RELAIS PLAKT
Compressor- of aanzetmagneetschakelaar kleeft.
IWS NIET PAR
Wamtepomptype werd niet in de regelaar gedefinieerd
DEBIET
Debietbewaking uit verwarmingsvermogen, aanvoertemperatuur
en retourtemperatuur.
ERR DEBIET
In 2 uren compressorwerktijd zijn 5 fouten opgetreden
ND KOELEN
De lagedruksensor heeft geschakeld; schakelpunt 4 bar in
koelwerking (absoluut) binnen 5 seconden.
FOUT ND KOELEN
In 2 uur compressorwerktijd zijn er 5 fouten opgetreden.
ND ONTDOOIEN
De lagedruksensor heeft geschakeld; schakelpunt 2 bar in
ontdooiwerking (absoluut) binnen 10 seconden.
FOUT ND ONTD
In 2 uur compressorwerktijd zijn er 5 fouten opgetreden.
Parameter foutlijst voor WP-type 5 en 6: aflezen van alle opgetreden fouten volgens
Foutindicatie
Oorzaak
LAGEDRUK
De lagedruksensor heeft geschakeld
ERR ND-DRUK
In 2 uren compressorwerktijd zijn 5 fouten opgetreden
VORSTBEVEILIG
De vorstveiligheidsdruksensor is geactiveerd
HOGEDRUK
De hogedrukbewaking heeft geschakeld
ERR HD-DRUK
In 2 uren compressorwerktijd zijn 5 fouten opgetreden
G-VERMOGEN
Hoge druk < lage druk + 3 bar binnen 30 seconden
ERR G-VERMOGEN In 2 uren compressorwerktijd zijn 5 fouten opgetreden
ONTDOOIEN
Vorstbeschermtemperatuur < 10 °C tijdens ontdooien
ERR ONTDOOIEN
In 2 uren compressorwerktijd zijn 5 fouten opgetreden
DRAAISCHAKELAR
De schuifschakelaar WP-type van de IWS is voor
cascadewerking niet correct ingesteld.
HD-SENSOR-MAX
De hogedruksensor heeft geschakeld
VW-GAS-MAX
Heetgastemperatuur > 125 °C
RELAIS PLAKT
Compressor- of aanzetmagneetschakelaar kleeft
BRON-MIN
De gedefinieerde minimale brontemperatuur werd
onderschreden.
IWS NIET PAR
Wamtepomptype werd niet in de regelaar gedefinieerd
Magneetschakelaar K1 en K2 controleren.
Met parameter Warmtepomptype de warmtepomp
selecteren
Debiet controleren
Terugslagklep lekt.
Expansieventiel werkt niet juist.
Koelmiddel ontsnapt.
Expansieventiel opent niet.
Oplossing
Koelmiddel ontsnapt, expansieventiel gaat niet open
Koelmiddel is ontsnapt, expansieventiel gaat niet open, debiet
bron controleren
Debiet en sensorkoppeling van de verwarmingszijde
controleren
Fasevolgorde verkeerd
Waterdebiet te laag, watertemperatuur te laag
Het net van de warmtepomp uitgeschakeld en schuifschakelaar
correct instellen.
Debiet van de verwarming te klein, ingestelde
kamertemperatuur / verwarmingscurve te hoog
Injectieventiel werkt niet juist, expansieventiel werkt niet juist,
koelmiddellek
Magneetschakelaar K1 en K2 controleren
Minimale brontemperatuur controleren, indien nodig wijzigen.
Bron-volumestroom controleren: bronberekening controleren.
Met parameter Warmtepomptype de warmtepomp selecteren
33