3. Bij de actieve functie <
serienummer. Indien nodig het serienummer in het bewerkingsvenster invoeren en
met de toets
4. De instellingen voor de omgevingsgegevens verschijnen.
Bij de actieve functie <
omgevingsomstandigheden (
luchtdruk) van de THB-module overgenomen en afgelezen. De temperatuurwaarde
van de gemeten vloeistof in de positie
bevestigen.
Bij niet-actieve functie dienen alle gegevens extern te worden bepaald en ingevoerd.
AET/PET/ILT-BA-nl-1631
> (zie hoofdstuk 19.2.1) verschijnt de vraag om het
bevestigen.
> (zie hoofdstuk 19.2.1) worden de actuele
de temperatuur,
invoeren en met de toets
vochtigheid,
203