NB: Van de informatiesticker onder op de motorkop kunt u aflezen welke soort olie u dient te gebruiken.
a -
Sticker
b -
Olievuldop
c -
Peilstok
3.
Neem de peilstok uit, veeg hem schoon en stop hem volledig in de peilstokbuis.
4.
Verwijder de peilstok en controleer het oliepeil. Het oliepeil moet binnen de veilige bandbreedte zitten.
a -
Veilig bedrijfsbereik
b -
Vul bij met 3,8 liter (4,0 Am. qt) olie
c -
Doelwaarde oliepeil (1/2 tot 2/3 boven het laagste punt van het geruite deel)
5.
Als het oliepeil onder de ADD-aanduiding zit of niet op de peilstok te zien is, neemt u de olievuldop af
en vult u 3,8 liter (4,0 Am. qt) van de aanbevolen olie bij.
6.
Wacht een paar minuten zodat de olie in het carter kan stromen en steek de peilstok in.
7.
Verwijder de peilstok en controleer het oliepeil. Voeg zoveel toe als nodig is om het beoogde peil te
bereiken (1/2 of 2/3 boven het laagste punt van het geruite deel of de ADD-aanduiding).
8.
Stop de peilstok terug en draai de olievuldop goed dicht.
9.
Sluit de motorkap.
nld
BRANDSTOF EN OLIE
a
b
c
a
c
72637
b
ADD
21
71928