4.1. INSCHAKELING
Druk voor het inschakelen van het apparaat op de knop
Vervolgens wordt het scherm Golfvormen weergegeven.
4.2. NAVIGATIE
Voor het navigeren in de verschillende menu's van het apparaat kunt u gebruik maken van:
■ het toetsenbord,
■ het aanraakscherm,
■ de gebruikersinterface op afstand (VNC).
4.2.1. TOETSENBORD
De toetsen van het toetsenbord worden beschreven in § 2.8.
De functies van de functietoetsen worden aangegeven onderin het scherm. Deze veranderen aan de hand van de modus en de context.
De actieve toets wordt in het geel aangegeven.
4. GEBRUIK
. De startpagina wordt weergegeven.
Figuur 44
Figuur 45
39