Opslag en verwijdering
LET Op
Gebruik van onjuiste schoonmaakmiddelen.
Gevaar voor beschadigingen!
• Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen.
• G e b r u i k g e e n s c h e r p e , h o e k i g e o f m e t a l e n
reinigingsvoorwerpen.
• Maak de fiets nooit schoon met een harde waterstraal
of hogedrukreiniger.
LET Op
Lekkende olie of vet.
Schadelijk voor het milieu!
• Let op dat er geen olie of vet op de grond drupt.
• Veeg gemorste olie of vet onmiddellijk af met een doek.
• Voer gemorste olie- en vetresten op milieuvriendelijke
wijze af volgens de lokaal geldende voorschriften.
Dit heeft u nodig om de fiets schoon te maken:
–
schone poetsdoeken,
–
mild, lauwwarm sopje,
–
zachte borstel of spons,
–
schoonmaak- en conserveringsmiddel.
•
Vraag eventueel uw fietsspecialist advies over geschikte rei-
nigings- en conserveermiddelen.
90
•
Maak de fiets ook regelmatig schoon wanneer hij niet erg vuil
is.
•
Alle oppervlakken en onderdelen met een vochtige spons
afvegen.
•
Gebruik een mild sopje om de spons vochtig te maken.
•
Veeg alle oppervlakken en componenten na reiniging droog.
•
Voorzie de lak en het metalen oppervlak van het frame min-
stens een keer in de zes maanden van een beschermende
laag.
•
Wanneer uw fiets beschikt over velgremmen mag u de velgen
niet insmeren, heeft uw fiets schijfremmen, dan dient u de
remschijven te ontzien.
•
Volg de instructies uit de bijgeleverde gebruiksaanwijzing van
de afzonderlijke componenten op.