer L ([Handmatige preset]). Markeer [Handmatige preset] in het witbalansmenu (p. 140) en druk op2. Selecteer een preset. Markeer de gewenste preset en druk op het midden van de multi-selector.
Pagina 184
Een witbalanspreset selecteren: de knop WB Bij de instelling L ([Handmatige preset]) kunt u presets ook selecteren door de knop WB ingedrukt te houden en aan de secundaire instelschijf te draaien. De huidige preset wordt weergegeven in het achterste LCD-venster terwijl de knop WB wordt ingedrukt. Achterste LCD-venster WB knop...
Pagina 185
❚❚ Commentaar invoeren Voer de volgende stappen uit als u een beschrijvend commentaar van maximaal 36 tekens wilt toevoegen aan een geselecteerde witbalanspreset. Selecteer L ([Handmatige preset]). Markeer [Handmatige preset] in het witbalansmenu (p. 140) en druk op2. Selecteer een preset. Markeer de gewenste preset en druk op het midden van de multi-selector.
Beeldoptimalisatie In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u verscherping, contrast, helderheid, verzadiging en tint optimaliseert met behulp van beeldinstellingen, hoe u details in hoge lichten en schaduwen behoudt met behulp van actieve D-lighting en hoe u een kleurruimte kiest. Beeldinstellingen ............. p. 162 Eigen beeldinstellingen maken..........
Omgekeerd kunt u beeldinstellingen die u met een softwareprogramma hebt gemaakt in de camera laden. Elke set beeldinstellingen produceert vrijwel hetzelfde resultaat op alle camera’s die het beeldinstellingsysteem van Nikon ondersteunen.
Pagina 189
Nikon kunt u ook optionele beeldinstellingen downloaden van de Nikon-websites. U kunt eigen beeldinstellingen maken door bestaande beeldinstellingen van Nikon aan te passen. Zowel de beeldinstellingen van Nikon als eigen beeldinstellingen kunnen worden gedeeld met compatibele apparaten en softwareprogramma’s.
Beeldinstellingen van Nikon selecteren De camera biedt vier vooraf geïnstalleerde beeldinstellingen van Nikon. Kies een beeldinstelling die past bij het onderwerp of het soort opname. Optie Beschrijving Standaardverwerking voor een evenwichtig Q Standaard resultaat. Aanbevolen voor de meeste situaties. Minimale verwerking voor een natuurlijk resultaat.
Pagina 191
Het beeldinstellingsraster Als u in stap 2 op de knop N drukt, wordt een beeldinstellingsraster weergegeven waarin het contrast en de verzadiging voor de geselecteerde beeldinstelling worden weergegeven in vergelijking met de andere beeldinstellingen (als u [Monochroom] selecteert, wordt alleen het contrast weergegeven).
Bestaande beeldinstellingen aanpassen U kunt bestaande beeldinstellingen van Nikon of eigen beeldinstellingen aanpassen aan het onderwerp of uw eigen creatieve wensen. Kies een evenwichtige combinatie van instellingen via de optie [Snel aanpassen] of pas de afzonderlijke instellingen handmatig aan. Selecteer een beeldinstelling.
Pagina 193
❚❚ Opties voor beeldinstellingen Optie Beschrijving Kies een optie tussen [–2] en [+2] als u het effect van de geselecteerde beeldinstelling wilt verminderen of versterken (hierdoor worden alle handmatige aanpassingen ongedaan gemaakt). Als u bijvoorbeeld een Snel aanpassen positieve waarde kiest voor [Levendig], worden alle foto’s levendiger.
Pagina 194
Actieve D-Lighting [Contrast] en [Helderheid] kunnen niet worden aangepast wanneer Actieve D-Lighting (p. 181) is ingeschakeld. Iedere handmatige aanpassing in uitvoering zal verloren gaan wanneer actieve D-Lighting is ingeschakeld. “A”(Automatisch) De resultaten van automatisch contrast en automatische verzadiging hangen af van de belichting en de positie van het onderwerp in het beeld.
Pagina 195
Filtereffecten (alleen bij Monochroom) De opties in dit menu bootsen het effect van kleurfilters op monochrome foto’s na. De volgende filtereffecten zijn beschikbaar: Optie Beschrijving Geel Vergroot het contrast. Kan worden gebruikt om de helderheid van de lucht in landschapsfoto’s te verlagen. Oranje creëert Oranje een groter contrast dan geel, rood creëert een groter contrast Rood...
Eigen beeldinstellingen maken De beeldinstellingen die door Nikon vooraf zijn geïnstalleerd, kunnen worden aangepast en als eigen beeldinstellingen worden opgeslagen. Selecteer [Beeldinstelling beheren]. Markeer [Beeldinstelling beheren] in het opnamemenu (p. 290) en druk op2. Selecteer [Opslaan/ bewerken]. Markeer [Opslaan/bewerken] en druk op 2.
Pagina 197
Selecteer een beeldinstelling. Markeer een bestaande beeldinstelling en druk op 2 of druk op J om verder te gaan met stap 5 en een kopie van de gemarkeerde beeldinstelling op te slaan zonder deze te wijzigen. Bewerk de geselecteerde beeldinstelling. Zie pagina 167 voor meer informatie.
Pagina 198
Geef een naam op voor de beeldinstelling. Toetsen- bordveld Het venster voor tekstinvoer Naamveld wordt weergegeven (zie rechts). Voor nieuwe beeldinstellingen wordt standaard een tweecijferig nummer toegevoegd (automatisch toegewezen) aan de naam van de bestaande beeldinstelling. U kunt deze naam bewerken zoals hieronder wordt beschreven.
Pagina 199
(p. 167). Eigen beeldinstellingen die zijn gebaseerd op de instelling [Monochroom], beschikken over de opties [Filtereffecten] en [Kleurtoon] in plaats van [Verzadiging] en [Tint]. Het pictogram voor de oorspronkelijke beeldinstelling De beeldinstelling van Nikon waarop de eigen Pictogram voor beeldinstelling is gebaseerd, wordt aangegeven oorspronkelijke...
Eigen beeldinstellingen delen Eigen beeldinstellingen die u hebt gemaakt met de Picture Control Utility van ViewNX of optionele software als Capture NX 2, kunt u naar een geheugenkaart kopiëren en in de camera laden. Omgekeerd kunt u beeldinstellingen die u met de camera hebt gemaakt, naar de geheugenkaart kopiëren en in compatibele camera’s en softwareprogramma’s gebruiken.
Pagina 201
Selecteer een bestemming. Kies een bestemming voor de eigen beeldinstelling (C-1–C-9) en druk op 2. Geef een naam op voor de beeldinstelling. Geef een naam op voor de beeldinstelling, zoals wordt beschreven op pagina 172. De nieuwe beeldinstelling wordt weergegeven in de lijst met beeldinstellingen.
Pagina 202
U kunt op elk gewenst moment maximaal 99 eigen beeldinstellingen op de geheugenkaart opslaan. Alleen beeldinstellingen die door de gebruiker zijn gemaakt, kunnen op de geheugenkaart worden opgeslagen. De beeldinstellingen die door Nikon vooraf zijn geïnstalleerd, kunnen niet worden gekopieerd naar de geheugenkaart.
Eigen beeldinstellingen beheren Voer de onderstaande stappen uit als u eigen beeldinstellingen een andere naam wilt geven of wilt wissen. ❚❚ De naam van eigen beeldinstellingen wijzigen Selecteer [Hernoemen]. Markeer [Hernoemen] in het menu [Beeldinstelling beheren] en druk op 2. Selecteer een beeldinstelling.
Pagina 204
2. Selecteer [Ja]. Markeer [Ja] en druk op J om de geselecteerde beeldinstelling te wissen. Beeldinstellingen van Nikon De beeldinstellingen die door Nikon vooraf zijn geïnstalleerd ([Standaard], [Neutraal], [Levendig] en [Monochroom]), kunnen geen andere naam krijgen of worden gewist.
Pagina 205
❚❚ Eigen beeldinstellingen van de geheugenkaart wissen Selecteer [Laden/opslaan]. Markeer [Laden/opslaan] in het menu [Beeldinstelling beheren] en druk op 2. Selecteer [Wissen van kaart]. Markeer [Wissen van kaart] en druk op 2.
Pagina 206
Selecteer een beeldinstelling. Markeer een eigen beeldinstelling (1–99) en: • druk op 2 om de huidige instellingen weer te geven of • druk op J om het bevestigingsvenster rechts weer te geven. Selecteer [Ja]. Markeer [Ja] en druk op J om de geselecteerde beeldinstelling te wissen.
Actieve D-Lighting Met actieve D-Lighting blijven details in de hoge lichten en de schaduwen behouden, wat foto’s met een natuurlijk contrast oplevert. Gebruik deze functie voor onderwerpen met een hoog contrast, bijvoorbeeld wanneer u vanuit een deur of raam een fel verlicht buitentafereel fotografeert, of wanneer u op een zonnige dag foto’s maakt van onderwerpen in de schaduw.
Pagina 208
Actieve D-lighting gebruiken: Selecteer [Actieve D-Lighting]. Markeer [Actieve D-Lighting] in het opnamemenu (p. 290) en druk op 2. Kies een optie. Markeer een optie en druk op J. Kies [Automatisch] om de camera automatisch te laten kiezen uit [Hoog], [Normaal] of [Laag] naargelang de opnameomstandigheden.
Kleurruimte De kleurruimte bepaalt het gamma van kleuren die beschikbaar zijn voor kleurreproductie. Kies een kleurruimte op basis van de manier waarop foto’s buiten de camera worden verwerkt. Optie Beschrijving sRGB Kies deze optie voor foto’s die zonder verdere (standaard) bewerking worden afgedrukt of gebruikt.
Pagina 210
Raadpleeg de documentatie bij de toepassing of het apparaat voor meer informatie. Nikon-software De volgende Nikon-software selecteert automatisch de juiste kleurruimte bij het openen van foto’s die zijn genomen met de D3X: ViewNX (meegeleverd) en Capture NX 2 (apart verkrijgbaar).
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de camera gebruikt met optionele flitsers die Nikon’s Creatieve Verlichtingssysteem (CVS) ondersteunen. Het Creatieve Verlichtingssysteem (CVS) van Nikon.. p. 186 Compatibele flitsers............p. 187 CVS-compatibele flitsers............... p. 187 Andere flitsers ................... p. 191 i-DDL-flitssturing..............
De CVS-compatibele D3X kan worden gebruikt voor flitsfotografie als een optionele flitser op het accessoireschoentje van de camera is bevestigd. Een flitser kan niet alleen worden gebruikt wanneer...
Compatibele flitsers CVS-compatibele flitsers De D3X kan worden gebruikt met de volgende CVS-compatibele flitsers: de SB-900, SB-800, SB-600, SB-400, SB-R200 en SU-800. ❚❚ De SB-900, SB-800, SB-600, SB-400 en SB-R200 De belangrijkste kenmerken van deze flitsers worden vermeld in de onderstaande tabel.
Pagina 214
Richtgetal Als u het bereik van de flitser op vol vermogen wilt berekenen, deelt u het richtgetal door het diafragma. Bij ISO 100 heeft de SB-800 bijvoorbeeld een richtgetal van 38 m. Het bereik bij een diafragma van f/5.6 is dan 38÷5,6 ofwel circa 6,8 meter.
Pagina 215
De SB-900, SB-800, SB-600, SB-400, SB-R200 en SU-800 ondersteunen de volgende functies: Flitser Geavanceerde draadloze flitssturing Commander Afstandsbediening SB-900 SB-900 SB-900 Flitsstand/-functie SB-600 SB-400 SU-800 SB-600 SB-R200 SB-800 SB-800 SB-800 i-DDL uitgebalanceerde ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ i-DDL invulflits voor digitale reflexcamera’s...
Pagina 216
De WG-AS1 Waterbescherming De optionele WG-AS1 is een waterbescherming die de basis van de flitsereenheid SB-900 bedekt, en is gemonteerd op de D3X. Op die manier wordt de spatweerstand van de SB-900 verhoogd door de contacten van het accessoireschoentje te beschermen tegen regen en waternevel.
Nikon’s Creatieve Verlichtingssysteem ondersteunt, raadpleegt u het hoofdstuk over CVS-compatibele digitale reflexcamera’s. In de handleiding van de SB-80DX, SB-28DX en SB-50DX wordt de D3X niet vermeld in het overzicht van digitale reflexcamera's. i-DDL-flitssturing kan worden gebruikt bij ISO-gevoeligheden tussen 100 en 1600.
Pagina 218
De SB-900, SB-800, SB-600 en SB-400 leveren rode-ogenreductie in de standen rode-ogenreductie en lange sluitertijd + rode-ogenreductie, terwijl de SB-900, SB-800, SB-600 en SU-800 AF-hulpverlichting voorzien wanneer de voorwaarden voor AF-hulpverlichting zijn vervuld. Wanneer gebruikt met AF-objectieven met een brandpuntafstand van 17-135 mm levert de SB-900 AF-hulpverlichting (actieve AF-hulpverlichting) voor alle brandpuntafstanden;...
i-DDL-flitssturing Als een CVS-compatibele flitser is ingesteld op DDL, selecteert de camera automatisch een van de volgende soorten flitssturing: i-DDL uitgebalanceerde invulflits voor digitale reflexcamera’s: De flitser geeft een reeks vrijwel onzichtbare voorflitsen (monitor-voorflitsen) af direct voor de hoofdflits. Voorflitsen die worden weerkaatst door voorwerpen in alle delen van het beeld, worden opgevangen door een 1.005-pixel RGB-sensor en worden geanalyseerd in combinatie met afstandsinformatie van het matrixmeetsysteem, waarna de flitssterkte...
Flitsstanden De camera ondersteunt de volgende flitsstanden: Flitsstand Beschrijving Deze stand wordt aanbevolen voor de meeste situaties. In de standen Geprogrammeerd automatisch en Diafragmavoorkeuze wordt de sluitertijd automatisch Synchronisatie ingesteld op een waarde tussen sec. ( 8000 met eerste sec. bij automatische FP high-speed gordijn synchronisatie).
Pagina 221
Flitsstand Beschrijving Combineert rode-ogenreductie met lange sluitertijd. Te gebruiken bij het maken van portretten met een nachtlandschap als achtergrond. Alleen verkrijgbaar met Rode- SB-900, SB-800, SB-600 en SB-400 in belichtingsstand e ogenreductie en g. Een statief is aanbevolen om onscherpte door met lange cameratrilling te voorkomen.
Pagina 222
❚❚ Een flitsstand kiezen U kiest een flitsstand door de knop M ingedrukt te houden en aan de hoofdinstelschijf te draaien totdat de gewenste flitsstand is geselecteerd in het bovenste LCD-venster: Hoofdinstelschijf M knop Synchronisatie met Synchronisatie met Lange sluitertijd eerste gordijn tweede gordijn Rode-ogenreductie met...
Pagina 223
Studioflitsers Synchronisatie met tweede gordijn kan niet worden gebruikt met studioflitsers aangezien in dit geval de juiste synchronisatie niet kan worden verkregen. Sluitertijd en diafragma De sluitertijd en het diafragma kunnen als volgt worden ingesteld als een flitser wordt gebruikt: Stand Sluitertijd Diafragma...
FV-vergrendeling Deze functie wordt gebruikt om de flitssterkte te vergrendelen, zodat u de compositie kunt aanpassen zonder dat de flitssterkte wordt gewijzigd. Zo weet u zeker dat de flitssterkte geschikt is voor het onderwerp, zelfs als het onderwerp zich niet in het midden van het beeld bevindt.
Pagina 225
Stel scherp. Plaats het onderwerp in het midden van het beeld en druk de ontspanknop half in om de scherpstelling te activeren. Vergrendel de flitssterkte. Controleer of de flitsgereedaanduiding (M) in de zoeker wordt weergegeven en druk op de knop Fn. De flitser geeft een monitor-voorflits af om de juiste Fn knop flitssterkte te bepalen.
Pagina 226
Hef de FV-vergrendeling op. Druk op de knop Fn om de FV-vergrendeling op te heffen. Controleer of de pictogrammen voor FV-vergrendeling (P en e) niet meer worden weergegeven in het bovenste LCD-venster en in de zoeker. Lichtmeting De lichtmeetgebieden voor FV-vergrendeling zijn: Flitser Flitsstand Gemeten gebied...
250 V, kan dit niet alleen de normale werking verstoren, maar kunnen ook de synchronisatieschakelingen van de camera of de flitser beschadigd raken. Als u een Nikon-flitser wilt gebruiken die niet in dit hoofdstuk wordt vermeld, raadpleegt u eerst de technische dienst van...
Overige opnameopties In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de standaardinstellingen herstelt, meervoudige belichtingen en intervalopnamen maakt, en GPS-apparaten en niet-CPU-objectieven gebruikt. Reset met twee knoppen: Standaardinstellingen terugzetten ..............p. 204 Meervoudige belichting ..........p. 206 Intervalopnamen ............. p. 211 Objectieven zonder CPU..........
Reset met twee knoppen: Standaardinstellingen terugzetten U kunt de standaardwaarden van de hieronder vermelde camera-instellingen herstellen door de knoppen ISO en WB meer dan twee seconden tegelijk ingedrukt te houden. (Deze knoppen worden aangegeven met een groene stip.) De LCD-vensters worden kort uitgeschakeld knop knop terwijl de instellingen worden teruggezet.
Pagina 231
De volgende opties in het opnamemenu worden ook teruggezet. Alleen de instellingen in de geheugenbank die is geselecteerd via de optie [Geheugenbank opnamemenu] worden teruggezet (p. 291). De instellingen in de overige geheugenbanken veranderen niet. Optie Standaard Optie Standaard Beeldkwaliteit JPEG Normaal Witbalans Automatisch...
Meervoudige belichting Voer de onderstaande stappen uit als u een reeks van twee tot tien opnamen wilt opslaan als één foto. Meervoudige belichtingen kunnen worden opgenomen met elke instelling voor beeldkwaliteit en omdat gebruik wordt gemaakt van RAW- gegevens van de beeldsensor van de camera, zijn de kleuren van deze foto’s aanzienlijk beter dan de kleuren van foto’s die in een beeldbewerkingsprogramma zijn samengevoegd.
Pagina 233
Selecteer het aantal belichtingen. Druk op 1 of 3 om het aantal opnamen te selecteren dat u wilt maken voor één foto en druk op J. Selecteer [Automatische versterking]. Markeer [Automatische versterking] en druk op 2. Stel de versterking in. Markeer een van de volgende opties en druk op J.
Pagina 234
Selecteer [Gereed]. Markeer [Gereed] en druk op Het pictogram n wordt weergegeven in het bovenste LCD-venster. Als u wilt afsluiten zonder een SHOOT meervoudige belichting te CUSTOM maken, selecteert u [Meervoudige belichting] > [Terugzetten] in het opnamemenu. Kadreer, stel scherp en maak de foto.
Pagina 235
Meervoudige belichting Verwijder of vervang de geheugenkaart niet tijdens een meervoudige belichting. In de stand Livebeeld (p. 90) kunt u geen meervoudige belichtingen maken. De informatie in het scherm met foto-informatie (waaronder de opnamedatum en de camerastand) geldt voor de eerste opname van een meervoudige belichting.
Pagina 236
❚❚ Een meervoudige belichting onderbreken Wanneer u in het opnamemenu de optie [Meervoudige belichting] selecteert tijdens een meervoudige belichting, worden de rechts getoonde opties weergegeven. Als u een meervoudige belichting wilt beëindigen voordat het opgegeven aantal opnamen is gemaakt, markeert u [Annuleren] en drukt u op J.
Intervalopnamen Met de camera kunt u automatisch foto’s maken met vooraf ingestelde intervallen. Selecteer [Intervalopnamen]. Markeer [Intervalopnamen] in het opnamemenu (p. 290) en druk op 2. Selecteer een starttijd. Markeer een van de volgende opties voor [Starttijd kiezen] en druk op 2. •...
Pagina 238
Kies een starttijd. Druk op 4 of 2 om de uren of minuten te markeren; druk op 1 of 3 om de waarde te wijzigen. De starttijd wordt niet weergegeven als [Nu] is geselecteerd voor [Starttijd kiezen]. Kies een interval. Druk op 4 of 2 om de uren, minuten of seconden te markeren;...
Pagina 239
Start de opname. Markeer [Start] > [Aan] en druk op J (als u wilt terugkeren naar het opnamemenu zonder de intervalopname te starten, markeert u [Start] > [Uit] en drukt u op J). De eerste reeks foto’s wordt op de opgegeven starttijd gemaakt. De opname gaat door met het geselecteerde interval totdat alle opnamen zijn gemaakt.
Pagina 240
Geen geheugen meer Als de geheugenkaart vol is, blijft de stand voor intervalopname actief maar worden geen foto’s genomen. Verwijder enkele foto’s of schakel de camera uit en plaats een andere geheugenkaart, zodat u de opname kunt hervatten (p. 215). Bracketing Pas de instellingen voor bracketing aan voordat u een intervalopname start.
Pagina 241
❚❚ Intervalopnamen pauzeren U kunt intervalopnamen als volgt pauzeren: • Druk tussen twee intervallen op de knop J. • Markeer [Start] > [Pauze] in het menu voor intervalopnamen en druk op J. • Zet de camera uit en weer aan. (Wanneer de camera uit staat, kunt u eventueel de geheugenkaart vervangen.) •...
Pagina 242
❚❚ Intervalopnamen onderbreken Intervalopnamen eindigen automatisch als de batterij leeg is. U kunt intervalopnamen ook op de volgende manieren beëindigen: • Selecteer [Start] > [Uit] in het menu voor intervalopnamen. • Voer een reset met twee knoppen uit (p. 204). •...
Pagina 243
Geheugenbanken opnamemenu Wijzigingen in de instellingen voor intervalopnamen worden toegepast op alle geheugenbanken van het opnamemenu (p. 291). Als de instellingen voor het opnamemenu worden teruggezet met de optie [Opnamemenu terugzetten] in het opnamemenu (p. 290), worden de instellingen voor intervalopnamen teruggezet op de volgende waarden: •...
Objectieven zonder CPU Als u gegevens over het objectief (brandpuntsafstand en maximaal diafragma) opgeeft, hebt u toegang tot diverse functies voor CPU-objectieven wanneer u een niet-CPU-objectief gebruikt. Als de brandpuntsafstand van het objectief bekend is: • Automatische zoom kan worden gebruikt met de flitsers SB-900, SB-800 en SB-600 (apart verkrijgbaar).
Pagina 245
❚❚ Het menu Niet-CPU-objectief Selecteer [Niet-CPU- objectief]. Markeer [Niet-CPU-objectief ] in het setup-menu (p. 346) en druk op 2. Selecteer een objectiefnummer. Markeer [Objectiefnummer] en druk op 4 of 2 om een objectiefnummer te selecteren (1–9). Selecteer een brandpuntsafstand. Markeer [Brandpuntsafstand (mm)] en druk op 4 of 2 om een brandpuntsafstand te selecteren (6–4.000 mm).
Pagina 246
Selecteer [Gereed]. Markeer [Gereed] en druk op J. De brandpuntsafstand en het diafragma die u hebt opgegeven, worden opgeslagen onder het geselecteerde objectiefnummer. U kunt deze combinatie van brandpuntsafstand en diafragma op elk gewenst moment oproepen door het objectiefnummer te selecteren met de bedieningsknoppen op de camera, zoals hieronder wordt beschreven.
MC-35 GPS-adapterkabel (p. 222). ❚❚ Het GP-1 GPS-apparaat De GP-1 is een optioneel GPS-apparaat dat werd ontworpen voor gebruik met digitale camera’s van Nikon. Voor meer informatie over het aansluiten van het apparaat, raadpleegt u de handleiding bij de GP-1.
Pagina 248
❚❚ Andere GPS-apparaten Optionele Garmin GPS-apparaten die voldoen aan versie 2.01 of 3.01 van het National Marine Electronics Association NMEA0183 gegevensformaat kunnen worden aangesloten op de 10-pins afstandsbedieningaansluiting door middel van een MC-35 GPS- adapterkabel (apart verkrijgbaar; p. 393). De werking werd gecontroleerd met de reeksen Garmin eTrex en Garmin geko die zijn uitgerust met een kabelaansluiting voor PC-interface.
Pagina 249
❚❚ Het pictogram k Wanneer de camera een verbinding tot stand heeft gebracht met een GPS- apparaat, verschijnt het pictogram k in het SHOOT CUSTOM bovenste lcd-venster. De foto-informatie voor foto's die worden genomen wanneer het pictogram k wordt weergegeven, bevat een pagina met GPS- gegevens (p.
Pagina 250
❚❚ Opties in het setup-menu Het onderdeel [GPS] in het setup-menu bevat de onderstaande opties. • [Meter uit]: Kies of de lichtmeters automatisch moeten worden uitgeschakeld wanneer een GPS-apparaat is aangesloten. Optie Beschrijving De lichtmeters worden automatisch uitgeschakeld als gedurende de tijdsduur die is opgegeven voor persoonlijke instelling c2 ([Lichtmeter automatisch Inschakelen uit]) geen handelingen worden uitgevoerd.
Meer informatie over weergave – Weergaveopties In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u foto’s kunt weergeven en welke handelingen u kunt uitvoeren in de weergavestand. Schermvullende weergave..........p. 226 Foto-informatie ..............p. 229 Meerdere foto’s weergeven: Miniatuurweergave..p. 241 Foto’s van dichtbij bekijken: Zoomweergave ..... p. 243 Foto’s tegen verwijderen beveiligen ......
Schermvullende weergave Als u foto’s wilt weergeven, drukt u op de knop K. De laatst gemaakte foto wordt op de monitor weergegeven. Multi-selector Secundaire instelschijf O knop K knop G knop N knop L knop J knop H knop Hoofdinstelschijf Draai portret Als u “staande”...
Pagina 253
Functie Knop Beschrijving Druk op 2 als u foto’s in volgorde van opname wilt bekijken; druk op 4 als u Andere foto’s weergeven foto’s in omgekeerde volgorde wilt weergeven. Druk op 1 of 3 om informatie over de Foto-informatie weergeven geselecteerde foto weer te geven (p.
Pagina 254
Beeld terugspelen Wanneer [Aan] is geselecteerd voor [Beeld terugspelen] in het weergavemenu (p. 287), worden foto’s automatisch ongeveer 20 seconden (standaardinstelling) na opname op het scherm getoond (omdat de camera al juist georiënteerd is, worden de beelden tijdens beeld terugspelen niet automatisch gedraaid). Met enkel beeld, zelfontspanner en de ontspanstand voor hoge spiegelstand worden de foto’s tijdens opname één voor één getoond.
4 met opnamegegevens wordt enkel weergegeven wanneer copyrightinformatie werd geregistreerd bij de foto zoals beschreven op pagina 357). GPS-gegevens worden alleen weergegeven als de foto is genomen wanneer een GPS-apparaat is aangesloten. N I KON D3X LAT I TUDE 35 º 35 971 ' LONGI TUDE .
Pagina 256
❚❚ Bestandsinformatie 100NCD3X DSC _ 0001 . JPG N N OR ORMAL AL 2008 10 : 15 : 00 6048x4032 10 9 1 Pictogram spraakmemo..248 8 Beeldgrootte ........ 70 2 Beveiligingsstatus....244 9 Beeldgebied ......60 3 Retoucheeraanduiding..363 10 Beeldauthenticiteit ....356 4 Scherpstelpunt 11 Opnametijd ........
Pagina 257
❚❚ Hoge lichten 100 - 1 1 Pictogram spraakmemo..248 5 Hoge lichten ......282 2 Beveiligingsstatus....244 6 Mapnummer– 3 Retoucheeraanduiding..363 beeldnummer ......293 7 Huidig kanaal 4 Aanduiding hoge lichten..282 1 Wordt alleen weergegeven als [Hoge lichten] is geselecteerd voor [Weergavestand] (p.
Pagina 258
❚❚ RGB-histogram 100-1 1 Pictogram spraakmemo..248 6 Histogram (RGB-kanaal) In alle histogrammen staat de 2 Beveiligingsstatus..... 244 horizontale as voor de 3 Retoucheeraanduiding... 363 helderheid van de pixels en de 4 Hoge lichten ......282 verticale as voor het aantal pixels. 5 Mapnummer–...
Pagina 259
4 Hieronder ziet u enkele voorbeelden van histogrammen: • Als de foto voorwerpen met een uiteenlopende helderheid bevat, zal de toonverdeling relatief gelijkmatig zijn. • Als de foto donker is, zal de toonverdeling naar links zijn verschoven. • Als de foto licht is, zal de toonverdeling naar rechts zijn verschoven.
Pagina 260
85mm LENS 1. 4 Optional , TTL , + 1 . 3 FLASH MODE, SLOW 100 - 1 N I KON D3X 1 Pictogram spraakmemo..248 8 Objectiefgegevens....218 2 Beveiligingsstatus....244 9 Scherpstelstand ......74 3 Retoucheeraanduiding..363 Vibratiereductie (VR) ..........382...
Pagina 261
STANDARD QUI CK ADJUST S ARPENING CONTRAST BR IGHTNESS SATURAT ION 100 - 1 N I KON D3X 1 Pictogram spraakmemo..248 8 Verscherping......167 2 Beveiligingsstatus....244 9 Contrast ........167 3 Retoucheeraanduiding..363 10 Helderheid ........167 4 Witbalans ........140 11 Verzadiging ......167...
Pagina 262
CYANOTYPE TR I M R ING HAS COME . COMMENT R ING HAS COME . 3636 100 - 1 N I KON D3X 1 Pictogram spraakmemo..248 6 Vignetteringscorrectie....299 2 Beveiligingsstatus....244 7 Retoucheergeschiedenis ..363 3 Retoucheeraanduiding..363 8 Beeldcommentaar ....350...
Pagina 263
❚❚ Opnamegegevens pagina 4 ARTIST NIKON TARO : NI KON COPYRI GHT 100 - 1 N I KON D3X 1 Pictogram spraakmemo..248 6 Cameranaam 2 Beveiligingsstatus....244 7 Beeldgebied ....... 60 3 Retoucheeraanduiding..363 8 Mapnummer– 4 Naam van fotograaf....357 beeldnummer ......293...
Pagina 264
ALT I TUDE T I ME ( UTC ) 2008 01 15 00 105 . 17 º HEADING 100 - 1 N I KON D3X 1 Pictogram spraakmemo..248 7 UTC (Coordinated Universal Time) 2 Beveiligingsstatus....244 8 Kompasrichting 3 Retoucheeraanduiding..363...
Pagina 265
❚❚ Overzichtsgegevens 2 3 4 N I KON D3X 1 8000 , F2 . 8 Hi 0 . 3 85mm + 1 . 3 – 1. 3 REAR 10000 A6, M1 100NCD3X DSC _ 0001 . JPG N N OR ORMAL AL...
Pagina 266
N I KON D3X 1 8000 , F2 . 8 Hi 0 . 3 85mm + 1 . 3 – 1. 3 REAR 10000 A6, M1 100NCD3X DSC _ 0001 . JPG N N OR ORMAL AL 2008 10 : 15 : 00 6048x4032 18 Beeldinstelling ......
Meerdere foto’s weergeven: Miniatuurweergave Als u “contactvellen” van vier of negen beelden wilt weergeven, drukt u op de knop N en draait u aan de hoofdinstelschijf. Schermvullende Miniatuurweergave weergave...
Pagina 268
Wanneer miniaturen worden weergegeven, kunt u het volgende doen: Functie Knop Beschrijving Druk op de knop N en draai de Aantal weergegeven hoofdinstelschijf naar links om één, beelden wijzigen vier of negen beelden per pagina weer te geven. Druk op het midden van de multi- Schermvullende selector om te schakelen tussen weergave...
Foto’s van dichtbij bekijken: Zoomweergave Druk op de knop N en draai de hoofdinstelschijf naar rechts om in te zoomen op de foto die schermvullend wordt weergegeven of die is gemarkeerd in de miniatuurweergave. Wanneer de camera is ingezoomd, kunt u het volgende doen: Functie Knop Beschrijving...
Foto’s tegen verwijderen beveiligen In de schermvullende, zoom- of miniatuurweergave kunt u de knop L gebruiken om foto’s te beveiligen en zo te voorkomen dat u ze per ongeluk wist. Beveiligde bestanden kunnen niet worden verwijderd met de knop O of de optie [Wissen] in het weergavemenu.
Afzonderlijke foto’s wissen Als u een foto wilt wissen die schermvullend wordt weergegeven of die is gemarkeerd in de lijst met miniaturen, drukt u op de knop O. Eenmaal gewiste foto’s kunnen niet meer worden hersteld. Selecteer een foto. Geef de foto weer of markeer deze in de lijst met miniaturen. Druk op de knop O.
Pagina 272
Spraakmemo’s Als voor de geselecteerde foto een spraakmemo is opgenomen, verschijnt een bevestigingsbericht (zie rechts) wanneer u op de knop O drukt. • [Beeld/geluid]: Selecteer deze optie en druk op de knop O om zowel de foto als de spraakmemo te wissen. •...
Spraakmemo’s – Opnemen en afspelen De camera is voorzien van een ingebouwde microfoon, waarmee u spraakmemo’s aan foto’s kunt toevoegen. Spraakmemo’s kunnen worden afgespeeld via de ingebouwde luidspreker. Spraakmemo’s opnemen ..........p. 248 Spraakmemo’s afspelen ..........p. 253...
Spraakmemo’s opnemen Met behulp van de ingebouwde microfoon kunt u spraakmemo’s van maximaal 60 seconden aan foto’s toevoegen. De camera gereedmaken voor opname Voordat u een spraakmemo opneemt, kunt u in het setup-menu de gewenste opties selecteren voor [Spraakmemo] (p. 248), [Overschrijf spraakmemo] (p.
❚❚ Overschrijf spraakmemo Met deze optie kunt u bepalen of de spraakmemo voor de laatst gemaakte foto kan worden overschreven als de camera in de opnamestand staat. De volgende opties zijn beschikbaar: Optie Beschrijving Als er al een spraakmemo voor de laatst Uitschakelen gemaakte foto bestaat, kunt u geen (standaard)
Pagina 276
Automatische opname (opnamestand) Als [Aan (autom. en handm.)] is geselecteerd voor [Spraakmemo] (p. 248), wordt een spraakmemo toegevoegd aan de laatst gemaakte foto zodra deze is gemaakt. De opname eindigt wanneer u de knop H indrukt of als de ingestelde opnametijd is verstreken.
Pagina 277
Weergavestand U kunt als volgt een spraakmemo toevoegen aan de foto die momenteel schermvullend wordt weergegeven of die is gemarkeerd in de lijst met miniaturen (p. 226): Kies een foto. Geef de foto weer of markeer de foto. U kunt per foto slechts één spraakmemo opnemen;...
Pagina 278
Opname onderbreken De opname eindigt automatisch in de volgende gevallen: • De knop G wordt ingedrukt om de menu’s weer te geven. • De knop K wordt ingedrukt. • De ontspanknop wordt half ingedrukt. • De camera wordt uitgeschakeld. Tijdens intervalopnamen eindigt de opname automatisch circa twee seconden voordat de volgende foto wordt genomen.
Spraakmemo’s afspelen U kunt spraakmemo’s via de ingebouwde luidspreker van de camera afspelen wanneer de bijbehorende foto schermvullend wordt weergegeven of is gemarkeerd in de miniatuurweergave (p. 226, 242). Foto’s met een spraakmemo worden aangeduid met het pictogram h. Functie Knop Beschrijving Druk op H om het afspelen te starten.
Opties voor het afspelen van spraakmemo’s Met de optie [Geluid afspelen] in het setup- menu kunt u bepalen of spraakmemo’s worden afgespeeld via de ingebouwde luidspreker van de camera of via een apparaat dat met een HDMI- of een audio-/ videokabel op de camera is aangesloten.
Aansluitingen – De camera aansluiten op een extern apparaat In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u foto’s kopieert naar een computer, hoe u foto’s afdrukt en hoe u ze weergeeft op een televisie. Aansluiten op een computer ..........p. 256 Directe USB-aansluiting ..............p. 258 Draadloze en Ethernet-netwerken..........
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de camera aansluit op een computer met de meegeleverde UC-E4 USB-kabel. Zodra de camera is aangesloten, kunt u met het programma Nikon Transfer (meegeleverd) of met optionele softwareprogramma’s van Nikon, zoals Camera Control Pro 2, foto’s naar de computer kopiëren of de camera op afstand bedienen.
Pagina 283
[USB] in het setup-menu van de camera (p. 352) en selecteert u vervolgens [MTP/PTP] (standaard) of [Mass Storage], zoals hieronder wordt beschreven. Besturingssysteem Nikon Transfer Camera Control Pro 2 • Windows Vista Service Pack 1 (32-bits Home Basic/ Home Premium/Business/...
Directe USB-aansluiting Sluit de camera aan met de meegeleverde UC-E4 USB-kabel. Selecteer een USB-optie. Voordat u de camera aansluit op de computer, controleert u of de juiste optie is geselecteerd voor [USB] in het setup-menu van de camera (p. 257). Zet de camera uit.
Pagina 285
Foto’s overspelen. peel foto’s over naar de computer, zoals wordt beschreven in de online Help van Nikon Transfer. U kunt de online Help weergeven door Nikon Transfer te starten en [Nikon Transfer Help] te selecteren in het menu [Help] van Nikon Transfer.
Pagina 286
Windows XP Home Edition/Windows XP Professional Klik op het pictogram “Hardware veilig verwijderen” ( ) op de taakbalk en selecteer [USB-apparaat voor massaopslag] in het menu dat verschijnt. Mac OS X Sleep het cameravolume (“NIKON D3X”) naar de Prullenmand.
Draadloze en Ethernet-netwerken Als de optionele WT-4 draadloze transmitter is bevestigd, kunt u foto’s overspelen of afdrukken via een draadloos of Ethernet- netwerk. U kunt bovendien de camera bedienen via een netwerkcomputer met Camera Control Pro 2 (apart verkrijgbaar). De WT-4 kan in de volgende standen worden gebruikt: Stand Functie Nieuwe of bestaande foto’s uploaden naar een computer of...
Foto’s afdrukken Foto’s kunnen op een van de volgende manieren worden afgedrukt: • Sluit de camera aan op een printer en druk JPEG-foto’s rechtstreeks af vanuit de camera (p. 263). • Plaats de geheugenkaart in een printer die is voorzien van een kaartsleuf (raadpleeg de handleiding van de printer voor meer informatie).
Directe USB-aansluiting Als de camera via de meegeleverde USB-kabel is aangesloten op een PictBridge-compatibele printer, kunnen geselecteerde JPEG-foto’s rechtstreeks vanuit de camera worden afgedrukt. Foto’s maken Foto’s selecteren om af te drukken met [Printopdracht (DPOF)] (p. 272) Selecteer [MTP/PTP] in het menu [USB] van de camera en sluit de camera op de printer aan (p.
Pagina 290
❚❚ Aansluiten op een printer Sluit de camera aan met de meegeleverde UC-E4 USB-kabel. Kies [MTP/PTP]. Als voor de optie [USB] in het setup- menu van de camera een andere instelling is geselecteerd dan de standaardinstelling [MTP/PTP], geeft u het menu [USB] weer en selecteert u [MTP/PTP] (p.
Pagina 291
❚❚ Foto’s een voor een afdrukken Selecteer een foto. Druk op 4 of 2 om andere foto’s weer te geven of druk op de knop N en draai de hoofdinstelschijf naar rechts om in te zoomen op het huidige beeld (p. 243). Druk op K om terug te keren naar de schermvullende weergave.
Pagina 292
Pas de afdrukopties aan. Druk op 1 of 3 om een optie te markeren en druk op 2 om de optie te selecteren. Optie Beschrijving Het menu rechts wordt weergegeven. Druk op 1 of 3 om de paginagrootte te kiezen (als u wilt afdrukken met de Pagina- standaard paginagrootte voor de grootte...
Pagina 293
Optie Beschrijving Het menu rechts wordt weergegeven. Als u wilt afsluiten zonder de foto uit te snijden, markeert u [Niet uitsnijden] en drukt u op J. Als u de foto wilt uitsnijden, markeert u [Uitsnijden] en drukt u op 2. Als u [Uitsnijden] selecteert, verschijnt Uitsnijden het rechts afgebeelde venster.
Meerdere foto’s afdrukken Geef het PictBridge-menu weer. Druk in het PictBridge-weergavescherm op de knop G (zie Stap 4 op pagina 264). G knop Kies [Print selectie] of [Print (DPOF)]. Markeer een van de volgende opties en druk op 2. • [Print selectie]: Foto’s selecteren om af te drukken.
Pagina 295
Selecteer foto’s. Gebruik de multi-selector om door de foto’s op de geheugenkaart te bladeren. Druk op de knop N als u de huidige foto schermvullend L knop wilt weergeven. Als u de huidige foto wilt selecteren om af te drukken, drukt u op de knop L en vervolgens op 1.
Pagina 296
Pas de afdrukopties aan. Druk op 1 of 3 om een optie te markeren en druk op 2 om de optie te selecteren. Optie Beschrijving Het menu [Paginagrootte] (p. 266) wordt weergegeven. Druk op 1 of 3 om de paginagrootte te kiezen (als u wilt afdrukken met de Pagina- standaard paginagrootte voor de huidige printer, selecteert u grootte...
Pagina 297
❚❚ Indexprints maken Als u een indexprint wilt maken van alle JPEG-foto’s op de geheugenkaart, selecteert u [Indexprint] in Stap 2 van “Meerdere foto’s afdrukken” (p. 268). Als de geheugenkaart meer dan 256 foto’s bevat, worden alleen de eerste 256 foto’s afgedrukt. Selecteer [Indexprint].
Pagina 298
❚❚ Een DPOF-printopdracht maken: Printopdracht Met de optie [Printopdracht (DPOF)] in het weergavemenu kunt u digitale printopdrachten samenstellen voor PictBridge- compatibele printers en apparaten die DPOF ondersteunen. Als u [Printopdracht (DPOF)] selecteert in het weergavemenu, verschijnt het menu uit stap 1. Kies [Selecteren/instellen].
Pagina 299
Selecteer opties voor het afdrukken van de datum en opname-info. Markeer de volgende opties en druk op 2 om de gemarkeerde optie in of uit te schakelen (als u de printopdracht wilt voltooien zonder deze informatie op te nemen, gaat u verder met stap 4).
Foto’s op televisie bekijken Met de meegeleverde EG-D2 audio/video-kabel (AV) kunt u de D3X aansluiten op een televisie of videorecorder voor weergave of opname. Met een A-type HDMI-kabel (High-Definition Multimedia Interface; apart verkrijgbaar in de handel) kunt u de camera aansluiten op een high-definition videoapparaat.
Pagina 301
Zet de camera aan en druk op de knop K. Tijdens de weergave worden de beelden zowel op de televisie als op het scherm van de camera getoond. Videostand (p. 348) Controleer of de videostandaard overeenkomt met de standaard van het videoapparaat.
High-definition apparaten Met een A-type HDMI-kabel (apart verkrijgbaar in de handel) kunt u de camera aansluiten op een HDMI-apparaat. Zet de camera uit. Zet de camera altijd uit voordat u een HDMI-kabel aansluit of loskoppelt. Sluit de HDMI-kabel aan zoals hieronder wordt weergegeven.
Menugids In dit hoofdstuk worden de beschikbare opties in de cameramenu’s beschreven. D Het weergavemenu: Beelden beheren ....p. 278 C Het opnamemenu: Opnameopties ......p. 290 A Persoonlijke instellingen: Camera- instellingen bijstellen ..........p. 302 B Het setup-menu: Basisinstellingen van de camera ...p. 346 N Het retoucheermenu: Geretoucheerde kopieën maken ......p.
D Het weergavemenu: Beelden beheren Het weergavemenu bevat de hieronder genoemde opties. Voor informatie over het gebruik van het weergavemenu, zie “Instructies: Cameramenu’s” (p. 26). Optie Zie pagina Wissen Weergavemap Beeld verbergen Weergavestand Beeld(en) kopiëren Beeld terugspelen Na verwijderen Draai portret Diashow Printopdracht (DPOF)
Meerdere foto’s selecteren Ga als volgt te werk als u meerdere foto’s wilt selecteren voor [Wissen] (p. 281), [Beeld verbergen] (p. 281), [Printopdracht (DPOF)] (p. 272) of direct afdrukken (p. 268): Markeer een foto. Houd de knop N ingedrukt als u de gemarkeerde foto schermvullend wilt weergeven.
Pagina 306
Herhaal stap 1 en 2 als u nog meer foto’s wilt selecteren. U verwijdert een foto uit de selectie door deze te markeren en op het midden van de multi-selector te drukken. Druk op J om de bewerking te voltooien. J knop Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven;...
Weergavemap Een map voor weergave kiezen. Optie Beschrijving NCD3X Alle foto’s in mappen die met de D3X zijn gemaakt, zijn (standaard) zichtbaar tijdens de weergave. Foto’s in alle mappen zijn zichtbaar tijdens de Alle weergave. Alleen foto’s in de huidige map zijn zichtbaar tijdens Huidige de weergave.
Weergavestand Kies de informatie die wordt weergegeven in het scherm met foto-informatie (p. 229). Druk op 1 of 3 om een optie te markeren en druk vervolgens op 2 om de optie voor het scherm met foto-informatie te selecteren. Geselecteerde items worden aangeduid met een vinkje (L).
Beeld(en) kopiëren U kunt foto’s kopiëren van de geheugenkaart in sleuf 1 naar de geheugenkaart in sleuf 2. Optie Beschrijving Beeld(en) Foto’s selecteren van de geheugenkaart in sleuf 1. selecteren Doelmap Een doelmap selecteren op de geheugenkaart in selecteren sleuf 2. Beeld(en) Geselecteerde foto’s kopiëren naar de opgegeven kopiëren?
Pagina 310
Selecteer automatisch alle of beveiligde foto’s. Markeer een van de volgende opties en druk op 2: • [Alles deselecteren]: Er worden geen foto’s automatisch geselecteerd. Kies deze optie als u afzonderlijke foto’s met de hand selecteert. • [Alle beelden selecteren]: Alle foto’s in de huidige map worden automatisch geselecteerd.
Pagina 311
Kies een selectiemethode. Markeer een van de volgende opties en druk op 2. Optie Beschrijving Voer het nummer van de doelmap in (p. 294). selecteren op nummer Selecteer de doelmap in een lijst. selecteren in lijst Selecteer een doelmap. Voer het nummer van de gewenste map in of markeer de doelmap en druk op J om de map te selecteren en terug te keren naar het menu [Beeld(en) kopiëren].
Pagina 312
Selecteer [Ja]. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven. Markeer [Ja] en druk op J. Beeld(en) kopiëren? Foto’s kunnen alleen worden gekopieerd als er voldoende ruimte beschikbaar is op de doelgeheugenkaart. Verborgen foto’s kunnen niet worden gekopieerd. Als de doelmap een bestand bevat met dezelfde naam als een bestand dat is geselecteerd om te kopiëren, wordt er een waarschuwing...
Beeld terugspelen Kies of beelden direct na de opname automatisch op de monitor worden getoond. Optie Beschrijving Na de opname worden de foto’s automatisch op de monitor weergegeven. Foto’s worden alleen weergegeven als u op de knop K drukt. (standaard) Na verwijderen Kies de foto die wordt weergegeven nadat u een foto hebt verwijderd.
Diashow Geef de foto’s in de huidige weergavemap in een diashow weer (p. 281). Verborgen beelden (p. 281) worden niet weergegeven. Optie Beschrijving Start Start de diashow. Kies hoe lang elke foto tijdens de diashow wordt Tussenpauze weergegeven. Er verschijnt een menu met weergaveopties voor Geluid afspelen spraakmemo’s (p.
Het venster rechts verschijnt wanneer de diashow eindigt of wanneer de knop J wordt ingedrukt om de weergave te pauzeren. Selecteer [Herstarten] om de diashow opnieuw te starten (als de diashow is gepauzeerd, gaat de show verder met de volgende dia) of kies [Afsluiten] om terug te keren naar het weergavemenu.
C Het opnamemenu: Opnameopties Het opnamemenu bevat de onderstaande opties. Voor informatie over het gebruik van het opnamemenu, zie “Instructies: Cameramenu’s” (p. 26). Optie Zie pagina Geheugenbank opnamemenu Opnamemenu terugzetten Actieve map Naamgeving bestanden Sleuf 2 Beeldkwaliteit Beeldgrootte Beeldgebied JPEG-compressie NEF (RAW)-opname Witbalans Beeldinstelling kiezen...
Geheugenbank opnamemenu Opties voor opnamemenu worden bewaard in één van de vier banken. Met de uitzonderingen van [Intervalopnamen], [Meervoudige belichting] en wijzigingen aan beeldinstellingen (snel aanpassen en andere handmatige aanpassingen), hebben veranderingen van instellingen in één bank geen effect op de anderen. Om een specifieke combinatie van veelgebruikte instellingen te bewaren, selecteer één van de vier banken en stel de camera met deze instellingen in.
Pagina 318
Voer een naam in. Toetsenbordveld U verplaatst de cursor in het naamveld door de knop N ingedrukt te houden en op 4 of 2 te drukken. Als u een nieuw teken wilt invoeren op Naamveld de huidige cursorpositie, markeert u het gewenste teken in het toetsenbordveld met behulp van de multi-selector en drukt u op het midden van de multi-selector.
Opnamemenu terugzetten Kies deze optie als u de standaardinstellingen voor de huidige geheugenbank voor het opnamemenu wilt herstellen. Zie pagina 423 voor een lijst met standaardinstellingen. Met uitzondering van beeldkwaliteit, beeldgrootte, witbalans en ISO-gevoeligheid worden de instellingen in het opnamemenu niet hersteld wanneer u een reset met twee knoppen uitvoert (p.
Pagina 320
Kies een mapnummer. Druk op 4 of 2 om een cijfer te markeren en druk op 1 of 3 om het cijfer te wijzigen. Als er al een map met het geselecteerde nummer bestaat, wordt het pictogram W, X of Y links van het mapnummer weergegeven: •...
Pagina 321
❚❚ Map selecteren Kies [Map selecteren]. Markeer [Map selecteren] en druk op 2. Markeer een map. Druk op 1 of 3 om een map te markeren. Selecteer de gemarkeerde map. Druk op J om de gemarkeerde map te selecteren en terug te keren naar het opnamemenu.
Naamgeving bestanden Foto’s worden opgeslagen met een bestandsnaam die bestaat uit “DSC_” (of “_DSC” voor foto’s met de kleurruimte Adobe RGB), gevolgd door een viercijferig getal en een extensie van drie letters (bijv. “DSC_0001.JPG”). Met de optie [Naamgeving bestanden] kunt u het gedeelte “DSC” van de bestandsnaam vervangen door drie andere letters.
Beeldgrootte Kies de beeldgrootte waarmee foto’s worden opgeslagen (p. 70). Beeldgebied Hoewel de D3X foto’s kan vastleggen met een hoogte- breedteverhouding van 3 : 2 en dezelfde diagonale beeldhoek als een kleinbeeldcamera, kan de camera ook worden gebruikt om foto’s te maken met de kleinere DX-beeldhoek of de hoogte- breedteverhouding 5 : 4 (p.
Beeldinstelling kiezen Selecteer een van de vooraf geïnstalleerde beeldinstellingen om de instellingen voor beeldverwerking direct aan te passen (p. 162). Beeldinstelling beheren Maak eigen combinaties van beeldinstellingen en sla ze op of kopieer eigen beeldinstellingen van en naar de geheugenkaart (p.
Nikon mogelijk niet het gewenste effect. Maak een testopname en controleer het resultaat op de monitor. Vignetteringscorrectie is niet van toepassing op meervoudige belichting (p.
Ruisonderdr. lange sluitertijd Geef aan of ruis moet worden onderdrukt in foto’s die met een lange sluitertijd zijn gemaakt. Optie Beschrijving Foto’s die zijn gemaakt met een sluitertijd langer dan 8 seconde, worden bewerkt om ruis te onderdrukken. Terwijl foto’s SHOOT CUSTOM worden bewerkt, knippert...
ISO-gevoeligheid instellen Pas de ISO-gevoeligheid en de instelling voor automatische ISO-gevoeligheid aan (p. 104, 106). Livebeeld Kies een stand voor livebeeld en de ontspanstand die wordt gebruikt als livebeeld is ingeschakeld (p. 91). Meervoudige belichting Maak één foto van twee tot tien opnamen (p. 206). Intervalopnamen Maak automatisch foto’s met vooraf ingestelde intervallen.
A Persoonlijke instellingen: Camera-instellingen bijstellen U gebruikt de persoonlijke instellingen om Groepen persoonlijke instellingen de camera-instellingen aan uw voorkeuren aan te passen. Naast de persoonlijke instellingen B ([Geheugenbank pers. inst.]) en A ([Herstel pers. instellingen]) zijn de instellingen in het menu Persoonlijke instellingen onderverdeeld in de zes groepen die rechts worden weergegeven.
Pagina 329
De volgende persoonlijke instellingen zijn beschikbaar: Persoonlijke instelling Pagina Persoonlijke instelling Pagina Geheugenbank pers. d Opnemen/Weergeven inst. d1 Signaal Herstel pers. d2 Opnamesnelheid instellingen Max. aant. continuopnamen a Autofocus Opeenvolgende a1 Selectie AF-C-prioriteit nummering a2 Selectie AF-S-prioriteit d5 LCD-venster/Zoeker a3 Dynamisch AF-veld d6 Weergave opname-info Focus Tracking met d7 LCD-verlichting...
B: Geheugenbank pers. inst. Persoonlijke instellingen worden opgeslagen in een van vier banken. Wijzigingen in de instellingen in de ene bank zijn niet van invloed op de andere banken. Als u een bepaalde combinatie van veelgebruikte instellingen wilt opslaan, selecteert u een van de vier banken en brengt u de gewenste instellingen aan.
a: Autofocus a1: Selectie AF-C-prioriteit Deze optie bepaalt of u in de Selectieknop scherpstelstand continue AF-stand altijd foto’s kunt maken wanneer u de ontspanknop indrukt (ontspanprioriteit) of alleen als de camera heeft scherpgesteld (scherpstelprioriteit). U selecteert continue AF door de selectieknop voor de scherpstelstand naar C te draaien.
a2: Selectie AF-S-prioriteit Deze optie bepaalt of u in de Selectieknop scherpstelstand enkelvoudige AF-stand alleen foto's kunt maken wanneer de camera heeft scherpgesteld (scherpstelprioriteit) of dat u altijd foto's kunt maken wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt (ontspanprioriteit). U selecteert enkelvoudige AF door de selectieknop voor de scherpstelstand naar S te draaien.
a3: Dynamisch AF-veld Als het onderwerp het geselecteerde scherpstelpunt verlaat wanneer dynamisch veld-AF (I; p. 76) is geselecteerd in de continue AF-stand (scherpstelstand C; p. 74), stelt de camera scherp op basis van informatie uit de omringende scherpstelpunten. Kies 9, 21 of 51 punten op basis van de beweging van het onderwerp.
Pagina 334
Optie Beschrijving Als het onderwerp het geselecteerde scherpstel- punt verlaat, gebruikt de camera 3D-tracking om het onderwerp te volgen en wordt zo nodig een nieuw scherpstelpunt geselecteerd. Kies deze 51 punten optie als u foto’s met onderwerpen die grillig van (3D-tracking) de ene naar de andere kant bewegen (zoals tennisspelers), snel wilt kadreren.
a4: Focus Tracking met Lock-On Deze optie bepaalt hoe de automatische scherpstelling reageert op plotselinge grote veranderingen in de afstand tot het onderwerp. Optie Beschrijving C Lang Als de afstand tot het onderwerp plotseling verandert, wacht de camera gedurende de ingestelde periode Normaal (lang, normaal of kort) alvorens de afstand tot het (standaard)
a6: Verlichting scherpstelpunt De opties in dit menu bepalen of de scherpstelpunten oplichten. Optie Beschrijving Kies [Aan] (de standaardinstelling) als u het actieve Handmatige scherpstelpunt wilt weergeven bij handmatige scherpstelling scherpstelling. Kies [Aan] (de standaardinstelling) als u het actieve Continustand scherpstelpunt wilt weergeven in de standen C (continu hoog) en C (continu laag).
a7: Doorloop scherpstelpunt Kies of de selectie van het scherpstelpunt “doorloopt” van de ene rand van de zoeker naar de andere. Optie Beschrijving De selectie van het scherpstelpunt loopt door van boven naar beneden en weer naar boven en van links naar rechts en weer naar links.
a9: AF-ON-knop Kies de functie die wordt uitgevoerd als op de knop B wordt gedrukt. Optie Beschrijving Wanneer u op de knop B drukt, wordt de (standaard) autofocus geactiveerd. De scherpstelling en belichting worden AE/AF- vergrendeld zolang de knop B wordt vergrendeling ingedrukt.
a10: Onderste AF-ON-knop Kies de functie die u wilt toewijzen aan de knop B voor verticale opnamen. Optie Beschrijving Beide B knoppen voeren de functie uit die is Zelfde als AF-ON geselecteerd voor persoonlijke instelling a9. Wanneer u op de onderste B knop drukt, AF-ON (standaard) wordt de autofocus geactiveerd.
b: Lichtmeting/Belichting b1: ISO-stapgrootte Deze optie bepaalt of aanpassingen in de Optie gevoeligheid worden aangebracht in stappen 1/3 stop die equivalent zijn met LW of 1 LW. (standaard) I 1/2 stop J 1 stop b2: Stapgrootte inst. belichting Deze optie bepaalt of aanpassingen in sluitertijd, diafragma en bracketing worden aangebracht in stappen die equivalent zijn met LW of 1 LW.
b4: Eenv. belichtingscorrectie Deze optie bepaalt of de knop E moet worden gebruikt om de belichtingscorrectie in te stellen (p. 128). Als [Aan (auto-herstel)] of [Aan] is geselecteerd, knippert de 0 in het midden van de belichtingsaanduiding, zelfs als de belichtingscorrectie is ingesteld op ±0.
b5: Grootte meetgebied Voor het berekenen van de belichting Optie L φ 8 mm wordt bij centrumgerichte meting het φ 12 mm grootste gewicht toegekend aan een cirkel in het midden van het beeld. De diameter (standaard) N φ 15 mm (φ...
Pagina 343
Selecteer een lichtmeetmethode. Markeer [Matrixmeting], [Centrumgericht] of [Spotmeting] en druk op Kies een belichtingswaarde. Druk op 1 of 3 om een belichtingswaarde te kiezen tussen +1 en –1 LW. Druk op J om de wijzigingen op te slaan. Fijnafstelling belichting U kunt de belichting voor elke geheugenbank met persoonlijke instellingen afzonderlijk aanpassen en deze instelling wordt niet teruggezet door een reset met twee knoppen.
c: Timers/AE-vergrendeling c1: AE-vergr. ontspanknop Bij de standaardinstelling [Uit] wordt de belichting alleen vergrendeld als op de knop AE-L/AF-L wordt gedrukt. Als [Aan] is geselecteerd, wordt de belichting ook vergrendeld als de ontspanknop half wordt ingedrukt. c2: Lichtmeter automatisch uit Deze optie bepaalt hoe lang de camera de Optie belichting blijft meten wanneer er geen...
c3: Vertraging zelfontspanner Deze optie bepaalt de duur van de Optie ontspanvertraging in de zelfontspannerstand. a 2 sec. U hebt de keuze uit 2 sec., 5 sec., 10 sec. en b 5 sec. 20 sec. 10 sec. (standaard) d 20 sec. c4: Monitor uit Deze optie bepaalt hoe lang de monitor blijft Optie...
d: Opnemen/Weergeven d1: Signaal Kies [Hoog] of [Laag] voor het geluid dat wordt weergegeven wanneer de zelfontspanner wordt gebruikt of de camera scherpstelt in de enkelvoudige AF-stand. (Er klinkt geen geluid als [Ontspannen] is geselecteerd voor persoonlijke instelling a2 ([Selectie AF-S-prioriteit], p. 306).) Optie Beschrijving Kies de toonhoogte voor het...
d2: Opnamesnelheid Kies de maximale beeldsnelheid voor de standen C (continu hoog) en C (continu laag). Merk op dat de framesnelheid kan dalen onder de geselecteerde waarde bij trage sluitertijden of wanneer de VR (vibratiereductie) wordt gebruikt met VR-lenzen. Optie Beschrijving In de stand C (continu hoog) kunt u de beeldsnelheid voor...
d4: Opeenvolgende nummering Wanneer u een foto maakt, verhoogt de camera het laatst gebruikte bestandsnummer met één en wordt deze naam voor het nieuwe bestand gebruikt. Deze optie bepaalt of de bestandsnummering doorgaat vanaf het laatst gebruikte nummer wanneer een nieuwe map wordt gemaakt, de geheugenkaart wordt geformatteerd of een nieuwe geheugenkaart in de camera wordt geplaatst.
d5: LCD-venster/Zoeker Kies welke gegevens worden weergegeven in de zoeker en in het achterste LCD-venster. Optie Beschrijving Kies uit [ISO-gevoeligheid] (y, de standaardinstelling) en Achterste [Resterende opnamen] (g). Als [Resterende opnamen] is LCD-venster geselecteerd, wordt de ISO-gevoeligheid alleen weergegeven als de knop ISO wordt ingedrukt. Kies uit [Beeldteller] (h, de standaardinstelling) en Zoeker- [Resterende opnamen] (g).
d6: Weergave opname-info Bij de standaardinstelling [Automatisch] (AUTO) verandert de kleur van de tekens in de informatieweergave (p. 14) automatisch van zwart in wit of van wit in zwart om te zorgen voor voldoende contrast met de achtergrond. Als u altijd dezelfde kleur wilt gebruiken, selecteert u [Handmatig] en kiest u [Donker op licht] (B;...
d7: LCD-verlichting Bij de standaardinstelling [Uit] brandt de achtergrondverlichting van het lcd-venster (lcd-verlichting) alleen als de hoofdschakelaar op D staat. Als [Aan] is geselecteerd, worden de LCD-vensters verlicht wanneer de lichtmeters zijn ingeschakeld (p. 50). Selecteer [Uit] als u de batterij wilt sparen. d8: Spiegelvoorontspanning Bij de standaardinstelling [Uit] wordt de sluiter ontspannen wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt.
e: Bracketing/Flits e1: Flitssynchronisatie snelheid Deze optie bepaalt de flitssynchronisatiesnelheid. Optie Beschrijving Automatische FP high-speed flitssynchronisatie wordt gebruikt met de SB-900, SB-800, SB-600 en SB-R200 flitsers. Als u een andere flitser gebruikt, 1/250 sec. (auto wordt de sluitertijd ingesteld op sec.
([30 sec.]). e3: Instellicht Als [Aan] (de standaardinstelling) is geselecteerd wanneer de camera wordt gebruikt met een optionele flitser die Nikon’s Creatieve Verlichtingssysteem (CVS; p. 186) ondersteunt, geven de flitser die op de camera is bevestigd en eventuele externe CVS-compatibele flitsers een instellicht af wanneer de knop voor scherptedieptecontrole op de camera wordt ingedrukt (p.
e4: Inst. voor auto bracketing Kies de instelling of instellingen die worden gewijzigd wanneer auto bracketing (p. 130) wordt toegepast. Kies [AE & flits] (j; de standaardinstelling) als u zowel belichtings- als flitsbracketing wilt toepassen, kies [Alleen AE] (k) als u alleen belichtingsbracketing wilt toepassen, kies [Alleen flits] (l) als u alleen flitsbracketing wilt toepassen of kies [Witbalans bracketing] (m) als u witbalansbracketing (p.
e5: Auto bracketing (M-stand) Deze optie bepaalt welke instellingen worden gevarieerd wanneer [AE & flits] of [Alleen AE] is geselecteerd voor persoonlijke instelling e4 in de handmatige belichtingsstand. Optie Beschrijving De camera varieert de sluitertijd (persoonlijke Flits/ instelling e4 is ingesteld op [Alleen AE]) of de sluitertijd sluitertijd en de flitssterkte (persoonlijke instelling (standaard)
e6: Bracketingvolgorde Bij de standaardinstelling [MTR]>[onder]>[boven] (H) wordt bracketing uitgevoerd in de volgorde die wordt beschreven op pagina 132 en 136. Als [Onder]>[MTR]>[boven] (I) is geselecteerd, worden opnamen gemaakt van de laagste naar de hoogste waarde.
f: Bediening f1: Centrale knop multi-selector Deze optie bepaalt welke bewerkingen kunnen worden uitgevoerd door in het midden van de multi-selector te drukken in de standen opname, livebeeld en weergave. ❚❚ Opnamestand Als u [Opnamestand] selecteert, worden de volgende opties weergegeven: Optie Beschrijving...
❚❚ Livebeeld Door [Livebeeld] te selecteren, worden de volgende opties weergegeven: Optie Beschrijving Middelste AF- Door op het midden van de multi-selector te punt selecteren drukken tijdens livebeeld, wordt het middelste (standaard) AF-punt geselecteerd. Druk op het midden van de multi-selector om de zoom aan en uit te zetten.
f4: FUNC.-knop toewijzen Kies de functie die de knop Fn vervult wanneer u deze alleen gebruikt ([FUNC.- knop indrukken]) of in combinatie met de instelschijven ([FUNC.-knop + schijven]). ❚❚ FUNC.-knop indrukken Als u [FUNC.-knop indrukken] selecteert voor persoonlijke instelling f4, worden de volgende opties weergegeven: Optie Beschrijving Druk op de knop Fn om een voorbeeld van de...
Pagina 360
Optie Beschrijving Als de Fn-knop wordt ingedrukt terwijl de belichting of flitsbracketing actief is in de ontspanstand voor enkel beeld, worden alle opnamen in het huidige bracketingprogramma Bracketing- genomen aan 5 bps terwijl de ontspanknop serie wordt ingedrukt. Als witbalansbracketing actief is of de stand continu (stand C of C ) is...
Pagina 361
Virtuele horizon Als [Virtuele horizon] is geselecteerd voor [FUNC.-knop indrukken], fungeert de elektronische analoge belichtingsaanduiding in de zoeker en in het bovenste LCD-venster als horizontale waterpas wanneer de knop Fn wordt ingedrukt. Camera naar rechts Camera naar links Camera recht gekanteld gekanteld LCD-venster...
Pagina 362
❚❚ FUNC.-knop + schijven Als u [FUNC.-knop + schijven] selecteert voor persoonlijke instelling f4, worden de volgende opties weergegeven: Optie Beschrijving De Fn-knop en algemene instelschijf kunnen gebruikt Kies worden om het beeldgebied van FX, DX en 5 te beeldgebied selecteren: 4 (p.
Pagina 363
Staande foto’s (portretstand) Voer de volgende stappen uit als u de instelschijven wilt gebruiken om het scherpstelpunt te selecteren wanneer u opnamen in de “staande” stand (portretstand) kadreert: Kies [Selectie scherpstelpunt]. Kies [Selectie scherpstelpunt] voor persoonlijke instelling f4 ([FUNC.-knop toewijzen]) > [FUNC.-knop + schijven]. Ontgrendel de Vergrendeling ontspanknop voor verticale opnamen...
Pagina 364
Selecteer het scherpstelpunt. Terwijl de camera in de portretstand staat, selecteert u een scherpstelpunt door op de knop Fn te drukken en aan de instelschijven voor verticale opnamen te draaien. Gebruik de hoofdinstelschijf om de scherpstelpuntselectie naar links of naar rechts te verplaatsen, gebruik de secundaire instelschijf om de selectie omhoog of omlaag te verplaatsen.
f5: Voorbeeldknop toewijzen Kies de functie die de knop voor scherptedieptecontrole vervult wanneer u deze alleen gebruikt ([Voorbeeldknop indrukken]) of in combinatie met de instelschijven ([Voorbeeld + instelschijven]). De beschikbare opties zijn gelijk aan die voor [FUNC.-knop indrukken] (p. 333) en [FUNC.-knop + schijven] (p.
f6: AE-L/AF-L knop toewijzen Kies de functie die de knop AE-L/AF-L vervult wanneer u deze alleen gebruikt ([AE-L/AF-L knop indrukken]) of in combinatie met de instelschijven ([AE-L/AF-L + instelschijven]). De beschikbare opties voor [AE-L/AF-L knop indrukken] zijn gelijk aan die voor [FUNC.- knop indrukken] (p.
f7: Functie instelschijven inst. Deze optie regelt de werking van de hoofdinstelschijf en de secundaire instelschijf. Optie Beschrijving Deze optie bepaalt de richting van de instelschijven. Kies [Nee] (de standaardoptie) voor een normale werking van de Rotatie instelschijven of kies [Ja] als u de draairichting van de omkeren instelschijven wilt omdraaien.
Pagina 368
Optie Beschrijving Bij de standaardinstelling [Secundaire instelschijf ] kan het diafragma alleen worden aangepast met de secundaire instelschijf (of met de hoofdinstelschijf als [Aan] is geselecteerd voor [Verwissel hoofd/secundair]). Als [Diafragmaring] is geselecteerd, kan het diafragma alleen worden aangepast met de diafragmaring van het objectief en wordt het diafragma op de camera weergegeven in Instellen stappen van 1 LW (het diafragma voor G-type objectieven...
f8: Knop loslaten voor instelsch. Deze optie maakt het mogelijk om instellingen die gewoonlijk worden toegepast door een knop ingedrukt te houden en aan een instelschijf te draaien, uit te voeren door aan de instelschijf te draaien nadat u de knop hebt losgelaten. Bij de standaardinstelling [Nee] moet u de knop ingedrukt houden terwijl u aan de instelschijf draait.
f9: Geen geheugenkaart? Bij de standaardinstelling [Ontgrendel ontspanknop] kan de sluiter worden ontspannen als er geen geheugenkaart is geplaatst, hoewel er geen beelden worden opgenomen (ze worden wel op de monitor weergegeven in de demostand). Als [Vergrendel ontspanknop] is geselecteerd, werkt de ontspanknop alleen als er een geheugenkaart in de camera is geplaatst.
f10: Aanduidingen omkeren Bij de standaardinstelling (V) worden de belichtingsaanduidingen in het bovenste LCD-venster en in de opname-informatieweergave weergegeven met positieve waarden links en negatieve waarden rechts. Selecteer (W) als u negatieve waarden links wilt weergeven en positieve waarden rechts.
B Het setup-menu: Basisinstellingen van de camera Het setup-menu bevat de hieronder genoemde opties. Voor informatie over het gebruik van het setup-menu, zie “Instructies: Cameramenu’s” (p. 26). Optie Zie pagina Formatteer geheugenkaart LCD-helderheid Spiegel omhoog (CCD reinigen) Videostand HDMI Wereldtijd Taal (Language) Beeldcommentaar Automatische beeldrotatie...
Formatteer geheugenkaart Formatteer de kaart in de geselecteerde sleuf. Houd er rekening mee dat bij formatteren alle foto's en andere gegevens op de geheugenkaart permanent worden verwijderd. Maak daarom zo nodig kopieën voordat u de kaart formatteert. Tijdens het formatteren Tijdens het formatteren mag u de camera niet uitzetten en de geheugenkaarten niet verwijderen.
Videostand Als u de camera via de AV-uitgang op een televisie of videorecorder aansluit, dient u ervoor te zorgen dat de videostand van de camera overeenkomt met de videostandaard van het apparaat (NTSC of PAL). HDMI De camera is voorzien van een HDMI-aansluiting (High-Definition Multimedia Interface), waarmee foto’s via een A-type kabel (apart verkrijgbaar in de handel) kunnen worden weergegeven op een high-definition televisie of monitor.
Wereldtijd Wijzig de tijdzone, stel de cameraklok in, kies de datumnotatie en schakel de zomertijd in of uit. Optie Beschrijving Kies een tijdzone. De cameraklok wordt automatisch Tijdzone ingesteld op de tijd in de nieuwe tijdzone. Datum en tijd Stel de cameraklok in (p. 40). Kies de volgorde waarin dag, maand en jaar worden Datumnotatie weergegeven.
Beeldcommentaar Voeg commentaar bij nieuwe foto’s wanneer ze worden genomen. De commentaar kan worden bekeken in ViewNX (meegeleverd) of Capture NX 2 (apart verkrijgbaar; p. 391). De commentaar is ook zichtbaar op de derde pagina met opnamegegevens in de foto- informatieweergave.
Automatische beeldrotatie Foto’s die zijn gemaakt terwijl [Aan] (de standaardoptie) is geselecteerd, bevatten informatie over de stand van de camera, waardoor ze automatisch kunnen worden gedraaid tijdens de weergave (p. 287) of wanneer ze worden bekeken met ViewNX of Capture NX 2 (apart verkrijgbaar; p. 391). De volgende standen worden vastgelegd: Liggend (landschap) Camera 90°...
PictBridge-printer of een optionele WT-4 draadloze transmitter of als u Camera Control Pro 2 gebruikt (apart verkrijgbaar; zie pagina 391). Zie pagina 257 voor informatie over het selecteren van een USB-optie voor gebruik met Nikon Transfer (meegeleverd).
Stof referentiefoto Referentiegegevens verkrijgen voor de optie stofverwijdering in Capture NX 2 (apart verkrijgbaar; raadpleeg de handleiding van de software voor meer informatie). [Stof-referentiefoto] is alleen beschikbaar als een CPU-objectief op de camera is bevestigd. Een niet-DX objectief met een brandpuntsafstand van minimaal 50 mm wordt aanbevolen.
Pagina 380
Verzamel referentiegegevens voor stofverwijdering. Druk de ontspanknop helemaal in om referentiegegevens voor stofverwijdering te verzamelen. De monitor wordt uitgeschakeld wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt. Als het referentievoorwerp te licht of te donker is, kan de camera mogelijk geen referentiegegevens voor stofverwijdering binnenhalen en wordt het bericht rechts weergegeven.
Batterij-informatie Geef informatie weer over de batterij die momenteel in de camera is geplaatst. Item Beschrijving Het huidige batterijniveau wordt weergegeven als een Batt.lading percentage. Het aantal malen dat de sluiter werd ontspannen met de huidige batterij sinds deze voor het laatst werd opgeladen. Opnamen Denk eraan dat de camera de sluiter soms ontspant zonder een opname te maken, bijvoorbeeld bij het meten van de...
Geef aan of u wilt dat gegevens over beeldauthenticiteit worden ingesloten in nieuwe foto’s op het moment dat ze worden genomen, zodat wijzigingen in de foto kunnen worden gedetecteerd met Nikon’s optionele Image Authentication- software. Gegevens over beeldauthenticiteit kunnen niet in bestaande foto’s worden ingesloten. Foto’s die worden gemaakt terwijl [Beeld-authenticiteit] is ingeschakeld, worden gemarkeerd met het pictogram p op de pagina’s met bestandsinformatie en...
[Copyrightinformatie bijvoegen] niet is geselecteerd en dat de velden [Fotograaf ] en [Copyright] leeg zijn alvorens u de camera aan iemand anders geeft. Nikon is niet aansprakelijk voor schadeloosstellingen of geschillen die voortkomen uit het gebruik van de optie [Copyrightinformatie].
Instellingen opslaan/laden Selecteer [Instellingen opslaan] om de volgende instellingen op de geheugenkaart in sleuf 1 op te slaan. (Als de geheugenkaart vol is, wordt een foutmelding weergegeven; zie p. 417.) Menu Optie Weergavestand Beeld terugspelen Weergave Na verwijderen Draai portret Geheugenbank opnamemenu Naamgeving bestanden Sleuf 2...
Pagina 385
Alle recente instellingen INSTELLINGEN Tab kiezen Instellingen die zijn opgeslagen met de D3X, kunnen worden teruggezet met de optie [Instellingen laden]. [Instellingen opslaan/laden] is alleen beschikbaar als een geheugenkaart in sleuf 1 is geplaatst, terwijl de optie [Instellingen laden] alleen beschikbaar is als de kaart in sleuf 1 opgeslagen instellingen bevat.
Pas de instellingen aan voor aansluiting op een GPS-apparaat (p. 221) Virtuele horizon Geeft een virtuele horizon weer op basis van informatie van een sensor die de stand van de camera detecteert. De camera kantelen De virtuele horizon is niet nauwkeurig als de camera met een scherpe hoek naar voren of naar achteren is gekanteld.
Fijnafstelling AF Fijnafstelling scherpstelling voor maximaal 20 objectieftypes. AF-afstelling wordt in de meeste gevallen niet aanbevolen; gebruik enkel indien nodig. Optie Beschrijving • [Aan]: AF-fijnafstelling inschakelen. Fijnafstelling • [Uit] (standaard): AF-fijnafstelling uitschakelen. AF (Aan/Uit) Stel AF af voor het huidige Scherpstelpunt objectief (enkel CPU- verder van de...
Optie Beschrijving Geef de reeds opgeslagen waarden weer voor AF- afstelling. Wanneer een waarde bestaat voor het huidige objectief, wordt die getoond met een pictogram V. Om een objectief uit de lijst te wissen, markeert u het gewenste objectief en drukt u op O. Om de identificatie van een objectief te wijzigen (om bijvoorbeeld een identificatie te kiezen die dezelfde is als de twee laatste cijfers van het serienummer van het objectief om het...
N Het retoucheermenu: Geretoucheerde kopieën maken De opties in het retoucheermenu worden gebruikt om uitgesneden of geretoucheerde kopieën van de foto’s op de geheugenkaart te maken. Het retoucheermenu wordt alleen weergegeven als een geheugenkaart met foto’s in de camera is geplaatst.
Pagina 390
Geretoucheerde kopieën maken Selecteer een item in het retoucheermenu. Druk op 1 of 3 om een optie te markeren en druk op 2 om de optie te selecteren. Afhankelijk van de geselecteerde optie wordt een menu weergegeven. Markeer een optie en druk op 2. Selecteer een foto.
Pagina 391
Maak een geretoucheerde kopie. Druk op J om een geretoucheerde kopie te maken. Geretoucheerde kopieën worden aangeduid met het pictogram N. Kopieën retoucheren Kopieën die zijn gemaakt met [Uitsnijden] kunnen niet verder worden bewerkt. D-Lighting, rode-ogencorrectie, filtereffecten en kleurbalans kunnen niet worden toegepast op monochrome kopieën. Afgezien daarvan kunnen de opties in het retoucheermenu elk eenmaal worden toegepast op bestaande kopieën, hoewel dit kan leiden tot detailverlies.
D-Lighting D-Lighting maakt schaduwen lichter, waardoor deze functie ideaal is voor donkere foto’s of foto’s die bij tegenlicht zijn gemaakt. Voor Druk op 1 of 3 om de sterkte van de correctie te kiezen. U kunt het effect vooraf bekijken in het bewerkingsvenster. Druk op J om de foto te kopiëren.
Rode-ogencorrectie Deze optie wordt gebruikt om “rode ogen” te corrigeren die worden veroorzaakt door de flitser en is alleen beschikbaar voor foto’s die met de flitser zijn gemaakt. Er wordt een voorbeeld weergegeven van de foto die u voor rode-ogencorrectie hebt geselecteerd (zie rechts).
Uitsnijden U kunt een uitgesneden kopie van een geselecteerde foto maken. De geselecteerde foto wordt weergegeven, waarbij de geselecteerde uitsnede in geel wordt aangegeven. Maak een uitgesneden kopie, zoals wordt beschreven in de onderstaande tabel. Functie Knop Beschrijving Houd de knop N ingedrukt en Formaat van draai de hoofdinstelschijf naar uitsnede verkleinen...
Uitsnijden: beeldkwaliteit en -grootte Kopieën van NEF (RAW)-, NEF (RAW) + JPEG- of TIFF (RGB)-foto’s hebben de beeldkwaliteit (p. 66) JPEG Fijn. Uitgesneden kopieën die zijn gemaakt van JPEG-foto’s, hebben dezelfde beeldkwaliteit als het origineel. De afmetingen van de kopie hangen af van de grootte van de uitsnede en de hoogte-breedteverhouding.
Filtereffecten Kies uit de volgende kleurfiltereffecten. Nadat u de filtereffecten hebt ingesteld zoals hieronder wordt beschreven, drukt u op J om de foto te kopiëren. Optie Beschrijving Creëert het effect van een skylightfilter, waarbij de foto minder blauw wordt. Het effect Skylight kan vooraf op de monitor worden bekeken (zie rechts).
Beeld-op-beeld Met de functie beeld-op-beeld kunt u van twee bestaande NEF (RAW)-foto’s één foto maken, die als een apart bestand wordt opgeslagen. Omdat gebruik wordt gemaakt van RAW-gegevens van de beeldsensor van de camera, is het resultaat aanzienlijk beter dan wanneer foto’s in een beeldbewerkingsprogramma worden samengevoegd.
Pagina 398
Selecteer de gemarkeerde foto. Druk op J om de gemarkeerde foto te selecteren en terug te keren naar de voorbeeldweergave. De geselecteerde foto wordt weergegeven als [Beeld 1]. Stel de versterking in. Optimaliseer de belichting voor beeld-op-beeld door op 1 of 3 te drukken en de versterkingsfactor voor beeld 1 in te stellen op een waarde tussen 0,1 en 2,0.
Pagina 399
Beeld-op-beeld Alleen NEF (RAW)-foto’s die zijn gemaakt met de D3X kunnen worden geselecteerd voor beeld-op-beeld. Andere foto’s worden niet weergegeven in het selectiescherm. Alleen NEF (RAW)-foto’s met hetzelfde beeldgebied en dezelfde bitdiepte kunnen worden samengevoegd.
Vergelijken Vergelijk geretoucheerde kopieën met de originele foto’s. Selecteer [Vergelijken]. Markeer [Vergelijken] en druk op 2 om een fotoselectie- venster weer te geven. Selecteer een foto. Gebruik de multi-selector om een foto te markeren en druk op J. U kunt alleen geretoucheerde kopieën selecteren (aangeduid met het pictogram N) of foto’s die zijn geretoucheerd.
Pagina 401
Vergelijk de kopie met het Opties gebruikt om origineel. kopie te maken De bronfoto wordt links weergegeven en de geretoucheerde kopie rechts, waarbij de opties die zijn gebruikt om de kopie te maken bovenaan worden Bronfoto Getoucheerde kopie weergegeven. Druk de multi- selector in de richting die wordt aangegeven door de pijl naast de gemarkeerde foto (1, 3, 4 of 2) om te schakelen tussen de bronfoto en de...
O Mijn menu: Een aangepast menu maken Met de optie [MIJN MENU] kunt u een aangepaste lijst maken met opties uit het weergave-, opname-, setup- en retoucheermenu en het menu Persoonlijke instellingen, zodat deze opties snel toegankelijk zijn (maximaal twintig menu-items). Indien gewenst kunnen recente instellingen worden weergegeven in plaats van Mijn menu (p.
Pagina 403
Bepaal de positie van het nieuwe item. Druk op 1 of 3 om het nieuwe item omhoog of omlaag te verplaatsen in Mijn menu. Druk op J om het nieuwe item toe te voegen. Meer items toevoegen. De items die momenteel in Mijn menu worden weergegeven, worden aangegeven met een vinkje.
Opties verwijderen uit Mijn menu Selecteer [Items verwijderen]. Markeer [Items verwijderen] in Mijn menu (O) en druk op 2. Selecteer items. Markeer de gewenste items en druk op 2 om een item te selecteren of te deselecteren. Geselecteerde items worden aangegeven met een vinkje.
Opties sorteren in Mijn menu Selecteer [Items sorteren]. Markeer [Items sorteren] in Mijn menu (O) en druk op 2. Selecteer een item. Markeer het item dat u wilt verplaatsen en druk op J. Verplaats het item. Druk op 1 of 3 om het item omhoog of omlaag te verplaatsen in Mijn menu en druk op J.
Recente instellingen weergeven Als u de twintig meest recente instellingen wilt weergeven, selecteert u [Recente instellingen] voor [MIJN MENU] > [Tab kiezen]. Selecteer [Tab kiezen]. Markeer in Mijn menu (O) [Tab kiezen] en druk op 2. Selecteer [Recente instellingen]. Markeer [Recente instellingen] en druk op J.
Technische opmerkingen – Behandeling van de camera, optionele accessoires en nuttige informatie In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld: Compatibele objectieven ..........p. 382 Overige accessoires ............p. 387 Behandeling van uw camera...........p. 395 Opslag....................p. 395 Reinigen ....................p. 395 Het matglas vervangen ..............
✔ ✔ AI-P Nikkor — — AI, AI-gemodificeerd, ✔ ✔ — ✔ — ✔ ✔ — Nikkor of Nikon Serie E ✔ ✔ — ✔ Medical Nikkor 120mm f/4 — — — — ✔ — ✔ — ✔ Reflex-Nikkor —...
Pagina 409
9 Als met een AF 80–200mm f/2.8, AF 35–70mm f/2.8, AF 28–85mm f/3.5–4.5 (<nieuw model>) of AF 28–85mm f/3.5–4.5 wordt scherpgesteld op de minimale scherpstelafstand bij maximale zoom, wordt mogelijk de scherpstelaanduiding weergegeven terwijl het beeld op het matglas in de zoeker niet scherp is.
Pagina 410
Niet-compatibele accessoires en objectieven zonder CPU De volgende accessoires en niet-CPU-objectieven kunnen worden NIET gebruikt met de D3X: • TC-16AS AF teleconverter • 200–600mm f/9.5 (serienummer • Niet-AI-objectieven 280001–300490) • Objectieven die alleen werken met • AF-objectieven voor de F3AF (AF de AU-1 scherpsteleenheid (400mm 80mm f/2.8, AF 200mm f/3.5 ED,...
Pagina 411
De AF-S/AF-I teleconverter De AF-S/AF-I teleconverter kan worden gebruikt met de volgende AF-S- en AF-I-objectieven: • AF-S VR Micro 105mm f/2.8G ED • AF-S 500mm f/4D ED • AF-S VR 200mm f/2G ED • AF-I 500mm f/4D ED • AF-S VR 300mm f/2.8G ED •...
Pagina 412
Beeldhoek en brandpuntsafstand De D3X kan worden gebruikt met Nikon-objectieven voor kleinbeeldcamera’s. Als [Automatische DX-uitsnede] is ingeschakeld (de standaardinstellingen) en een kleinbeeldobjectief is bevestigd, is de beeldhoek gelijk aan die bij kleinbeeldfilm (35,9 × 24,0 mm); als een DX-objectief is bevestigd, wordt de beeldhoek automatisch aangepast tot 23,6 ×...
Overige accessoires Op het moment dat deze handleiding werd samengesteld, waren voor de D3X de volgende accessoires beschikbaar. • Oplaadbare Li-ion batterij EN-EL4a, EN-EL4 (p. 32, 34): Extra EN-EL4a/EN-EL4 batterijen zijn te koop bij uw leverancier. Deze batterijen kunnen worden opgeladen en gekalibreerd met een MH-22 of MH-21 snellader.
Pagina 414
• Matglas (p. 396): De volgende typen matglas zijn beschikbaar voor de D3X. B-type Een B-type matglas wordt Brite View meegeleverd bij de clear-matte camera. VI matglas E-type matglazen zijn voorzien van een raster, waardoor ze bijzonder geschikt zijn voor E-type kopiëren en het...
Pagina 415
× nauwkeurigheid tijdens het kadreren. (Let erop dat de randen van het beeld niet zichtbaar zijn als het zoekerbeeld wordt vergroot.) • Oculairadapter DK-18: Gebruik de DK-18 wanneer de DG-2 loepzoeker of DR-3 hoekzoeker op de D3X is bevestigd.
Pagina 416
Zie pagina 187 voor meer informatie. • Waterbescherming WG-AS1: De optionele WG-AS1 is een waterbescherming die de basis van de flitsereenheid SB-900 bedekt die gemonteerd is op de D3X. Op die manier Waterbe- wordt de spatbestendigheid van de SB-900 verhoogd door...
Pagina 417
Software genomen met de functie Beeld-authenticiteit, na de opname zijn gewijzigd. Let op: Gebruik de meest recente versie van de Nikon-software. De meeste softwareprogramma’s van Nikon zijn voorzien van een automatische updatefunctie, die zoekt naar de laatste updates wanneer de computer is verbonden met het internet.
Pagina 418
De D3X is voorzien van een 10-pins aansluiting voor bediening op afstand en automatisch fotograferen. De aansluiting is voorzien van een afdekkapje, dat de contacten beschermt als de aansluiting niet in gebruik is. De volgende accessoires kunnen worden gebruikt (de vermelde lengte is een benadering): •...
Pagina 419
MW-2 draadloze afstandsbedieningsset, de MT-2 intervaltimer en de ML-2 Modulite afstandsbedieningsset (lengte 20 cm). • GPS-adapterkabel MC-35 (p. 221): Sluit GPS-apparaten aan op Accessoires de D3X via de PC-kabel die door de fabrikant werd geleverd voor afstands- zodat breedtegraad, lengtegraad, hoogte, Coordinated bedienings- Universal Time (UTC, p.
Pagina 420
❚❚ Goedgekeurde geheugenkaarten De volgende geheugenkaarten zijn getest en goedgekeurd voor gebruik in de D3X: SanDisk Lexar Media 8 GB 8 GB Professional Extreme IV SDCFX4 4 GB 300 × 4 GB UDMA 2 GB 2 GB 8 GB 2 GB 4 GB 80 ×...
Behandeling van uw camera Opslag Als u de camera gedurende langere tijd niet gebruikt, verwijdert u de batterij, plaatst u het beschermkapje op de contactpunten en bewaart u de batterij op een koele, droge plek. U voorkomt de vorming van schimmel of meeldauw door de camera in een droge, goed geventileerde ruimte te bewaren.
Het matglas vervangen Standaard is de camera voorzien van een B-type Clear Matte VI matglas. Voer de onderstaande stappen uit als u een optioneel E-type Clear Matte IV matglas voor D3X-camera’s wilt plaatsen (p. 388): Verwijder het objectief. Zet de camera uit en verwijder het objectief.
Pagina 423
Vergrendel de houder. Duw de voorste rand van de houder omhoog tot deze op zijn plaats klikt. Het matglas vervangen Raak het oppervlak van de spiegel of het matglas niet aan. Raster Bij een E-type matglas kan het beeld enigszins uit positie worden weergegeven, afhankelijk van hoe het matglas is geplaatst.
De klokbatterij vervangen De cameraklok wordt gevoed door een niet-oplaadbare CR1616 lithiumbatterij met een gebruiksduur van ongeveer vier jaar. Als het pictogram B wordt weergegeven in het bovenste LCD-venster terwijl de lichtmeters zijn ingeschakeld, is de batterij bijna leeg en moet deze worden vervangen. Als de batterij leeg is, knippert het pictogram B wanneer de lichtmeters zijn ingeschakeld.
Pagina 425
Sluit het vak met de klokbatterij. Schuif het deksel van het vak voor de klokbatterij naar de achterkant van het hoofdbatterijvak totdat dit op zijn plaats klikt. Plaats de hoofdbatterij terug. Plaats de EN-EL4a terug in de camera. Stel de cameraklok in. Stel de camera in op de juiste datum en tijd (p.
Denk er echter aan dat het laagdoorlaatfilter uitermate kwetsbaar is en gemakkelijk beschadigd kan raken. Nikon beveelt aan het reinigen van het filter over te laten aan de technische dienst van Nikon. Laad de batterij op of gebruik een lichtnetadapter.
Pagina 427
Vuil dat niet kan worden weggeblazen met een blaasbalgje, kan alleen worden verwijderd door de technische dienst van Nikon. U mag het filter onder geen beding aanraken of schoonpoetsen. Zet de camera uit. De spiegel wordt weer neergeklapt en het sluitergordijn gaat...
Pagina 428
Onderhoud van camera en accessoires De camera is een precisieapparaat dat regelmatig onderhoud vereist. Nikon beveelt aan de camera elke één tot twee jaar te laten nakijken door de leverancier of de technische dienst van Nikon en elke drie tot vijf jaar een onderhoudsbeurt te geven (houd er rekening mee dat hieraan kosten verbonden zijn).
Onderhoud van camera en batterij: Waarschuwingen Laat de camera niet vallen. Houd de camera uit de buurt van sterke Blootstelling aan sterke schokken magnetische velden. U dient dit of trillingen kan tot storingen apparaat niet te gebruiken of op te leiden.
Pagina 430
Reinigen. Gebruik een blaasbalgje om Het kan lijken alsof het sluitergordijn stof of vuil te verwijderen en veeg de ongelijkmatig van kleur is, maar dit is camerabody voorzichtig schoon met niet van invloed op de foto’s en duidt een zachte, droge doek. Na gebruik niet op een storing.
Pagina 431
Opmerkingen over de monitor. De Schakel de camera uit voordat u de batterij verwijdert of de lichtnetadapter monitor kan een aantal pixels loskoppelt. Haal de stekker van de bevatten die altijd oplichten of in lichtnetadapter niet uit het het geheel niet oplichten. Dit is stopcontact en verwijder de gebruikelijk voor TFT-LCD- batterij niet wanneer de camera...
Pagina 432
Batterijen: Vuil op de Laad de batterij op voordat u deze batterijcontacten kan ertoe leiden gebruikt. Als u foto’s van dat de camera slecht functioneert belangrijke gebeurtenissen maakt, en dient vóór gebruik te worden zorg dan dat u een extra, volledig verwijderd met een zachte, droge opgeladen EN-EL4a/EN-EL4 doek.
Mocht de camera nog steeds niet goed functioneren, neem dan contact op met uw leverancier of met de technische dienst van Nikon. Houd er rekening mee dat als u de stroombron verwijdert of loskoppelt, zoals hierboven wordt beschreven, gegevens die niet op de geheugenkaart waren opgeslagen toen het probleem zich voordeed, verloren kunnen gaan.
Pagina 434
❚❚ Opname Probleem Oplossing Pagina Opstarten camera duurt lang. Wis bestanden of mappen. — • Geheugenkaart is vol of niet 42, 49 geplaatst. • CPU-objectief met diafragmaring bevestigd maar het diafragma is niet vergrendeld op het hoogste f/-getal. wordt weergegeven in het bovenste LCD-venster, selecteert u Ontspanknop uitgeschakeld.
Pagina 435
Probleem Oplossing Pagina Flitser in gebruik. De flitssynchronisatiesnelheid kan worden geselecteerd via persoonlijke instelling Niet alle sluitertijden zijn e1 ([Flitssynchronisatie snelheid]). beschikbaar. Wanneer u een optionele flitser gebruikt (SB-900, SB-800, SB-600 of SB-R200), kiest u [1/250 sec. (auto FP)] voor een volledig sluitertijdenbereik. De scherpstelling wordt niet Camera staat in scherpstelstand C: vergrendeld als de ontspan-...
Pagina 436
Kan witbalans niet meten. Onderwerp te donker of te licht. Beeld kan niet worden geselecteerd als bron voor de Foto niet gemaakt met de D3X. vooringestelde witbalans. • De optie NEF (RAW) of NEF (RAW)+JPEG is geselecteerd voor Witbalansbracketing niet beeldkwaliteit.
Pagina 437
Probleem Oplossing Pagina “A” (Automatisch) is geselecteerd voor verscherping, contrast of verzadiging. Effecten van beeldinstelling Voor consistente resultaten bij een verschillen per foto. reeks foto’s selecteert u een andere instelling dan “A” (Automatisch). Lichtmeting kan niet worden Belichtingsvergrendeling is gewijzigd. ingeschakeld.
Pagina 438
❚❚ Weergave Probleem Oplossing Pagina Delen van het beeld knipperen. Druk op 1 of 3 om de weergegeven foto- Er verschijnen opname- 229, gegevens op foto’s. informatie te selecteren. Tijdens weergave verschijnt een grafiek. NEF (RAW)-foto wordt De foto is opgenomen met beeldkwaliteit niet weergegeven.
Pagina 439
Probleem Oplossing Pagina Foto wordt niet Controleer of de HDMI-kabel (apart weergegeven op high- definition verkrijgbaar) is aangesloten. videoapparaat. Foto’s kunnen niet naar de computer worden Kies de juiste optie voor [USB]. gekopieerd. Foto’s worden niet weergegeven in Update software naar de meest recente versie. Capture NX 2.
Batterij is leeg. Vervang de batterij. 32, 34 Neem contact op met Batterij kan niet — de technische dienst worden gebruikt. van Nikon. Cameraklok is niet — Stel cameraklok in. ingesteld. Geen objectief bevestigd of een niet-CPU-objectief bevestigd zonder dat...
Pagina 441
Aanduiding LCD- Zoeker venster Probleem Oplossing Pagina • Gebruik een lagere ISO-gevoeligheid. • Gebruik optioneel grijsfilter (ND). In Onderwerp te licht; belichtingsstand: foto wordt f Kies kortere overbelicht. sluitertijd. g Kies een kleiner diafragma (hoger f/-getal)
Pagina 442
Aanduiding LCD- Zoeker venster Probleem Oplossing Pagina • Gebruik een hogere ISO-gevoeligheid. • Gebruik een optionele flitser. In Onderwerp te belichtingsstand: donker; foto wordt f Kies een langere onderbelicht. sluitertijd g Kies een groter diafragma (lager f/-getal) Wijzig sluitertijd of A geselecteerd 116, selecteer stand voor...
Pagina 443
• Wis foto’s. huidige instellingen • Plaats nieuwe of geen bestands- of mapnummer geheugenkaart. beschikbaar. Ontspan de sluiter. Als de storing zich blijft voordoen, neemt u Camerastoring. — contact op met de technische dienst van Nikon.
Pagina 444
Geen geheugenkaart geheugenkaart geheugenkaart. vinden. correct is geplaatst. • Geen toegang tot • Gebruik een door geheugenkaart. Nikon goedgekeurde kaart. Kan deze • Controleer of de — geheugenkaart contacten schoon niet gebruiken. zijn. Als de kaart...
Pagina 445
Aanduiding LCD- Monitor venster Probleem Oplossing Pagina Selecteer een map Geen beelden op met beelden in het geheugenkaart of menu Map bevat geen — in geselecteerde beelden. [Weergavemap] of weergavemap vervang de (pen). geheugenkaart. Selecteer een andere map of Alle foto’s in de gebruik de optie Alle beelden zijn —...
Pagina 446
Aanduiding LCD- Monitor venster Probleem Oplossing Pagina Controleer de printer. Selecteer Controleer de — Printerfout. [Doorgaan] (indien printer. beschikbaar) om te hervatten. Papier in printer Plaats papier met Controleer het heeft niet het het juiste formaat — papier. geselecteerde en selecteer formaat.
Bijlage In deze bijlage worden de volgende onderwerpen behandeld: • Standaardinstellingen ............... p. 422 • Capaciteit geheugenkaart .............. p. 427 • Belichtingsprogramma ..............p. 430...
Standaardinstellingen U kunt de volgende standaardinstellingen herstellen via een reset met twee knoppen of via de optie [Opnamemenu terugzetten] of [Herstel pers. instellingen]. ❚❚ Standaardinstellingen die worden hersteld via een reset met twee knoppen (p. 204) Optie Standaard [ISO-gevoeligheid] (p. 104) [Beeldkwaliteit] (p.
Pagina 449
❚❚ Standaardinstellingen die worden hersteld via [Opnamemenu terugzetten] (p. 293) Optie Standaard [Naamgeving bestanden] (p. 296) [Sleuf 2] (p. 72) Overloop [Beeldkwaliteit] (p. 66) JPEG Normaal [Beeldgrootte] (p. 70) Groot [Beeldgebied] (p.60) [Automatische DX-uitsnede] (p. 60) [Kies beeldgebied] (p. 61) FX-formaat (36 ×...
Pagina 450
❚❚ Standaardinstellingen die worden hersteld via [Herstel pers. instellingen] (p. 304) Optie Standaard a1 [Selectie AF-C-prioriteit] (p. 305) Ontspannen a2 [Selectie AF-S-prioriteit] (p. 306) Scherpstelling a3 [Dynamisch AF-veld] (p. 307) 9 punten a4 [Focus Tracking met Lock-On] (p. 309) Normaal a5 [AF-activering] (p.
Capaciteit geheugenkaart De volgende tabel geeft bij benadering het aantal opnamen aan dat kan worden opgeslagen op een geheugenkaart van 4 GB (SanDisk Extreme IV, SDCFX4) bij verschillende instellingen voor beeldkwaliteit, beeldgrootte en beeldgebied. ❚❚ Beeldgebied bij FX-formaat (36 × 24) Beeldkwaliteit Beeldgrootte Bestandsgrootte Aantal beelden...
Pagina 454
❚❚ Beeldgebied bij DX-formaat (24 × 16) Beeldkwaliteit Beeldgrootte Bestandsgrootte Aantal beelden Buffercapaciteit NEF (RAW), — Compressie zonder 12,1 MB verlies, 12-bits NEF (RAW), — Compressie zonder 15,5 MB verlies, 14-bits NEF (RAW), — Gecomprimeerd, 10,1 MB 12-bit NEF (RAW), —...
Pagina 455
1 Alle getallen zijn benaderingen. De bestandsgrootte hangt af van het onderwerp van de foto. 2 Maximaal aantal opnamen dat kan worden opgeslagen in het buffergeheugen bij ISO 100. Dit neemt af als [Optimale kwaliteit] is geselecteerd voor [JPEG- compressie], ISO-gevoeligheid is ingesteld op P of hoger, [Hoge ISO ruisonderdrukking] wordt geselecteerd terwijl automatische instelling van ISO- gevoeligheid is ingeschakeld of de ISO-gevoeligheid is ingesteld op 500 of hoger of ruisonderdrukking bij lange sluitertijd, actieve D-Lighting of...
Belichtingsprogramma Het belichtingsprogramma voor geprogrammeerd automatisch wordt weergegeven in de volgende grafiek: ISO 100; objectief met maximaal diafragma van f/1.4 en minimaal diafragma van f/16 (bijv. AF 50mm f/1.4D) f/1.4 f/2.8 f/5.6 f/11 f/16 f/22 f/32 30" 15" 8" 4" 2" 1" 8 15 30 60 125 250 500 1000 2000 4000 8000 Sluitertijd De maximale en minimale LW-waarden zijn afhankelijk van de...
Digitale spiegelreflexcamera Objectiefvatting Nikon F-vatting (met AF-koppeling en AF-contacten) Effectieve pixels 24,5 miljoen Effectieve pixels Beeldsensor CMOS-sensor van 35,9 × 24,0 mm (Nikon FX-formaat) Beeldsensor Totaal aantal pixels 25,72 miljoen Stofreductiesysteem Referentiegegevens voor stofverwijdering (optioneel programma Capture NX 2 vereist) Opslag •...
Pagina 458
Opslag Dubbele sleuf Sleuf 2 kan worden gebruikt als de kaart in sleuf 1 vol is, als back-up of om NEF (RAW)- en JPEG-foto’s op verschillende locaties op te slaan. DCF (Design Rule for Camera File System) 2.0, DPOF (Digital Bestandssysteem Print Order Format), Exif 2.21 (Exchangeable Image File Format for Digital Still Cameras), PictBridge...
Pagina 459
Sluiter Type Elektronisch gestuurde verticaal aflopende spleetsluiter Sluitertijd – 30 sec. in stappen van of 1 LW, bulb, X250 8000 Flitssynchronisatiesnelheid X= sec.; synchroniseert bij sluitertijden van sec. of langer Ontspannen S (enkel beeld), C (continu laag), C (continu hoog), a Ontspanstand (livebeeld), E (zelfontspanner), M (spiegel omhoog)
Pagina 460
ISO 100 of op circa 0,3, 0,5, 0,7, 1 of 2 LW (ISO 6400- equivalent) boven ISO 1600. Actieve D-Lighting Keuze uit [Automatisch], [Extra hoog], [Hoog], [Normaal], [Laag] of [Uit] Scherpstelling Nikon Multi-CAM 3500FX autofocus sensormodule met TTL- Autofocus fasedetectie, fijnafstelling, 51 scherpstelpunten (waaronder 15 kruissensors) Detectiebereik –1–+19 LW (ISO 100, 20 °C) •...
Pagina 461
Accessoireschoentje ISO 518 schoentje met synchronisatie- en gegevenscontacten en veiligheidsvergrendeling Nikon Creatief Geavanceerde draadloze flitssturing wordt ondersteund bij de SB-900, SB-800 of SU-800 als Verlichtingssysteem (CVS) commander en de SB-900, SB-800, SB-600 of SB-R200 als afstandsbediening;...
Pagina 462
• Tenzij anders vermeld, hebben alle getallen betrekking op een camera met een volledig opgeladen batterij bij een omgevingstemperatuur van 20 °C. • Nikon behoudt zich het recht voor de specificaties van de hardware en software die in deze handleiding worden beschreven op enig moment zonder voorafgaande aankondiging te wijzigen.
De batterijen kalibreren De MH-22 snellader is voorzien van een functie voor batterijkalibratie. Kalibreer de batterij indien nodig om te zorgen dat het batterijniveau op de camera en de lader correct wordt weergegeven. Als het kalibratielampje voor het Laderlampjes huidige batterijvak knippert (groen) wanneer een batterij is geplaatst, moet de batterij worden...
Pagina 464
Verwijder de batterij, haal de stekker van de batterijlader uit het stopcontact en breng de batterij en de lader voor onderzoek naar de technische dienst van Nikon. Twee batterijen opladen en kalibreren De MH-22 laadt slechts één batterij tegelijk op. Als in beide batterijvakken een batterij is geplaatst, worden ze in volgorde van plaatsing opgeladen.
Pagina 465
AC 100–240 V (50/60 Hz) Invoer DC 12,6 V/1.200 mA Uitvoer Ondersteunde batterijen Nikon EN-EL4a/EN-EL4 oplaadbare Li-ion batterijen Laadtijd per batterij Circa 2 uur en 25 minuten (EN-EL4a) of 1 uur en 40 minuten (EN-EL4) wanneer de batterij volledig leeg is 0–40 °C...
Pagina 466
Ondersteunde standaards • DCF versie 2.0: Design Rule for Camera File System (DCF) is een algemeen erkende standaard voor digitale camera’s waarmee de compatibiliteit tussen de verschillende cameramerken wordt gewaarborgd. • DPOF: Digital Print Order Format (DPOF) is een industriestandaard die het mogelijk maakt foto’s af te drukken op basis van een printopdracht die is opgeslagen op de geheugenkaart.
Pagina 467
• De optionele WT-4 draadloze transmitter gebruiken • Gebruik van het optionele GP-1 GPS-apparaat • Vibratiereductie (VR) toepassen met VR-objectieven Let op het volgende als u de gebruiksduur van oplaadbare Nikon EN-EL4a batterijen optimaal wilt benutten: • Houd de batterijcontacten schoon. Bij vuile contacten kunnen de prestaties van de batterij afnemen.
Index Menu-items en opties in het beeldscherm van de camera worden weergegeven tussen haken ([ ]). Afdrukopties (PictBridge-menu Symbolen K (enkelpunts AF), 76, 77 [Setup]), 266 I (dynamisch veld-AF), 76, 77 [Aantal afdrukken], 266 H (automatisch veld-AF), 76, 77 [Paginagrootte], 266 S, 86 [Rand], 266 , 86, 88, 321...
Pagina 474
Menu-items en opties in het beeldscherm van de camera worden weergegeven tussen haken ([ ]). [Datum en tijd], 349 [Datumnotatie], 349 [Tijdzone], 349 [Zomertijd], 349 [Wissen], 281 [Alle], 281 [Selectie], 281 Wissen, 58, 245, 281 alle foto's, 281 geselecteerde foto's, 281 huidig beeld, 245 [Witbalans], 140 [Automatisch], 140...
Pagina 476
Deze handleiding mag op geen enkele manier volledig of gedeeltelijk (behalve voor korte citaten in kritische artikelen of besprekingen) worden gereproduceerd zonder de schriftelijke toestemming van NIKON CORPORATION. Gedrukt in Europa SB0C03(1F) 6MB0401F-03...