6 Voorbereiding
▪ Onmiddellijk na de installatie moet de tank voor warm tapwater
gespoeld worden met koud water. Deze procedure moet de eerste
5 opeenvolgende dagen na de installatie minstens eenmaal per
dag herhaald worden.
▪ Overeenkomstig de geldende wetgeving kan het mogelijk zijn dat
een hercirculatiepomp geplaatst moet worden tussen het
warmwaterafnamepunt en de hercirculatieverbinding van de tank
voor warm tapwater.
c
a
b
d
a
Hercirculatieverbinding
b
Warmwateraansluiting
c
Douche
d
Hercirculatiepomp
6.3.2
Formule om de voordruk van het
expansievat te berekenen
De voordruk (Pg) van het expansievat hangt af van het
hoogteverschil (H) van de installatie:
Pg=0,3+(H/10) (bar)
6.3.3
Het watervolume controleren
De binnenunit heeft een expansievat van 10 liter met een vooraf
ingestelde voordruk van 1 bar.
Om zeker te zijn dat de unit naar behoren werkt:
▪ moet u het minimum en het maximum watervolume controleren;
▪ moet u mogelijk de voordruk van het expansievat aanpassen.
Minimum watervolume
Controleer of het totale watervolume in de installatie minimum
13,5 liter bedraagt, waarbij het watervolume in de binnenunit NIET
inbegrepen is.
INFORMATIE
Voor kritieke processen of in kamers met een grote
warmtebelasting kan extra watervolume vereist zijn.
OPMERKING
Wanneer de circulatie in elke ruimteverwarmingslus
geregeld wordt door op afstand bediende kleppen, is het
belangrijk dat dit minimum watervolume behouden blijft,
zelfs wanneer alle kleppen dicht zijn.
a
b
d e
95°C
c
f
T
a
Buitenunit
b
Binnenunit
c
Warmtewisselaar
d
Backupverwarming
Uitgebreide handleiding voor de installateur
18
h
RAD1 RAD2 RAD3
g
e
Pomp
f
Afsluiter
g
Verdeelstuk (ter plaatse te voorzien)
h
Omloopklep (ter plaatse te voorzien)
RAD1...3
Radiator (ter plaatse te voorzien)
T1...3
Individuele kamerthermostaat (optioneel)
M1...3
Individuele gemotoriseerde klep voor het regelen
van lus FHL1...3 (ter plaatse te voorzien)
Maximum watervolume
Gebruik de volgende grafiek om het maximum watervolume voor de
berekende voordruk te bepalen.
a
2.6
2.4
2.2
2
1.8
1.6
1.4
1.2
1
0.8
0.6
0.4
0.3
0
50
100
150
200
a
Voordruk (bar)
b
Maximum watervolume (l)
Maximum aanvoerwatertemperatuur van 55°C voor
vloerverwarmingstoepassingen
Maximum aanvoerwatertemperatuur van 80°C voor
radiatortoepassingen
Voorbeeld voor vloerverwarmingstoepassingen: Maximum
watervolume en voordruk in expansievat wanneer 55°C
Hoogteverschil
(a)
installatie
≤280 l
≤7 m
De voordruk moet niet
bijgeregeld worden.
>7 m
Doe het volgende:
▪ Verhoog
voordruk.
▪ Controleer of het
watervolume
groter is dan het
maximum
toegestaan
watervolume.
(a)
Er is een hoogteverschil (m) tussen het hoogste punt van
het watercircuit en de binnenunit. Als de binnenunit zich op
het hoogste punt van de installatie bevindt, bedraagt de
installatiehoogte 0 m.
EVLQ05+08CAV4 + EHYHBH05AA + EHYHBH/X08AA +
b
250
300
350
400
450
Watervolume
>280 l
Doe het volgende:
▪ Verlaag de voordruk.
▪ Controleer
of
het
watervolume
NIET
groter
is
dan
het
maximum toegestaan
watervolume.
Het expansievat van de
binnenunit is te klein voor
de
de installatie. In dit geval
wordt er geadviseerd om
een extra vat buiten de
NIET
unit te installeren.
EHYKOMB33AA
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P3556341 – 2013.05