Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud
Alle verwarmingswateraansluitingen op dichtheid controleren
Gevaar
Bij werkzaamheden aan onder druk staande
onderdelen bestaat gevaar op verwondingen.
Aansluitingen aan de verwarmingswaterzijde
mogen pas worden geopend als de verwar-
mingsketel niet langer onder druk staat.
Aftappen van de ketel met een pomp alleen bij
geopende ontluchting uitvoeren.
Condenswaterafvoersysteem reinigen en weer aansluiten
Opmerking
Het condenswaterafvoersysteem minstens eenmaal
per jaar van binnen reinigen.
C
B
A
D
Afb. 24
1. Vier bouten losdraaien en de achterplaten midden
en onder erafnemen.
2. Slang
naar de neutraliseringsinrichting (indien
C
aanwezig) van de sifon
3. Afvoer- resp. reinigingsslang
sluiten en naar de riolering leggen.
26
B
losmaken.
op de sifon aan-
D
Opmerking
Aansluitingen voor regelinrichtingen en minimumdruk-
bewaking (laagwaterniveaubeveiliging) ook op lekkage
controleren.
4. Condenswaterafvoersysteem (slang, buizen) van
binnen reinigen.
5. Water in de verbrandingskamer vullen.
Opmerking
Het water moet zonder opstuwen via de condens-
waterafvoer wegstromen.
Indien nodig, condenswaterafvoer nog een keer
reinigen.
6. Neutraliseringsinrichting (indien aanwezig) volgens
de gegevens van de fabrikant reinigen.
Bedieningshandleiding van de neutralise-
ringsinstallatie
Opmerking
Het neutraliseringmiddel kan worden besteld onder
bestelnummer 9521702.
7. Onderste gedeelte
A
ven en uitspoelen.
8. Onderste gedeelte
A
vullen en vastschroeven.
9. Condenswaterafvoersysteem en afdekplaat achter
weer monteren
Opmerking
De slangverbinding naar de door de installateur te
voorziene condenswaterinstallatie of naar de neu-
traliseringsinstallatie mag niet doorhangen; eventu-
eel met een buis stabiliseren.
van de sifon
eraf schroe-
B
van de sifon
met water
B