Multimedia / Multimedia Navi Pro: U
kunt de visuele hulplijnen en waar‐
schuwingssymbolen activeren of
deactiveren in het menu Instellingen
op het Info-Display. Selecteer de rele‐
vante instelling in Instellingen I
Achteruitkijkcamera.
Info-Display 3 122.
Persoonlijke instellingen 3 128.
Systeembeperkingen
De achteruitkijkcamera werkt moge‐
lijkerwijs niet goed:
● In een donkere omgeving.
● De zon of de straal van koplam‐
pen rechtstreeks op de lenzen
van de camera valt.
● Bij nachtelijke ritten.
● Door weersomstandigheden
beperkt zicht, zoals bij mist,
regen of sneeuw.
● De lenzen van de camera zijn
bedekt met sneeuw, ijs, slijk,
modder, vuil. Reinig de lens,
spoel deze met water en veeg
deze met een zachte doek af.
● De auto trekt een aanhangwa‐
gen.
● De auto een aanrijding aan de
achterzijde heeft gehad.
● Bij extreme temperatuurwisselin‐
gen.
Storingsmeldingen worden weerge‐
geven met een 9 op de bovenste
regel van het Info-Display.
Waarschuwing kruisend
verkeer achter
Naast de achteruitkijkcamera 3 225
waarschuwt de waarschuwing krui‐
send verkeer achter bij het achteruit
rijden voor kruisend verkeer van links
of rechts. Bij detectie van kruisend
verkeer na activering van de achter‐
uitkijkcamera, verschijnt er op het
Color Info-Display een gevarendrie‐
hoek met een pijl K die de richting
van het verkeer aangeeft. Verder klin‐
ken er drie pieptonen uit de luidspre‐
ker aan de desbetreffende kant.
Rijden en bediening
De radarsensoren zitten in de achter‐
bumper.
9 Waarschuwing
De waarschuwing kruisend
verkeer achter vervangt niet het
kijken door de bestuurder. Let op:
objecten buiten het bereik van de
sensoren, bijv. onder de bumper
of onder de auto, worden niet
weergegeven.
Voetgangers, kinderen of dieren
worden niet gedetecteerd.
227