Monteren
7
Monteren
30
Gebruik de juiste maatschetsen van de pomp en
de montageplaat in de online-versie van de gebrui‐
kershandleiding op onze homepage.
Vergelijk de maten op de maatschets met dien van
de pomp resp. montageplaat.
VOORZICHTIG!
Gevaar door onjuist bediende of slecht onder‐
houden pomp
Een slecht toegankelijke pomp kan gevaarlijk zijn
door onjuiste bediening en slecht onderhoud.
–
Zorg dat de pomp altijd toegankelijk is.
–
Houdt u zich aan de onderhoudsintervallen.
Doseercapaciteit te gering
De ventielen van de doseereenheid kunnen door
trillingen ontregeld raken.
Bevestig de doseerpomp zodanig dat geen tril‐
–
lingen kunnen optreden.
Doseercapaciteit te gering
Staan de ventielen van de doseereenheid niet
rechtop, kunnen ze niet goed sluiten.
Het pers en zuigventiel moet rechtop en naar
–
boven gericht staan (bij een zelfontluchtende
doseereenheid het ontluchtingsventiel).
Meerdere doseerpompen mogen naast elkaar en
dicht tegen elkaar worden geplaatst.
1.
Voor het verwijderen van de montageplaat de zwarte lip
onder de voorkant van de pomp iets naar beneden drukken
en de montageplaat naar achter drukken.
2.
De montageplaat op een horizontale, vlakke en draagkrach‐
tige ondergrond monteren (met minimaal 2 schroeven en 2
onderlegringen!).
De montageplaat kan ook op een verticale, vlakke en draag‐
krachtige ondergrond worden gemonteerd (met 3 schroeven
en 3 onderlegringen!). Dan moet de doseereenheid echter
worden gedraaid (ventielstand verticaal!).
De montageplaat kan ook op een wandconsole (toebehoren)
worden gemonteerd. Er zijn 3 standen mogelijk.
3.
De doseerpomp met de pompvoet in de montageplaat ver‐
grendelen - zie Afb. 10.