Opmerking: Het kanaalgedeelte waar de steunpoten aan de kanaalbodem (of het reservoir) en
aan het kanaalplafond worden bevestigd, moet indien nodig met dwarsbalken verstevigd worden.
De onderste steunpoot mag bij gebruik in geen geval in het water staan. Bij in de lengterichting
opgedeelde reservoirs kunnen de steunpoten bij een voldoende groot draagvermogen ook op
de reservoirscheiding worden bevestigd.
•
De middelste verticale steun aan de voorkant (in stroomrichting gezien) met telkens vier
schroeven M6 x 16 mm en moeren aan de bovenste dwarsdrager bevestigen. Ervoor zor-
gen dat de verticale steun precies in het midden van het ventilatiekanaal/ventilatiesysteem
gepositioneerd is en dat het bovenste einde van de verticale steun zich op gelijke afstand
van het kanaalplafond bevindt als de overige verticale steunen (zie stap "7b").
•
Daarna de verticale steun precies verticaal plaatsen en elk met vier schroeven M6 x 16 mm
en moeren (meegeleverd) aan de overige dwarsdragers bevestigen en alle schroefverbin-
dingen aan de dwarsdragers vastdraaien.
•
Bevestigingsplaten van de steunpoten boven en onder aan de overeenkomstige plaatsen
met telkens vier schroeven M6 x 16 mm en moeren (meegeleverd) aan de verticale steun
bevestigen. Schroeven slechts licht vastdraaien.
•
Steunpoten met telkens vier schroeven M6 x 16 mm en moeren (meegeleverd) aan de be-
vestigingsplaten bevestigen. Schroeven slechts licht vastdraaien.
•
Bovenste steunpoot tot het uiterste toe naar boven tegen het kanaalplafond schuiven en met
vijf boorschroeven 6,3 x 25 mm aan de dwarsbalk/reservoirscheiding vastschroeven.
Belangrijk: Voor de bevestiging van de bovenste steunpoot aan het kanaalplafond ervoor
zorgen dat de bovenste dwarsdrager over de volledige kanaalbreedte uitgelijnd is.
•
Onderste steunpoot tot het uiterste toe naar beneden tegen de kanaalbodem schuiven en
met vijf boorschroeven 6,3 x 25 mm aan de dwarsbalk/reservoirscheiding vastschroeven.
Belangrijk: Voor de bevestiging van de onderste steunpoot ervoor zorgen dat de onderste
dwarsdrager over de volledige kanaalbreedte uitgelijnd is.
•
De maten nogmaals controleren en indien nodig aanpassen. Daarna alle schroefverbindingen
vastdraaien.
Montage- en installatiewerkzaamheden
25