23.2 Reiniging van het apparaat
Reinig, om beschadiging van het apparaat te voorko-
men, het apparaat uitsluitend zoals aangegeven en met
geschikte reinigingsmiddelen.
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
Tijdens het gebruik worden het apparaat en haar on-
derdelen die men kan aanraken heet.
▶
Wees voorzichtig om het aanraken van verwar-
mingselementen te voorkomen.
▶
Kinderen jonger dan 8 jaar moeten uit de buurt wor-
den gehouden.
WAARSCHUWING ‒ Kans op brand!
Losse voedselresten, vet en vleessap kunnen in brand
vliegen.
▶
Voor gebruik dient u de binnenruimte, de verwar-
mingselementen en de accessoires vrij te maken
van grove verontreiniging.
Vereiste: Houd de aanwijzingen voor het gebruik van
de reinigingsmiddelen aan.
→ "Reinigingsmiddelen", Pagina 27
1.
Reinig het apparaat met warm zeepsop en een
schoonmaakdoekje.
Voor sommige oppervlakken kunt u alternatieve
‒
reinigingsmiddelen gebruiken.
→ "Geschikte schoonmaakmiddelen", Pagina 27
2.
Drogen met een zachte doek.
23.3 Bedieningselementen reinigen
WAARSCHUWING ‒ Kans op elektrische schok!
Binnendringend vocht kan tot elektrische schokken lei-
den.
▶
De bedieningsknop er niet aftrekken voor het
schoonmaken.
▶
Gebruik geen natte vaatdoekjes.
1.
De informatie over de reinigingsmiddelen in acht ne-
men.
2.
Met een vochtig vaatdoekje en heet zeepsop reini-
gen.
3.
Met een zachte doek nadrogen.
24 Zelfreiniging
Met de reinigingsfunctie zelfreiniging reinigt de binnen-
ruimte zichzelf vrijwel automatisch.
Reinig de binnenruimte om de 2 tot 3 maanden met de
reinigingsfunctie. U kunt de reinigingsfunctie desge-
wenst vaker gebruiken. De reinigingsfunctie heeft ca.
2,5 - 4,8 kilowattuur nodig.
24.1 Apparaat voor de reinigingsfunctie
voorbereiden
Bereid het apparaat zorgvuldig voor om een goed reini-
gingsresultaat te verkrijgen.
WAARSCHUWING ‒ Kans op brand!
Brandbare voorwerpen die in de binnenruimte worden
bewaard kunnen vlam vatten.
▶
Bewaar nooit brandbare voorwerpen in de binnen-
ruimte.
23.4 Mogelijke vlekken
Om deze vlekken te vermijden, de kookplaat met voch-
tig schoonmaakdoekje reinigen en met een doek na-
drogen.
Scha-
Oorzaak
Maatregel
de
Vlek-
Resten van
Reinig de kookplaat pas wan-
ken
kalk en wa-
neer deze is afgekoeld.
ter
Een geschikt reinigingsmiddel
voor kookplaten van glaskera-
miek gebruiken.
Vlek-
Suiker, rijst-
Direct reinigen.
ken
zetmeel of
Gebruik een schraper.
kunststof
23.5 Kookplaat reinigen
De kookplaat na elk gebruik reinigen zodat er geen
kookresten inbranden.
Vereiste: De kookplaat moet koud zijn.
1.
Hardnekkig vuil verwijderen met een schraper voor
vitrokeramische kookplaat.
2.
Reinig de kookplaat met een reinigingsmiddel voor
glaskeramiek.
De reinigingsinstructies op de verpakking van het
reinigingsmiddel in acht nemen.
Tip: Met een speciale spons voor glaskeramiek kunt
u goede reinigingsresultaten boeken.
23.6 Kookplaatrand reinigen
Wanneer er na het gebruik vuil of vlekken op de rand
van de kookplaat bevinden, reinig deze dan.
Opmerking: Geen schraper gebruiken.
1.
De kookplaatrand reinigen met warm zeepsop en
een zachte doek.
Nieuwe vaatdoekjes voor gebruik grondig uitwas-
sen.
2.
Droog na met een zachte doek.
▶
Wanneer er rook wordt geproduceerd moet het ap-
paraat worden uitgeschakeld of de stekker uit het
stopcontact worden gehaald en moet de deur ge-
sloten worden gehouden om eventueel optredende
vlammen te doven.
De buitenkant van het apparaat wordt zeer heet tijdens
het reinigen.
▶
Nooit brandbare voorwerpen, zoals bijv. droogdoe-
ken, aan de deurgreep hangen.
▶
Voorkant van het apparaat vrijhouden.
▶
Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn.
Losse voedselresten, vet en vleessap kunnen tijdens
de reiniging vlam vatten.
▶
Verwijder altijd de grove verontreiniging uit de bin-
nenruimte voordat de reiniging start.
▶
Accessoires nooit meereinigen.
Zelfreiniging nl
29