Aandrijvingen SAExC 07.1 – SAExC 16.1/SARExC 07.1 – SARExC 16.1
AUMA NORM
6.
Montage op afsluiter/tandwielkast
8
.
Voor de montage de aandrijving op beschadigingen contro-
leren. Beschadigde onderdelen dienen door originele
.
reserve-onderdelen te worden vervangen.
Eventueel aanwezige lakbeschadigingen na de montage op
.
de afsluiter/tandwielkast herstellen.
Verhoogde temperaturen aan de afsluiterflens resp. afslui-
terspindel:
Indien aan de afsluiterflens resp. de afsluiterspindel temperatu-
ren hoger dan > 40 °C te verwachten zijn (bijv. door hete media),
dient overleg met de fabriek plaats te vinden. Bij het beschouwen
van de temperatuur van aandrijvingen met betrekking tot de
niet-elektrische explosiebeveiliging is met temperaturen > 40 °C
geen rekening gehouden.
De montage is het meest eenvoudig, als de as van de afsluiter/tandwielkast
verticaal naar boven wijst. De montage kan echter ook in iedere andere positie
plaatsvinden.
De aandrijving wordt af fabriek in de positie DICHT (wegschakelaar DICHT is
bediend) uitgeleverd.
.
Controleren, of de opbouwflens op de afsluiter/tandwielkast past.
Let op de centrering en het volledig op elkaar passen van de
flenzen!
De aandrijfvormen B1, B2, B3 of B4 (afbeelding A) worden met boring en spie-
baan (in het algemeen volgens de EN ISO 5210) geleverd.
Afbeelding A
Aandrijfvorm B1/B2
draadbus
Bij aandrijfvorm A (afbeelding B-1) moet de binnenschoefdraad van de
draadbus met de soort schroefdraad van de afsluiterspindel overeenkomen.
Indien niet met nadruk met schroefdraad is besteld, is de draadbus bij uitleve-
ring door de fabriek ongeboord resp. voorgeboord uitgevoerd. Draadbus
.
geheel voorbewerkt: zie volgende bladzijde.
Controleren, of de boring met spiebaan met de ingaande as van de
.
afsluiter/tandwielkast overeenkomt.
Ontvet zorgvuldig het montage-oppervlak van de aandrijving en afsluiter/
.
tandwielkast.
.
Ingaande as van de afsluiter/tandwielkast licht invetten.
Aandrijving op de afsluiter/tandwielkast plaatsen en bevestigen. Draai de
bouten (tenminste kwaliteit 8.8, zie tabel 2) gelijkmatig en kruisgewijs aan.
Tabel 2: aandraaimoment voor bouten
Sterkteklasse 8.8
M 8
M10
M12
M16
M20
Bedieningsinstructies
Aandrijfvorm B3/B4
boring met spiebaan
T
(Nm)
A
25
50
87
220
420