Branderautomaat
Branderautomaat
Indicatie- en bedieningseenheid
In de branderautomaat zijn een display en bedienings-
eenheid geïntegreerd. In het indicatieveld zijn de
bedrijfssituaties, de service- en parametersituaties
evenals de storings- en foutmeldingen zichtbaar.
Status
Service
S
Afb. 34
Ontgrendelingsknop (reset)
A
Led van links: warmteaanvraag, vlam, onderhoud
B
en storing.
Keuzetoets (select)
C
Cursor-toetsen
D
Werkingsindicatie
In de normale werking wordt op de statusweergave de
bedrijfstoestand weergegeven. Dat gebeurt ook bij een
storing na het indrukken van de ontgrendelingsknop R.
De volgende weergaven worden automatisch doorlo-
pen. Bij optredende storingen zie storingscodes vanaf
pagina 41. Met behulp van de ontgrendelingsknop R
A
(0,5 tot 10 s indrukken) kunt u de indicatie op elk
gewenst moment verlaten.
Status Service
Status Service
Status Service
Status Service
34
R
Systeemstart na voedings-
spanning
Aan
–
Stand-by
Ruststandcontrole
Systeemtests
Ventilatorstart
Het display bestaat uit viermaal 7-segmentelementen.
Vier toetsen dienen voor de instelling op de verschil-
lende bedieningsniveaus.
Status Service
Status Service
Status Service
Status Service
Status Service
Status Service
Klep- en/of
relaiscontrole
Voorbeluchting
Voorontsteking
Ontsteken
Beveiligingstijd
Vlamvorming
Vlamstabilisering
Werking met vlam