Inhoudsopgave
Advertenties
6.4
Reduceerstuk op buitenelement (optie)
Afb. 98
UX Special BAG0215.6 07.23
4. Richt de spuitboom via de hellingverstelling parallel met het
doelvlak uit.
5. Stel de spuithoogte van de spuitboom zodanig in dat de
spuitboom zich op minstens 1 m afstand van de bodem bevindt.
6. Schakel secties van de ingevouwen boomarm uit.
7. Rij bij het spuiten met een duidelijk verlaagde snelheid.
Via het reduceerstuk kan het buitenste element handmatig worden
ingeklapt om de werkbreedte te verminderen.
Situatie 1:
Aantal spuitdoppen buitenste
deelbreedte
Bij het spuiten met verminderde werkbreedte de buitenste
→
deelbreedten uitgeschakeld houden.
Situatie 2:
Aantal spuitdoppen buitenste
deelbreedte
→
Buitenste spuitdoppen handmatig sluiten (drievoudige spuitkop).
→
Veranderingen op de bedieningsterminal uitvoeren.
ο
Gewijzigde werkbreedte invoeren
Gewijzigde aantal spuitdoppen op buitenste deelbreedten
ο
invoeren.
2 schroeven borgen het ingeklapte en uitgeklapte buitenste element
in de betreffende instellingen.
VOORZICHTIG
Klep voor transportritten de buitenste elementenweer uit, zodat
de transportvergrendeling bij ingeklapte spuitbomen actief is.
Constructie en werking van de spuitbomen
Aantal spuitdoppen op klapbare
=
buitenelement
Aantal spuitdoppen op klapbare
≠
buitenelement
121
Advertenties
Inhoudsopgave
