9.5.1 Correctie van de atmosferische invloeden
nl
1.
Kies de optie PPM.
2.
Kies de betreffende eenheden en voer de druk en de temperatuur in.
Atmosferische instelwaarden en bijbehorende eenheden
Eenh (Luchtdruk)
Eenh (Temp)
10 Functies voor applicaties
10.1 Projecten
Voordat een applicatie met het totaalstation kan worden uitgevoerd, moet een project worden geopend resp.
geselecteerd.
Als er minimaal een project aanwezig is, wordt de projectkeuze weergegeven; als er geen project bestaat, wordt direct
verdergegaan met het aanmaken van een nieuw project.
Alle gegevens worden gekoppeld aan het actieve project en overeenkomstig opgeslagen.
10.1.1 Weergave actief project
Indien een of meer projecten reeds in het geheugen aanwezig zijn en een daarvan als actief project wordt gebruikt,
moet bij elke nieuwe start van een applicatie het project worden bevestigd, of een ander project worden geselecteerd
of een nieuw project worden aangemaakt.
332
Printed: 20.04.2017 | Doc-Nr: PUB / 5135722 / 000 / 01
Printed: 20.04.2017 | Doc-Nr: PUB / 5135722 / 000 / 00
Menu voor het invoeren van di-
verse atmosferische gegevens.
Instellingen opslaan en FNC-
menu beëindigen.
Afbreken en terugkeren naar het
vorige scherm.
hPA
mmHg
mbar
inHg
psi
°C
°F