De afsluiters (gas en vloeistof) op de buitenunit staan
volledig open.
Het ontluchtingsventiel staat open (minstens 2 draaien).
De drukveiligheidsklep sproeit water als hij geopend
wordt.
De gasboiler is AANgezet.
Instelling . is juist ingesteld op de gasboiler.
▪ 0=voor EHYHBH05 + EHYHBH08
▪ 1=voor EHYHBX08
OPMERKING
Vooraleer het systeem te starten MOET de unit minstens
2 uur onder spanning staan. De carterverwarming moet de
olie van de compressor opwarmen om niet te weinig olie te
hebben en de compressor te beschadigen tijdens het
opstarten.
OPMERKING
Laat de unit NOOIT werken zonder de thermistoren,
anders kan de compressor verbranden.
OPMERKING
Laat de unit NIET werken als niet alle koelmiddelleidingen
aangesloten werden (anders zal de compressor
beschadigd worden en zelfs breken).
10.3
De ontluchtingsfunctie
Het is heel belangrijk dat bij de inbedrijfstelling en de installatie van
de unit alle lucht uit het watercircuit wordt verwijderd. Als de
ontluchtingsfunctie aan het werken is, werkt de pomp zonder dat de
unit eigenlijk werkt en zal het ontluchten van het watercircuit
beginnen.
Er zijn 2 standen om te ontluchten:
▪ Handmatig: de unit zal dan werken met een vaste pompsnelheid
(snel of traag) die ingesteld kan worden. De stand van de 3
wegklep voor de optionele warmtapwatertank, alsook deze van de
omloopklep van de gasboiler, kunnen ingesteld worden. Om zeker
te zijn dat alle lucht is verwijderd, wordt echter geadviseerd hun
aangepaste stand NIET aan te passen.
▪ Automatisch: de werking van de pomp is afwisselend: snel, traag
en stilstand. De stand van de 3wegklep varieert automatisch
tussen deze voor ruimteverwarming en deze voor het bereiden
van warm tapwater. De gasboiler wordt doorlopend omzeild. Om
de gasboiler te ontluchten, voer een handmatige ontluchting uit op
de gasboiler.
Noodzakelijke voorwaarden om te ontluchten
1
Monteer ontluchtingen op elk deel van de installatie waar de
leiding naar beneden gaat. (Bijvoorbeeld op een tank met
aansluitingen op de bovenkant).
2
Vul het circuit tot ±2 bar.
3
Ontlucht alle radiatoren en alle overige ontluchtingen op het
circuit.
4
Herhaal stappen 2 en 3 tot wanneer de druk NIET meer zakt
wanneer de radiatoren en overige punten ontlucht worden.
5
Zorg ervoor dat op de gebruikersinterface de beginschermen
weergeeft en dat de verzoeken voor ruimteverwarming en warm
tapwater uitgeschakeld zijn.
Wanneer een luchtbel de pomp blokkeert en er geen stroming meer
is, doet zich een storing 7H voor. Indien dit gebeurt, stop de
ontluchtingsfunctie en herstart de werking. Hierdoor zal de luchtbel
uit de pomp verdreven worden. Zorg ervoor dat de druk in het circuit
±2 bar bedraagt en vul zo nodig bij.
EVLQ05+08CAV4 + EHYHBH05AA + EHYHBH/X08AA +
EHYKOMB33AA
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P3556341 – 2013.05
Om te controleren of de ontluchtingsfunctie afgelopen is, controleer
het debiet. Indien het constant blijft wanneer de pomp snel of traag
werkt, is de unit goed ontlucht. Om het debiet te controleren, ga naar
[6.1.8].
De ontluchtingsfunctie stopt automatisch na 42 minuten. Herhaal
indien nodig de ontluchtingsfunctie.
10.3.1
Handmatig ontluchten
1 Stel het gebruikertoegangsniveau in op Installateur. Zie
gebruikertoegangsniveau instellen op Installateur" op pagina 48
.
2 Stel de ontluchtingsstand in: ga naar [A.7.3.1]
Installateurinstellingen > Inbedrijfstelling > Ontluchting > Type.
3 Selecteer Handm en druk op
4 Ga naar [A.7.3.4]
> Installateurinstellingen > Inbedrijfstelling
> Ontluchting > Ontluchting starten en druk op
ontluchtingsfunctie te starten.
Gevolg: Het handmatig ontluchten start en het volgende
scherm verschijnt.
Ontluchting
Type
Handm
Snelheid
Laag
Circuit
SHC
By-pass
Nee
Stop
5 Gebruikt de knoppen en om naar Snelheid te gaan.
6 Gebruik de knoppen en om de gewenste pompsnelheid in
te stellen.
Gevolg: Laag
Gevolg: Hoog
7 Indien van toepassing, stel de gewenste stand in van de 3
wegklep. Gebruikt de knoppen en om naar Circuit te gaan.
8 Gebruik de knoppen en om de gewenste stand van de 3
wegklep in te stellen.
Gevolg: SHC
Gevolg: Tank
9 Stel de gewenste stand in van de omloopklep. Gebruikt de
knoppen en om naar Bypass te gaan.
10 Gebruik de knoppen en om de gewenste stand van de
omloopklep in te stellen.
Gevolg: Nee (de boiler wordt niet omzeild)
Gevolg: Ja (de boiler wordt omzeild)
Gevolg: De ontluchtingsfunctie stopt automatisch na 42 minuten.
10.3.2
Automatisch ontluchten
1 Stel het gebruikertoegangsniveau in op Installateur. Zie
gebruikertoegangsniveau instellen op Installateur" op pagina 48
.
2 Stel de ontluchtingsstand in: ga naar [A.7.3.1]
Installateurinstellingen > Inbedrijfstelling > Ontluchting > Type.
3 Selecteer Automat en druk op
4 Ga naar [A.7.3.4]
> Installateurinstellingen > Inbedrijfstelling
> Ontluchting > Ontluchting starten en druk op
ontluchtingsfunctie te starten.
Gevolg: De ontluchting start en het volgende scherm zal
verschijnen.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
10 Inbedrijfstelling
.
om de
Di
01:18
.
om de
"Het
>
"Het
>
79