niet. De volgende omstandig-
heden kunnen ervoor zorgen
dat de sleutel niet door het
blokkeringssysteem kan wor-
den uitgelezen:
-
Beschadigde computerchip
-
Groot metalen voorwerp bij
de sleutel
-
Elektronisch apparaat bij de
sleutel
-
Tweede elektronisch geco-
deerde sleutel bij de hoofd-
sleutel
-
Ander sterk elektromagne-
tisch veld in de buurt van de
sleutel
-
Als de motor niet start en er
een sleutelfoutmelding in de
cluster wordt weergegeven,
verzekert u zich ervan dat
geen van deze omstandighe-
den aanwezig is. Als het
probleem zonder deze om-
standigheden aanwezig blijft,
raadpleegt u een erkende
Can-Am-roadsterdealer.
MOTOR DRAAIT MAAR START NIET
1. Brandstof bijna op.
Vul de brandstoftank (zie
-
BASISPROCEDURES).
2. Accu bijna leeg.
Controleer de lading van de
-
accu. Herlaad indien nodig
(zie ONDERHOUDSPROCE-
DURES).
Controleer de accukoppelin-
-
gen in het opbergvak voor-
aan.
DIAGNOSTISCHE RICHTLIJNEN
3. Probleem met het motormana-
gement.
Controleer of het motorindi-
-
catorlichtje BRANDT tijdens
het starten. Zorg voor onder-
houd, reparatie of vervan-
ging door een erkende Can-
Am roadster-dealer, repara-
tiebedrijf of iemand anders
van uw keuze. Raadpleeg de
EMISSIEGEPRESTATIEGA-
RANTIE VAN US EPA in de-
ze handleiding voor informa-
tie over garantieclaims.
143