BRANDSTOFTANK
(1/3)
1
A
Bruikbare inhoud van de tank:
– ongeveer 50 liter voor uitvoeringen met
benzinemotor of dieselmotor met twee-
wielaandrijving;
– ongeveer 45 liter voor uitvoeringen met
dieselmotor en vierwielaandrijving.
Druk nooit met de vingers op
de klep 2.
Maak de omgeving van het vul-
systeem niet schoon met een
hogedrukreiniger.
1.102
2
Om bij ontgrendelde auto het klepje 1 te
openen, drukt u op de zone A en laat u ver-
volgens los. Het klepje 1 wordt ontsloten.
De klep 2 is in de vulopening ingebouwd.
Raadpleeg voor het tanken de paragraaf
"Tanken van brandstof".
Sluiten: druk het klepje met de hand tegen
de aanslag.
Vermeng de dieselbrandstof nooit met benzine (loodvrij of E85), zelfs niet een
kleine hoeveelheid.
Gebruik geen ethanol als uw auto hier niet voor aangepast is.
Voeg niets toe aan de brandstof (toevoegmiddel, reagens, enz.) - anders kan de
motor beschadigd raken.
Soort brandstof
Gebruik brandstof van goede kwaliteit
die overeenkomt met de normen die in elk
land zijn vastgelegd en beslist overeenkomt
1
met de indicaties op de sticker op klepje 1.
Raadpleeg de paragraaf "Gegevens van de
motor" in hoofdstuk 6.
Dieselmotor
Gebruik uitsluitend dieselbrandstof die
overeenkomt met de indicaties op de sticker
aan de binnenkant van het klepje 1.
Benzinemotor
Gebruik uitsluitend ongelode benzine. Het
octaangetal (RON) moet conform de gege-
vens zijn die op de sticker van het klepje 1
staan. Zie "Gegevens van de motor" in
hoofdstuk 6.