Advertenties
Functie
j/Y (sequentiële
opnamen/
zelfontspanner)
2
Opn. mkn in live
ND (O)
I
Gezichtsselectie
(E)
I
Gezichtsprioriteit
(I)
LV versterk.
(G)
Scherpstelring-
vergrendeling
(B)
122 NL
Een aandrijvingsmodus (sequentiële opnamen/zelfontspanner)
kiezen (Blz. 78). Druk op de knop om aandrijvingsmodusopties
weer te geven en kies een modus met de voorste of achterste
regelaar of met de HI-knoppen op de pendelknop.
• Deze functie kan alleen worden toegewezen aan de I- en
G-knoppen. U moet eerst [d] instellen op [Directe functie].
• Deze functie is alleen beschikbaar voor [K-knopfuncties].
Het live ND-filter inschakelen (Blz. 159). Druk éénmaal om [Opn.
mkn in live ND] in te schakelen. Druk nogmaals om uit te schakelen.
Houd de knop ingedrukt en draai aan de voorste of achterste
regelaar om de instellingen voor [Opn. mkn in live ND] aan te passen.
• Deze functie is alleen beschikbaar voor [K-knopfuncties].
Selecteer het gezicht dat wordt gebruikt voor de focus wanneer de
camera meerdere portretonderwerpen detecteert. Druk op de knop
om het gezicht te selecteren dat zich het dichtst bij het huidige AF-doel
bevindt. Als q (alle doelen) is geselecteerd voor de AF-doelmodus,
selecteert u in plaats daarvan het gezicht dat zich het dichtst bij het
midden van het beeld bevindt. Houd de knop ingedrukt en draai aan
de voorste of achterste draaiknop om op een ander gezicht scherp te
stellen. Deze optie kan ook worden gebruikt tijdens filmopname.
Als u op de knop drukt wanneer een andere optie dan
[Gezichtsprioriteit Uit] is geselecteerd voor [I Gezichtsprioriteit]
(Blz. 92) selecteert u [Gezichtsprioriteit Uit]; druk nogmaals op de
knop om de vorige instelling te herstellen. Om de optie te wijzigen die
wordt weergegeven in het menu [I Gezichtsprioriteit], houdt u de
knop ingedrukt en draait u aan de voorste of achterste draaiknop.
Als u voor [LV versterk.] (Blz. 189) op de knop drukt wanneer [Uit]
is geselecteerd wordt [Aan1] geselecteerd. Als een andere optie dan
[Uit] is geselecteerd, selecteert u [Uit] door op de knop te drukken;
druk nogmaals op de knop om de vorige instelling te herstellen.
Om een optie voor [LV versterk.] te kiezen, houdt u de knop ingedrukt
en draait u aan de voorste of achterste draaiknop.
• Deze functie is alleen beschikbaar voor [K-knopfuncties].
Druk eenmaal op de knop om de focusring van de lens uit
te schakelen en nogmaals om in te schakelen. Deze optie is
beschikbaar wanneer [S-AFb], [C-AFb], [MF], [C-AF+TRb],
[Pre-MF] of [FAFb] is geselecteerd voor [AF-modus].
Het gedeelte b van de AF-modusindicator wordt grijs weergegeven
terwijl de ring is uitgeschakeld.
In het geval van lenzen die zijn uitgerust met een MF-(handmatige
focus)-koppeling, heeft het indrukken van de knop geen effect wanneer
de focusring in de MF-positie staat (dichter bij de camerabehuizing).
De scherpstelringvergrendeling eindigt wanneer u een bewerking
uitvoert, zoals het uitschakelen van de camera of het bevestigen van
een andere lens.
Functie
Advertenties
