3.7 De doseerdoorstroming instellen via de slaglengte
Controleer of de pomp correct is geïnstalleerd en in bedrijf genomen.
•
Vergroot de doseerdoorstroming door de instelknop langzaam naar links te draaien.
•
Verminder de doseerdoorstroming door de instelknop langzaam naar rechts te draaien.
Related information
• 3.2 Veiligheidsinstructies en opstartvereisten
• 5.1.1 DMX 221 componenten
• 5.1.2 Werkingsprincipe van de pomp
• 9.6 Doseercurves
3.8 Instelling van de slagfrequentie met een frequentie-omvormer
Wanneer een frequentie-omvormer is aangesloten, kan de doseerdoorstroming alleen worden in-
gesteld door de slagfrequentie te wijzigen. Dit kan uitsluitend gebeuren in het bereik van 10-100%
van de maximale slagfrequentie.
Lees voor meer informatie de installatie- en gebruiksinstructies van de frequentie-omvormer.
Related information
• 11.2 VFD (Variable Frequency Drive - aandrijving met variabele frequentie)
3.9 Het ingebouwde veiligheidsventiel openen en opnieuw activeren
•
Controleer of de pomp correct is geïnstalleerd en in bedrijf genomen.
•
Zorg ervoor dat de pomp werkt tijdens deze taak.
A
Afb. 3.9-1 Knopstanden
1. U kunt het veiligheidsventiel openen door de knop van het veiligheidsventiel in stand B te
zetten.
Het veiligheidsventiel staat open. Doseermedium en lucht kunnen naar buiten stromen door
de overloopleiding.
2. U kunt het veiligheidsventiel opnieuw actieveren door de knop van het veiligheidsventiel in
stand A te zetten.
Het veiligheidsventiel wordt opnieuw geactiveerd en wordt geopend bij de ingestelde ope-
ningsdruk.
Related information
• 3.10 De openingsdruk van het ingebouwde veiligheidsventiel instellen
Pas alleen de slaglengte aan terwijl de pomp draait.
WAARSCHUWING
Chemisch gevaar
Dood of ernstig persoonlijk letsel
● Draag beschermende kleding bij werkzaamheden aan de doseerkop, aanslui-
tingen of leidingen.
● Verzamel alle chemicaliën en voer deze af op een wijze die niet schadelijk is
voor personen of het milieu.
B
DMX 221 | | 20