Hoofdstuk Onderhoud
Transmissie oliepeil - Controle
WAARSCHUWING
Hete olie en onderdelen kunnen persoonlijk
letsel veroorzaken. Laat geen hete olie of
componenten in contact komen met de huid.
1. Start en bedien de heftruck tot de transmissie de
normale bedrijfstemperatuur heeft bereikt (ongeveer
80°C).
2. Parkeer de heftruck op een horizontale ondergrond
met het vorkenbord naar beneden, de parkeerrem
aangetrokken en de transmissie in neutraal.
3. Houd het bedrijfsrempedaal ingedrukt en laat de
motor bij lage toeren vrijlopen. Zet de transmissie in
vooruit en achteruit om de koppelingen met olie te
vullen.
4. Plaats de transmissie in neutrale stand. Trek de
parkeerrem aan.
Voorbeeld
5. Draai de oliepeilstok linksom los, verwijder hem en
veeg hem schoon. Steek de oliepeilstok langzaam
zo ver mogelijk in de oliepeilbuis en trek de
peilstok er weer uit.
6. Wanneer de olietemperatuur rond de 40°C ligt,
moet het oliepeil boven de koude startmarkering
"COLD" staan. Wanneer de olietemperatuur rond
de 80°C ligt, moet het oliepeil op niveau "HOT"
staan.
7. Monteer de oliepeilstok weer en draai deze
rechtsom vast.
8. Controleer het filter en de aftapstop op lekkage.
9. Stop de motor.
D60/70/80/90S-9 (3 versnellingen)
Oliepeil aandrijfas controleren
WAARSCHUWING
Hete olie en onderdelen kunnen persoonlijk
letsel veroorzaken. Laat geen hete olie of
componenten in contact komen met de huid.
Oliegekoelde schijfrem (OCDB)
Parkeer de heftruck op een vlakke ondergrond. Zet de
parkeerrem vast. Laat de motor langzaam stationair
draaien. Zet de rijrichtinghendel in NEUTRAAL.
1. Verwijder de peilstok/vuldop. Controleer het oliepeil.
2. Zorg dat het oliepeil tussen de markeringen Min en
Max op de peilstok staat
3. Plaats de peilstok terug.
216