Er zijn 40 alarmen mogelijk.
Voor ieder hiervan moet u bepalen:
■ De te surveilleren grootheid uit de volgende grootheden:
■ Hz,
■ Urms, Vrms, Arms,
■ |Udc|, |Vdc|, |Adc|,
■ |Upk+|, |Vpk+|, |Apk+|, |Upk-|, |Vpk-|, |Apk-|,
■ Ucf, Vcf, Acf,
■ Uthdf, Vthdf, Athdf, Uthdr, Vthdr, Athdr,
■ |P|, |Pdc|, |Q
|, N, D, S,
f
■ |PF|, |cos φ | (of |DPF| of |PF
■ u
, a
, u
, a
,
2
2
0
0
■ VMSV1, UMSV1, VMSV2, UMSV2,
■ Ud, Vd, Ad,
■ U-h, V-h, A-h, U-ih, V-ih, A-ih.
Zie voor meer informatie over deze grootheden het lexicon § 20.10.
■ De harmonische rij (tussen 0 en 63), uitsluitend voor U-h, V-h A-h, U-ih, V-ih en A-ih.
■ De berekeningsperiode van de waarde.
Voor de wisselstroomsignalen:
■ 1/2c: 1 cyclus na iedere halve cyclus. De waarde wordt gemeten over een cyclus, te beginnen met een nuldoorgang van de
grondtooncomponent, en die iedere 1/2 cyclus ververst wordt.
■ 10/12c: 10 cycli voor 50 Hz (42,5 tot 57,5 Hz) of 12 cycli voor 60 Hz (51 tot 69 Hz),
■ 150/180c: 150 cycli voor 50 Hz (42,5 tot 57,5 Hz) of 180 cycli voor 60 Hz (51 tot 69 Hz).
■ 10s.
Voor de gelijkstroomsignalen:
■ 200ms
■ 3s
■ De te surveilleren weg(en). Het apparaat stelt u een lijst voor aan de hand van de door u bepaalde aansluiting.
■ 3L: ieder van de 3 fasen,
■ N: de nulleider,
■ 4L: ieder van de 3 fasen en de nulleider,
■ De richting van het alarm (< of >). Afhankelijk van de grootheid kan de richting door het apparaat worden opgelegd.
■ De waarde van de drempel.
■ De waarde van de hysteresis: 1 %, 2 %, 5 % of 10 %.
■ De minimale overschrijdingsduur van de drempelwaarde.
Kies vervolgens voor het activeren van het alarm
U kunt ook kiezen voor het verzenden van een e-mail
kunnen deze gebundeld worden in dezelfde e-mail om het verzendingstempo te beperken tot maximaal een e-mail per 5 minuten. Zie
voor het bepalen van een e-mailadres § 3.3.5.
Wanneer een lijn voor de configuratie van een alarm rood is, betekent dit dat de gevraagde grootheid niet beschikbaar is.
3.4.8. ENERGIEMODUS
Met de energiemodus
Selecteer voor het configureren van de energiemodus
|), |tan φ|, P
, P
1
st
of niet
kan de tijdens een vastgestelde periode verbruikte of geproduceerde energie berekend worden.
, FHL, FK, KF,
lt
door het vakje aan te vinken.
wanneer het alarm wordt ontkoppeld. Wanneer er meerdere alarmen zijn,
.
Figuur 41
36