Inhoudsopgave
Advertenties
HLF
Harmonische verliesfactor. Hiermee kan het verlies a.g.v. de harmonischen in de transformatoren gekwantificeerd worden.
Flicker (flikkering) : visueel effect veroorzaakt door variaties in de elektrische spanning.
Frequentie
aantal complete spannings- of stroomcycli die in een seconde geproduceerd worden.
G
Giga (10
)
9
GPS
Plaatsbepalingssysteem d.m.v. een satelliet (Global Positioning System).
Harmonischen: spanning of stroom aanwezig in elektrische exploitaties met frequenties die het veelvoud zijn van de basisfrequentie.
Hysteresis
verschil in amplitude tussen de heen- en weerwaarden van drempels.
Hz
Netfrequentie.
J
Joule
k
kilo (10
)
3
KF
K-factor berekend volgens de norm IEEE C57.110. Geeft de geschiktheid aan van een transformator om gebruikt te worden
met lasten die niet-sinusvormige stroomwaarden verbruiken.
L
Weg (Line).
m
milli (10
)
-3
M
Mega (10
)
6
MAX
Max. waarde berekend over 10 of 12 periodes, al naargelang dat het signaal 50 of 60 Hz is.
MIN
Min. waarde berekend over 10 of 12 periodes, al naargelang dat het signaal 50 of 60 Hz is.
ms
milliseconde.
MSV
Signaleringsspanning op het spanningsnet (Mains Signaling Voltage).
N
Niet-actief vermogen.
Nominale spanning: spanning waarmee een net wordt aangewezen of geïdentificeerd.
NTP
Netwerk tijdprotocol (Network Time Protocol) waarmee tijdsynchronisatie mogelijk is via een tijdserver.
P
Actief vermogen.
Onbalans van spanning in een meerfasig energienet: toestand waarin de effectieve waarden van de spanningen tussen geleiders
(basiscomponent) en/of de faseverschillen tussen opeenvolgende geleiders niet alle gelijk zijn.
Onderbreking : spanningsvermindering op een punt van het elektriciteitsnet onder de onderbrekingsdrempel.
P
Peta (10
)
15
Pdc
Gelijkstroomvermogen.
PF
Vermogensfactor (Power Factor): verhouding tussen het actieve vermogen en het schijnbare vermogen.
PF
Grondtoonvermogensfactor.
1
Fase
tijdelijke relatie tussen stroom en spanning in de wisselstroomkringen.
PK
of PEAK. Max. (+) of min. (-) piekwaarde van het signaal, over 10/12 cycli.
P
Intensiteit van de lange termijn flicker (Long term severity) berekend over 2 uur.
lt
P
Intensiteit van de korte termijn flicker (Short term severity) berekend over 10 minuten.
st
Q
Reactief vermogen.
f
Rij van een harmonische: heel getal gelijk aan de verhouding tussen de frequentie van de harmonische en de frequentie van de grondtoon.
RMS
Effectieve stroom- of spanningswaarde (Root Mean Square). Vierkantswortel van het rekenkundige gemiddelde van de
kwadraten van de momentane waarden van een grootheid tijdens een specifieke tijdsinterval (200 ms, 1 s of 3 s).
RVC
Snel spanningsverschil (Rapid Voltage Change).
S
Schijnbaar vermogen.
S-h
Harmonischen in vermogen.
Spanningsdip: tijdelijke daling van de amplitude van de spanning op een punt van het elektriciteitsnet onder een gegeven drempel.
Tijdelijke overspanning met industriële frequentie: tijdelijke verhoging van de amplitude van de spanning op een punt van het elek-
triciteitsnet boven een gegeven drempel.
t
Relatieve datum van de tijdcursor.
T
Tera (10
)
12
tan φ
Tangens van de faseverschuiving van de spanning t.o.v. de stroom.
toe
Ton olie-equivalent (nucleair of niet-nucleair).
THD
Totale harmonische distorsie (Total Harmonic Distorsion). De totale harmonische vervormingsfactor stelt de verhouding
voor van de harmonischen van een signaal ten opzichte van de RMS basiswaarde (%f) of ten opzichte van de totale RMS
waarde zonder DC (%r).
U
Samengestelde spanning of spanning tussen fasen.
u
Onbalansfactor in enkelvoudige spanning.
0
u
Inverse onbalansfactor in enkelvoudige spanning als de nulleider is aangesloten of anders in samengestelde spanning.
2
U
= U
Samengestelde spanning tussen de fasen 1 en 2.
1
12
119
Advertenties
Inhoudsopgave
