Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Elektrische Aansluiting; Essentiële Aanwijzingen - AUMA SQR 05.2-F05 Bedieningsinstructies

Verberg thumbnails Zie ook voor SQR 05.2-F05:
Inhoudsopgave

Advertenties

SQ 05.2 – SQ 14.2/SQR 05.2 – SQR 14.2
AM 01.1
5.

Elektrische aansluiting

5.1.
Essentiële aanwijzingen
Schakelschema/
aansluitschema
Beveiliging door de
klant/contractor te
verzorgen
Voedingsspanning van
de besturingseenheid
(elektronica)
Veiligheidsnormen
Houd rekening met de
elektromagnetische
compatibiliteit bij het
leggen van de kabels
Gevaar bij een verkeerde elektrische aansluiting
Indien de waarschuwing in de wind wordt geslagen, kan de dood, zwaar lichamelijk
letsel of materiële schade het gevolg zijn.
De elektrische aansluiting mag uitsluitend door gekwalificeerd personeel worden
uitgevoerd.
Neem vóór het aansluiten de essentiële aanwijzingen in dit hoofdstuk door.
Na het aansluiten, maar vóór het inschakelen van de voedingsspanning, eerst
de hoofdstukken <Inbedrijfname> en <Proefdraaien> lezen.
Het bijbehorende schakel-/aansluitschema (in de Duitse en Engelse taal) wordt bij
de uitlevering samen met deze bedieningsinstructies in een weerbestendige tas aan
het toestel bevestigd. Indien het schema niet meer beschikbaar is, kan het onder
vermelding van het ordernummer (zie typeplaatje) worden opgevraagd, of direct van
het internet (http://www.auma.com) worden gedownload.
Als beveiliging tegen kortsluiting en voor het vrijschakelen van de aandrijving zijn,
door de klant/contractor te verzorgen, zekeringen en lastscheiders noodzakelijk.
De stroomwaarden voor de bepaling van de groottes worden bepaald door de som
van het stroomverbruik van de motor (zie blad Elektrische gegevens) en van het
stroomverbruik van de besturingseenheid.
Tabel 5: Stroomverbruik bedieningseenheid
Voedingsspanning
100 tot 120 V AC (±10 %)
208 tot 240 V AC (±10 %)
380 tot 500 V AC (±10 %)
24 V DC (+20 %/–15 %) en AC motor
Tabel 6: Maximaal toelaatbare zekering
Motorsturing
Magneetschakelaar A1
Thyristor B1
Indien de besturingseenheid los van de aandrijving wordt gemonteerd
(besturingseenheid op wandbeugel): rekening houden met de lengte en doorsnede
van de aansluitkabel bij het bepalen van de beveiliging (zekering).
Bij een externe voeding van de bedieningseenheid (elektronica) met 24 V DC wordt
de voedingsspanning door een interne 1 000 µF condensator afgevlakt. Bij het
bepalen van de voedingsspanning dient in ogenschouw te worden genomen dat na
het inschakelen van de externe voedingsspanning deze condensator wordt geladen.
Alle extern aangesloten apparatuur dient met de desbetreffende veiligheidsnormen
overeen te komen.
Signaal- en buskabels zijn storingsgevoelig.
Motorkabels kunnen storingen veroorzaken.
Storingsgevoelige en storing veroorzakende kabels op een zo groot mogelijke
onderlinge afstand van elkaar leggen.
De resistentie tegen storingsinvloeden van signaal- en buskabels is hoger indien
de kabels dicht bij het massapotentiaal worden gelegd.
Max. stroomverbuik
575 mA
275 mA
160 mA
500 mA
Nominaal vermogen
tot 1,5 kW
tot 1,5 kW
Elektrische aansluiting
Max. zekering
16 A (gL/gG)
16 A (g/R) I²t<1 500A²s
17

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave