Inbedrijfstelling
7.3
Beveilig de tractor/machine tegen onbedoeld starten en wegrollen
150
WAARSCHUWING
Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, afsnijden,
vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en
stoten bij handelingen aan de machine door
onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van
•
de tractor opgeheven, onbeveiligde machine.
onbedoeld zakken van opgeheven, onbeveiligde
•
onderdelen.
onbedoeld starten en wegrollen van de tractor/machine
•
combinatie.
Beveilig de tractor en de machine tegen onbedoeld starten en
•
wegrollen voordat u handelingen aan de machine uitvoert.
Alle handelingen aan de machine, zoals
•
montagewerkzaamheden, instellen, verhelpen van storingen,
reinigen, uitvoeren van service en onderhoudswerkzaamheden,
zijn verboden:
ο
als de machine nog wordt aangedreven.
zolang de tractormotor met aangesloten cardanas /
ο
hydraulisch systeem loopt.
wanneer de contactsleutel in het contactslot van de tractor
ο
is geplaatst en de tractormotor bij aangesloten cardanas /
hydraulisch systeem onbedoeld kan worden gestart.
ο
als tractor en machine niet met hun handrem en/of
stopwiggen tegen het per ongeluk wegrollen beveiligd zijn.
wanneer bewegende onderdelen niet tegen onbedoeld
ο
bewegen zijn geblokkeerd.
Vooral bij deze werkzaamheden bestaat er gevaar door contact
met onbeveiligde onderdelen.
1. Breng de opgeheven, onbeveiligde machine / opgeheven,
onbeveiligde onderdelen van de machine omlaag.
Op deze wijze voorkomt u dat zij onbedoeld zakken.
→
2. Zet de motor van de tractor uit.
3. Verwijder de contactsleutel.
4. Trek de handrem van de tractor aan.
5. Beveilig de machine tegen het per ongeluk wegrollen (alleen
aangehangen machine)
ο
op effen terrein door handrem (indien voorhanden) of
stopwiggen.
op sterk oneffen terrein of op hellingen met handrem of
ο
stopwiggen.
UX Special BAG0215.6 07.23