Luchtbehandelingsapparatuur (HVAC) WK-com Serie
06
Ingebruikname
6. Ingebruikname
06.01 Eerste keer proefdraaien
Alle klempunten van de elektrische installatie nogmaals vastdraaien!
Bij de ingebruikname dient u erop te letten, dat de HVAC-apparaten niet boven de in de voorschriften vastgelegde
grenzen wordt geëxploiteerd.
Let in het bijzonder op:
•
•
•
Het gevolg van ondoelmatig gebruik zijn beschadigingen aan het apparaat waarvoor wij geen garantie verlenen!
Tijdens de ingebruikname alsook voor het latere gebruik van het HVAC-apparaat dient u de informatiebordjes aan
het HVAC-apparaat in acht te nemen!
Controle voor de eerste keer proefdraaien
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
ATEX-apparaten uitsluitend in gebruik nemen, wanneer aan de volgende punten is voldaan:
•
•
•
Het apparaat pas betreden c.q. eraan werken, wanneer aan volgende punten is voldaan:
•
Maximaal ventilatortoerental.
Maximale stroomverbruik van de aandrijvingmotoren.
Maximale binnentemperatuur van het apparaat 24 °C.
Werd de binnenkant van het luchtbehandelingapparaat grondig gereinigd en werden alle losse deeltjes en
vreemde voorwerpen verwijderd?
Werd de binnenkant van het HVAC-apparaat gereinigd?
Werden de transportbeveiligingen (rood gemarkeerde delen) verwijderd?
Hebben de trillingsdempers in alle richtingen voldoende bewegingsvrijheid?
Zijn de snaarschijven uitgelijnd?
Zijn de naafbevestigingsschroeven en klemschroeven van de spanbussen stevig vastgedraaid?
Is de spanning van de V-snaar in orde?
Zijn de waterlekbakken van de luchtbevochtiger gevuld?
Zijn alle sifons gevuld met water?
Zijn alle luchtkanalen aan het HVAC-apparaat aangesloten?
Zijn alle componenten in het kanaalsysteem ingebouwd, zodat het benodigde externe drukverlies aanwezig is?
Zijn alle motoren conform de aansluitspanning correct aangesloten?
Draairichting van de servomotoren controleren!
Attentie! Servomotoren van de jaloeziekleppen bewegen in gesloten toestand tegen een aanslag.
Ventilator pas inschakelen, wanneer de open stand van de relevante elementkleppen werd gecontroleerd of door
middel van eindschakelaars werd aangegeven. Regeltechnisch is voorzien dat bij het sluiten van de afsluitkleppen
de relevante ventilatoren onmiddellijk uitschakelen. Voor schade ten gevolge van een onvakkundige werkwijze
kan WOLF niet aansprakelijk worden gesteld. Om bij brandwerende kleppen in de installatie schade door
drukpieken te vermijden, overdrukkleppen voorzien.
Behalve bovenvermelde punten dienen alle componenten, zoals de roterende warmtewisselaar, volgens de
technische eisen van deze en andere meegeleverde gebruiksaanwijzingen van leveranciers gecontroleerd en,
indien nodig, opnieuw afgesteld te worden.
Zijn alle toegangsopeningen van het apparaat met revisiedeksels c.q. -deuren gesloten?
Smering van de ventilatorlagers controleren, eventueel nasmeren.
Bovendien moeten de afzonderlijke bedienings- en onderhoudsaanwijzingen voor de geïnstalleerde onderdelen
of de meegeleverde onderdelen in acht worden genomen!
Gebruiksvoorwaarden volgens het doelmatige gebruik.
Stoffen conform EN 1127-1 (die geneigd zijn tot zelfontbranding) dienen buiten de directe omgeving van het
apparaat te worden gehouden.
Duurzame en voldoende ventilatie van de plaatsingsruimte (technische centrale) bij ATEX-apparaten zonder
gedefinieerde Ex-bereiken buiten; zodat door de gebruiksafhankelijke apparatenlekkage buiten geen potentieel
explosieve atmosfeer door zoneoverdracht kan ontstaan.
Geen sprake van een potentieel explosieve atmosfeer (installatie, indien nodig, eerst spoelen en ventileren).
34 34