De computer herkent de meeste kaarten en zal automatisch het juiste stuurprogramma laden. Als het configuratieprogramma u aanspoort om de
stuurprogramma's van de fabrikant te laden, moet u gebruikmaken van de diskette of cd die met de pc-kaart werd geleverd.
ExpressCard
1. Hou de kaart op zodanige wijze vast dat het oriëntatiesymbool naar de sleuf wijst en de bovenkant van de kaart naar boven is gericht. De
vergrendeling moet mogelijk in de "in"-stand worden gezet voordat u de kaart invoert.
2. Schuif de kaart in de sleuf totdat de kaart volledig in de ingang is ingevoerd.
Als u teveel weerstand ondervindt, mag u de kaart niet forceren. Controleer of de kaart in de juiste richting wijst en probeer het opnieuw.
De computer herkent de meeste kaarten en zal automatisch het juiste stuurprogramma laden. Als het configuratieprogramma u vraagt om de
stuurprogramma's van de fabrikant te laden, moet u de diskette of cd gebruiken die met de kaart werd meegeleverd.
Als u over een adapter beschikt zoals de hieronder getoonde adapter, kunt u ExpressCards van 34 mm in de sleuf voor pc-kaarten aanbrengen. Raadpleeg
voor informatie over het gebruik van de sleuf voor de pc-kaart Pc-kaart.
Een kaart of dummy-kaart verwijderen
LET OP:
Voordat u de procedures volgt die in dit gedeelte zijn beschreven, moet u de veiligheidsinstructies in de productinformatiegids.
KENNISGEVING:
Klik op het pictogram
computer verwijderd. Als u de werking van de kaart niet stopzet met behulp van het configuratiehulpprogramma kan er gegevensverlies optreden. Als
de kaart van een kabel is voorzien, moet u deze kabel niet gebruiken om de kaart uit de computer te trekken.
Druk op de vergrendeling en verwijder de kaart of dummy-kaart. Bij sommige vergrendelingen moet u twee keer op de vergrendeling drukken: één keer om de
vergrendeling open te klappen, en vervolgens om de kaart naar buiten te laten duwen.
op de taakbalk om een kaart te selecteren en de werking ervan stop te zetten voordat u deze uit de