3 Bediening
3.26 Handgas (opt)
Handgas bedienen
V
afb. 66: Handgasbediening (optie)
3-46
De gashendel A is aan de zijkant, rechts van de middenconsole gemonteerd.
S
Gevaar!
Gevaar van ongevallen. Op de openbare weg kan het voertuig door het
bedienen van de gashendel A niet op gecontroleerde wijze bestuurd worden!
A
Handgas alleen gebruiken bij werkinzet!
Voor het rijden op de openbare weg:
• Gashendel A in standgasstand S brengen
• Motortoerental alleen met het voetgaspedaal regelen
Gevaar!
Gevaar van ongevallen. Voertuig versnelt op ongecontroleerde wijze,
wanneer bij vooraf geselecteerd motortoerental de rijrichtingschakelaar
bediend wordt!
Rijrichtingschakelaar alleen bij ingedrukt rem-inchpedaal bedienen of
gashendel in nulstand brengen
Gevaar!
Gevaar van ongevallen. In noodsituaties onmiddellijk het rem-inchpedaal
intrappen en gashendel A tot de aanslag S naar achteren drukken!
Verder moet voor het opnieuw starten van de dieselmotor de gashendel A
terug op de aanslag S gezet zijn!
Aanwijzing!
De handgasbediening is uiterst nuttig bij het bedrijf van hydraulisch
bediende hulpwerktuigen om een gelijkmatige toevoer van hydraulische olie te
garanderen. De rijsnelheid moet daarbij via het rem-inchpedaal – "Inchen" of
via de langzaam-rijden-inrichting (optie) geregeld worden.
Functie
Toerental van de dieselmotor vast instellen voor het werken.
Motortoerental als volgt vooraf kiezen
• Rem-inchpedaal in het inchbereik drukken
– zie hoofdst.
• Rijrichting vooraf kiezen
– zie hoofdst.
• Met de gashendel het gewenste motortoerental instellen
S = Standgas (minimaal toerental)
V = Volgas (maximaal toerental)
• Rem-inchpedaal langzaam loslaten
Rem-inch-pedaal op pagina 3-48
Rijrichtingsverandering (vooruit/achteruit) op pagina 3-51
BA 348-01 * 2.0 * 34801b330.fm