214
Beschikbare bewerkingen
Hoofdschakelaar
(|)
L-knop
3
Druk op de vierwegbesturing (5).
Het scherm voor het fijn afstemmen wordt weergegeven.
4
De witbalans fijn afstemmen.
Beschikbare bewerkingen
6
Vierwegbesturing (23)
Vierwegbesturing (45)
|-knop
5
Druk op de knop 4.
Opnieuw verschijnt het scherm dat werd weergegeven in stap 2.
6
Druk op de knop 4.
De camera is gereed voor het maken van een opname.
• Zelfs als de lichtbron is gespecificeerd, wordt automatisch fijnafstemming
uitgevoerd door de camera. De kleurtemperatuur van de lichtbron wordt vast
ingesteld als [10. Instellingsbereik witbalans] is ingesteld op [Vast] in
het menu [A Pers.instelling 2].
• Omdat de lichtbron verandert wanneer een flitser afgaat, kunt u de witbalans
instellen voor wanneer de flitser afgaat. Selecteer [Autom. Witbalans],
[Onveranderd] of [Flitser] bij [11. WB bij flitsen] in het menu [A Pers.instelling 2].
Maakt gebruik van Digitaal voorbeeld om het
achtergrondbeeld met de toegepaste instelling vooraf
te bekijken (niet beschikbaar bij Live Weergave).
Slaat het achtergrondbeeld op. (Niet beschikbaar
tijdens Live weergave)
Aanpassing van de kleurtinten tussen groen
(G) en magenta (M).
Aanpassing van de kleurtinten tussen blauw
(B) en amber (A).
De aanpassingswaarde wordt hersteld.
Schaduw
B B
G1
±0
±0
MENU
Annul.
Voorbeeld
G G
A A A
M M
OK
OK