Onderhoud
Graafmachine in bedrijf stellen en de bovenwagen meerdere keren 90° draaien. Na het smeren de bovenwa-
gen meerdere keren 360° draaien, om het smeervet gelijkmatig te verdelen.
Bij het draaien van de bovenwagen waarborgen, dat de draaicirkel vrij van personen en materiaal is.
STOP
Draaikranslager smeren
Smeernippel (1) met de vetspuit smeren.
Het draaikranslager moet om de 90° worden ge-
smeerd. Er moet in elke stand 5 slagen met de vet-
spuit, worden aangebracht, zie paragraaf Onder-
houdsmiddelen (blz. 145).
Bij het draaien van de bovenwagen waarborgen, dat
de draaicirkel vrij van personen en materiaal is. Voor
STOP
de volgende smeerbeurt de startschakelaar in stand
STOP zetten en de contactsleutel verwijderen.
Graafmachine in bedrijf stellen en de bovenwagen meerdere keren 90° draaien. Na het smeren de bovenwa-
gen meerdere keren 360° draaien, om het smeervet gelijkmatig te verdelen.
Rupsbandspanning controleren en afstellen
Te vast gespannen rupsbanden worden blootgesteld aan veel slijtage.
Te losse rupsbanden worden blootgesteld aan veel slijtage en kunnen eraf springen.
Bij het parkeren van de graafmachine met rubberen rupsbanden,
erop letten dat de naad ( ) aan de bovenzijde in het midden tussen
de geleidestukken staat (zie afbeelding/1, "Rupsbandspanning con-
troleren", blz. 140).
Het complete loopwerk reinigen; vooral op stenen tussen rups-
band en aandrijftandwiel of loopwiel letten. De omgeving van
de rupsbandspancilinder moet worden gereinigd.
Bovenwagen, zoals op de afbeelding weergegeven, 90° ten
opzichte van de rijrichting draaien.
Voorbouwapparatuur op de grond neerlaten en graafmachine
eenzijdig ca. 200 mm van de grond heffen.
RG658-8144-4
08/2018
139