18
Onderhoud
Gebruikerskwalificatie: geïnstrueerde persoon,
n
1.5 „Kwalificatie van gebruiker" op pagina 11
Het apparaat functioneert onderhoudsvrij.
1.
Gebruik voor de reiniging van de oppervlakken een zachte
doek en een standaard ruitenreiniger.
2.
Controleer het apparaat met regelmaat op beschadigingen,
bijv. elke keer dat u het apparaat bedient.
ð Repareer beschadigde apparaten onmiddellijk, stel
beschadigde apparaten zo nodig buiten bedrijf en
beveilig het volledige proces.
3.
Alle overige onderhoudswerkzaamheden van de aangesloten
componenten moeten worden uitgevoerd conform de techni‐
sche documentatie van deze aangesloten componenten.
ð De exploitant van het apparaat moet een onderhouds- en
reparatieplan opstellen voor het volledige systeem.
Onderhoud
Ä Hoofdstuk
111