Na het verwisselen van een
wiel
Met een noodreservewiel
Schakel bepaalde rijhulpsystemen uit (Active
Safety Brake, Adaptieve snelheidsregelaar enz.).
Overschrijd de maximaal toegestane snelheid
van 80 km/h of de maximale afstand van 80 km
niet.
Het is niet toegestaan om met meer dan één
noodreservewiel te rijden.
Neem contact op met een CITROËN-dealer
of een gekwalificeerde werkplaats.
Laat het aantrekkoppel van de bouten van het
reservewiel en de bandenspanning nakijken.
Laat de lekke band controleren. Na inspectie kan
de monteur u vertellen of de band kan worden
gerepareerd of moet worden vervangen.
Een lamp vervangen
Onder bepaalde weersomstandigheden
(zoals een lage temperatuur of vocht) kan er
een laagje condens aan de binnenzijde van de
koplampen en de achterlichten ontstaan; dit
verdwijnt als de lampen enkele minuten branden.
De koplampunits zijn voorzien van glas van
polycarbonaat met een speciale vernislaag:
– Gebruik voor het schoonmaken van de
koplampen nooit een droge doek of een
schuur-, schoonmaak- of oplosmiddel.
– Gebruik een spons met zeepwater of een
pH-neutraal product.
– Wanneer u met een hogedrukreiniger
hardnekkig vuil probeert te verwijderen, houd
de straal dan nooit langdurig op de koplampen,
de achterlichten en de randen ervan gericht,
om beschadiging van de vernislaag en de
afdichtrubbers te voorkomen.
Bij het vervangen van lampen moet het
contact en de koplampen/lampen minstens
enkele minuten zijn uitgeschakeld - risico op
ernstige brandwonden!
Raak de lamp niet met de vingers aan, maar
gebruik een niet-pluizende doek.
Het is van belang dat u uitsluitend lampen
van het type anti-ultraviolet (UV) gebruikt om
beschadiging van de koplamp te voorkomen.
Vervang een kapotte lamp altijd door een nieuwe
lamp met dezelfde specificaties. Vervang de
lampen per paar om onbalans in de verlichting te
voorkomen.
In geval van pech
Terugplaatsen van de lampunits
Voer de handelingen voor het terugplaatsen
in de omgekeerde volgorde van het verwijderen
uit.
De motorkap openen/toegang tot de
lampen
Wees voorzichtig wanneer de motor heet is -
kans op brandwonden!
Wees voorzichtig met voorwerpen of kleding die
in de bladen van de koelventilator kunnen komen
- kans op verstikking!
Halogeenlampen (Hx)
Controleer om verzekerd te zijn van een
goede verlichtingskwaliteit of de lamp op de juiste
wijze in de behuizing is geplaatst.
Koplampen en andere
verlichting met ledlampen
Afhankelijk van de uitvoering zijn de betreffende
typen (kop)lampen:
– Mistlampen vóór.
– Dagrijverlichting / parkeerlichten.
– Dimlicht.
– Grootlicht.
– Zijknipperlichten.
– Derde remlicht.
– Kentekenplaatverlichting.
8
149