Pagina 1
Montage- en Onderhoudshandleiding COMFORT-PLAFOND WTW-HR UNIT CFL-WTW (vertaling van de originele gebruiksaanwijzing) Nederlands | Wijzigingen voorbehouden 3063951_202106...
1. Algemeen / Aanwijzingsteken Algemeen Deze onderhoudshandleiding is uitsluitend voor Wolf WTW-HR units CFL-WTW geldig. Deze handleiding moet vóór het begin van de inbedrijfname of onderhoud door het op dat ogenblik met de uitvoering belaste personeel gelezen worden. De instructies in deze handleiding moeten worden nageleefd. Montage, inbe- drijfstelling en bepaalde onderhoudswerkzaamheden mogen uitsluitend door opgeleid vakpersoneel worden uitgevoerd.
Storingen en schade die de veiligheid of het juiste functioneren van het appa- raat (kunnen) beïnvloeden moeten meteen door vaklieden verholpen worden. Beschadigde elementen en componenten mogen alleen door originele WOLF- reserveonderdelen vervangen worden. Er mag enkel lucht getransporteerd worden. Deze lucht mag geen voor de...
EC-ventilatoren pas vijf minuten ná het uitschakelen van de spanning aanraken. Reglementair gebruik Wolf CFL-EC Compact units zijn bedoeld voor het verwarmen en filteren van normale lucht. Het gebruik in ruimtes met een explosieve atmosfeer is niet toegelaten. Het transport van lucht die veel stof of agressieve media bevat is niet toegestaan.
Pagina 6
3. Normen, voorschriften Normen, voorschriften Voor de ventilatietoestellen gelden de volgende normen en voorschriften: - Machinerichtlijn 2006/42/EG - Laagspanningsrichtlijn 2014/35/EG - EMC-richtlijn 2014/30/EG - ErP-richtlijn 2009/125/EG - RoHS-richtlijn 2011/65/EU - NEN EN ISO 12100 Veiligheid van machines; Basisbegrippen, algemene ontwerpbeginselen - NEN EN ISO 13857 Veiligheid van machines;...
Indien er sprake is van schade of enkel maar de verdenking van schade moet dit door de ontvanger op de vrachtbrief vermeld en door de transporteur mede ondertekend worden. De feiten moeten onmiddellijk door de ontvanger van de goederen aan de firma Wolf gemeld worden.
7. Montage / Opstelling Opstellingsplaats CFL-WTW De CFL-WTW is uitgerust als binnenunit en uitsluitend voorzien voor montage aan het plafond. Het plafond waaraan het toestel gemonteerd wordt, moet effen en voldoende draagkrachtig zijn (min. 500 kg/m²). Het toestel mag uitsluitend met de standaard meegeleverde plafondhouders worden gemonteerd, cf.
7. Montage / Opstelling Sifon De effectieve sifonhoogte h (mm) dient groter te zijn dan de max. onder- resp. overdruk op het condensaataansluitstuk ( 1 mm wk = 10 Pa). h = 1,5 x p (mm wk) + 50 mm (min.) = Onder- resp.
7. Montage / Opstelling Hydraulische aansluiting Verwarmer: voorbeeld voor Bijmengschakeling de hydraulische Voordelen: goed regelgedrag, gering gevaar op bevriezing aansluiting ϑ1 =ϑ2 Verdeelschakeling Koeler: voorbeeld voor Voordelen: constante aanvoer- de hydraulische temperatuur in de koeler, goede aansluiting ontvochtiging, ook bij deellast Opmerking: een plaatsing van de kleppen nabij de warmtewisselaar verbetert het regelgedrag Luchtaansluiting Bedieningszijde toevoerlucht links...
8. Elektroaansluiting Elektroaansluiting De elektrische aansluiting moet conform de lokale voorschriften gedaan worden. Voor het aansluiten van de regeling en van de regeling-toebehoren dienen de meegeleverde instructies en bekabelingsschema in acht te worden genomen. Na beëindiging van de elektrische aansluitingswerkzaamheden moet een veilig- heidstechnische controle van de installatie volgens VDE 0701-0702 en VDE 0700 deel 500 doorgevoerd worden, anders bestaat het gevaar van een elektrische schok waardoor de gezondheid bedreigd wordt en het leven in gevaar kan komen.
Pagina 16
8. Elektroaansluiting Afbeelding: Doorvoer van de door de klant CFL 10 / 15 / 22 te voorziene kabels Afbeelding: CFL 32 Doorvoer van de door de klant te voorziene kabels Inspectiedeur Bypass openen Afdekplaat voor de regeling verwijderen en kabels overeenkomstig bekabelingsschemata aansluiten.
Het in gebruik nemen van het toestel is pas dan toegestaan als alle noodzake- lijke beveiligingsvoorzieningen zijn aangebracht en aangesloten. Aanzuig- en uitblaasopeningen dienen aangesloten te zijn teneinde de bescherming tegen aanraken te waarborgen. Het CFL-WTW-toestel moet zijn uitgericht en bevestigd. Het inbedrijfstellen dient door geautoriseerd vakpersoneel (Wolf technische dienst) te worden uitgevoerd.
Pagina 18
- Het wijzigen van functies en parameters is in de meegeleverde montage- en bedieningshandleiding beschreven. Wordt het inbedrijfstellen van de installatie niet door Wolf uitgevoerd, dan dienen alle in- en uitgangen op juiste bekabeling en functie te worden gecontroleerd: - Vorstbeveiligingsfunctie...
Aanbev. min. luchthoeveelheid CFL-10 300 m³/h CFL-15 600 m³/h CFL-22 800 m³/h CFL-32 1400 m³/h Filterbewaking Voor de inbedrijfstelling van de CFL-WTW moeten de drukverschilschakelaars aan de toevoerlucht- en retourluchtfilter worden ingesteld op een waarde van 200 Pa (schaalwieltje). 3063951_202106...
Pagina 20
9. Inbedrijfstelling Tegenstroom-platenwarmte- De tegenstroom-platenwarmtewisselaar is in principe onderhoudsvrij. wisselaar / bypassklep Bij de inbedrijfstelling controleren of de servomotor voor de bypassklep de juiste draairichting aangeeft (bypass-/wtw-bedrijf). Condensaatlekbak Aan de condensaatafvoer moet een sifon worden voorzien en moet het con- densaat naar de riolering worden afgeleid.
Pagina 21
9. Inbedrijfstelling Bepaling van het debiet Het bepalen van het debiet vindt plaats aan de hand van het verschildrukpro- cedé. Hierbij wordt de statische druk vóór de inlaatmondstuk met de statische druk in de inlaatmondstuk vergeleken. Het debiet kan met de volgende vergelijking uit de verschildruk Δp (drukverschil van de beide statische drukken) worden berekend.
Pagina 22
9. Inbedrijfstelling Verschildruk CFL 22 De voor de CFL 22 gebruikte ventilatoren hebben een k-waarde van 123. V = 123 x √Dp 1000 1200 1400 1600 1800 2000 2200 2400 Luchtdebiet [m³/h] Δp = verschildruk Δp [Pa] (symbolische voorstelling) [m³/h] 1000 1200 1400 1600 1800 2000 2200 Verschildruk CFL 32 De voor de CFL 32 gebruikte ventilatoren hebben een k-waarde van 100...
10. Buiten werking stellen voor het onderhoud Vóór het begin van de onderhoudswerkzaamheden moet de hoofdschakelaar worden uitgeschakeld en tegen opnieuw inschakelen worden beveiligd. Dit, omdat anders bij onbedoeld inschakelen onderhoudspersoneel of personen in de directe omgeving aan mogelijk gevaar door draaiende onderdelen worden blootgesteld. Vóór het openen van de deuren moet worden gewacht totdat de ventilatoren volledig tot stilstand zijn gekomen (ca.
Reinigen en herstellen ging, corrosie en dichtheid controleren Afvoerleiding en sifon op juist functioneren Reinigen en herstellen controleren Reparatie Storingen en beschadigingen mogen uitsluitend door opgeleid vakpersoneel worden verholpen. Beschadigde elementen mogen enkel door originele Wolf- reserveonderdelen vervangen worden. 3063951_202106...
12. Onderhoudshandleiding Elektrische uitrusting - De elektrische inrichting van het toestel dient regelmatig te worden gecontroleerd. - Losse verbindingen en defecte kabels moeten direct worden vervangen. - De aarddraad dient regelmatig te worden gecontroleerd. Servomotoren op de kleppen De motoren zijn onderhoudsvrij. Controleer in regelmatige intervallen of de verbinding van de servomotor op de klepaandrijving stevig vastzit.
Pagina 26
12. Onderhoudshandleiding CFL 10 / 15 / 22 1. Schroefverbinding inspectiedeur dwarsprofiel demontage 2. Inspectiedeur dwarsprofiel verwijderen 3. Condensaatlekbak schroefverbinding verwijderen 4. Sifon demonteren (water) en condensaatlekbak demonteren 5. Schroeven van borging tegenstroom-platenwarmtewisselaar iets losdraaien 6. Borgplaat naar boven schuiven 7.
Pagina 27
12. Onderhoudshandleiding CFL 32 1. Paneel condensaatlekbak dient vóór demontage ter plaatse door klant te worden geborgd 2. Inspectiedeur openen en kruiskopschroeven verwijderen 3. Sifon demonteren (water) 4. Op paneel condensaatlekbak schroeven demonteren en paneel condensaatlekbak met twee personen verwijderen 5.
12. Onderhoudshandleiding Ventilator-motoreenheid Motor en lagers zijn onderhoudsvrij. Indien nodig, ventilatorwiel reinigen met zeepsop. Controleer of de meetkabel (indien aanwezig) stevig op de meetbuis van het Let op inlaatmondstuk vastzit. Loszitten kan tot meetfouten leiden. Het geïntegreerde montagehulpsysteem vergemakkelijkt de demontage van de complete ventilator-motoreenheid met frontplaat.
Pagina 29
12. Onderhoudshandleiding Servomotor bypass De motoren zijn onderhoudsvrij. Controleer in regelmatige afstanden of de verbinding van de servomotor met de bypass nog stevig vastzit. CFL 10 / 15 / 22 CFL 32 Condensaatlekbak De condensaatlekbak moet regelmatig op vervuiling worden gecontroleerd en eventueel worden gereinigd (zie checklist).