Hiertoe wordt het apparaat met een goed statief stevig opgesteld en wordt een goed zichtbaar, duidelijk herkenbaar
doel gebruikt binnen ±3 graden ten opzichte van de horizontaal op een afstand tussen circa 70 – 120 m. Daarna wordt
een meting in telescoopstand 1 en in telescoopstand 2 uitgevoerd.
AANWIJZING
Deze procedure wordt interactief ondersteund op het scherm, zodat alleen de aanwijzingen hoeven te worden
opgevolgd.
Bij deze toepassing worden de volgende drie instrumentassen gekalibreerd en afgesteld:
Doelas
Hv-index
nl
Tweeascompensator (beide assen)
15.2 Veldkalibratie uitvoeren
AANWIJZING
Het apparaat voorzichtig bedienen om trillingen te vermijden.
AANWIJZING
Bij de veldkalibratie moet bijzonder zorgvuldig en nauwkeurig te werk worden gegaan. Door onnauwkeurig uitrichten
of heftige bewegingen van het apparaat kunnen onjuiste kalibratieniveau's worden gemeten, die op hun beurt tot
foutieve vervolgmetingen kunnen leiden.
AANWIJZING
In geval van twijfel het apparaat voor controle opsturen naar het Hilti service-center.
1.
Stel het apparaat met een goed statief stabiel op.
2.
Kies in het applicatiemenu de optie Configuratie.
3.
Selecteer het menu Kalibratie.
390
Printed: 20.04.2017 | Doc-Nr: PUB / 5135722 / 000 / 01
Printed: 20.04.2017 | Doc-Nr: PUB / 5135722 / 000 / 00
Afbreken en terugkeren naar het
keuzemenu.
Menu Kalibratie met weergave
van de in het apparaat opgesla-
gen waarden oproepen.
Kalibratie starten.
Weergegeven Kalibratieniveau's
bevestigen en terugkeren naar
het configuratiemenu.