Inhoudsopgave
Advertenties
2 Veiligheidsvoorschriften
2.2 Gebruik volgens de bestemming en aansprakelijkheid
2-2
• Er mogen geen begeleidende personen in de bestuurderscabine of op de
wiellader meegenomen resp. getransporteerd worden. Er mag voorts geen
vervoer van personen in de hulpwerktuigen (bijv. laadbak, stapelinrichtingen)
plaatsvinden.
• Het voertuig mag niet worden gebruikt voor transport op de openbare weg.
• Bij oververhitte motorgeluiddemper en/of remschijven mag het voertuig niet
gebruikt worden op plaatsen waar gevaar voor brand bestaat, b.v. hooi- en
strobedden e.d..
• Het voertuig wordt conform de voorschriften gebruikt:
• Voor het verzetten van grond, grind, gruis en puin evenals voor het gebruik van de in
het hoofdstuk Inleiding vermelde hulpwerktuigen.
• Ieder ander gebruik geldt als niet conform de voorschriften. Voor schade die hieruit
ontstaat, is de productiefirma niet aansprakelijk; Het risico ligt uitsluitend bij de
gebruiker.
Tot het gebruik conform de voorschriften hoort ook het opvolgen van de aanwijzingen
in de gebruikshandleiding en de onderhoudsvoorschriften.
• De geldende ongevallenpreventievoorschriften, de andere algemeen erkende veilig-
heidstechnische regels en de regels over bedrijfsgeneeskunde, het verkeersreglement
en het wegenverkeersreglement m.b.t. technische eisen en rijvaardigheden moeten in
acht genomen worden. In andere landen moeten de nationale voorschriften in acht
genomen worden. Voor schade die door het niet naleven van deze voorschriften
ontstaat, aanvaardt de productiefirma geen aansprakelijkheid.
• Het eigenmachtig aanbrengen van wijzigingen aan het voertuig en het gebruiken van
reserveonderdelen, toebehoren, hulpwerktuigen en speciale uitrustingen die niet door
de productiefirma zijn gecontroleerd en goedgekeurd, kunnen de veiligheid van het
voertuig negatief beïnvloeden. Voor schade die daar uit ontstaat, is de productiefirma
niet aansprakelijk.
• De productiefirma kan niet aansprakelijk worden gesteld voor letsel en/of materiële
schade die het gevolg is van het niet opvolgen van de veiligheidsvoorschriften, van de
gebruikshandleiding of van het verwaarlozen van een bijzondere verantwoordelijkheid
bij:
• de hantering van
• Gebruik
• het onderhoud van
• reparaties van het voertuig ontstaan, ook wanneer in de veiligheidsvoorschriften,
bedienings- en onderhoudshandleidingen (voertuig/motor) niet speciaal naar deze
verplichtingen tot inachtneming van zorgvuldigheid wordt verwezen.
• Lees de gebruikshandleiding vóór ingebruikname, onderhoud- of reparatiewerkzaam-
heden aan het voertuig door. Volg beslist alle veiligheidsvoorschriften op.
• Bij hefwerkzaamheden wordt het voertuig alleen volgens de voorschriften gebruikt als
de voorgeschreven
nrichtingen aanwezig zijn en goed werken.
I
BA 348-01 * 2.0 * Sicherheit_Radlader.fm
Advertenties
Inhoudsopgave
