Inhoudsopgave
Advertenties
8.1 Justeren
Omdat de waarde van de valversnelling niet op elke plek op aarde gelijk is, dient elke
weegschaal aangepast te worden - conform de weegregel voortvloeiende uit regels van
natuurkunde - aan de valversnelling op de plaats van installatie van de weegschaal
(enkel indien de weegschaal niet eerder in fabriek is gejusteerd op de plaats van
installatie). Een dergelijk justeerproces dient men uit te voeren bij eerste
ingebruikname, na elke wijziging van locatie als ook bij temperatuurschommelingen van
de omgeving. Om nauwkeurige meetresultaten te verzekeren wordt het aanvullend
aanbevolen om de weegschaal ook cyclisch in de weegmodus te justeren.
• Het justeren met gebruik van het interne justeergewicht kan op elk moment
worden gestart door de toets te drukken.
De weegschalen worden in de fabriek zo ingesteld dat er automatisch
justeren wordt uitgevoerd door tijd of temperatuur gestuurd.
Dankzij de toepassing van een temperatuursensor is het Met deze functie
mogelijk om volledig automatisch justeren door te voeren met toepassing van
een intern justeergewicht direct nadat de temperatuurwijziging wordt
vastgesteld.
Bij weegschalen met typetoelating loopt het justeren in de weegmodus
automatisch indien aan de volgende eisen is voldaan [de parameters (1) en
(2) kunnen worden gewijzigd enkel in servicemenu, waarbij de ijking ongeldig
wordt]. Bij weegschalen zonder typetoelating kunnen de parameters (1) en (2)
in het menu worden ingesteld, zie hoofdstuk 8.1.5 <Automatisch justeren>.
(1) nadat de omgevingstemperatuur verandert (Dt 2°C),
(2) indien van het laatste justeren meer dan vier uur zijn verstrekken;
(3) nadat de weegschaal van de standby-modus in de weegmodus wordt
omgeschakeld.
• Voor stabiele omgevingsomstandigheden zorgen. Voor opwarmingstijd
zorgen (zie hoofdstuk 1) die voor stabilisatie van de weegschaal nodig is.
• Geen voorwerpen mogen zich op het weegschaalplateau bevinden.
AET/PET/ILT-BA-nl-1631
45
Advertenties
Inhoudsopgave
