7 Installatie
7.10.7
Isolatie van de gasuitlaat en luchtinlaat
Condensatie kan zich voordoen aan de buitenzijde van het
pijpmateriaal wanneer de materiaaltemperatuur laag is en de
omgevingstemperatuur hoog met een hoge vochtigheidsgraad.
Gebruik 10 mm vochtbestendig isolatiemateriaal wanneer er risico
op condensatie is.
7.10.8
Een horizontaal schoorsteensysteem
plaatsen
Het 60/100 mm horizontaal schoorsteensysteem kan worden
verlengd tot een maximumlengte zoals vermeld in de tabel met
maximale pijplengtes. Bereken de equivalente lengte volgens de
specificaties in deze handleiding.
VOORZICHTIG
Lees de installatiehandleidingen van de ter plaatse te
voorziene onderdelen.
De horizontale schoorsteen MOET geïnstalleerd worden onder een
gradiënt van 3° naar de ketel (50 mm per meter) en MOET worden
ondersteund met ten minste 1 steun op elke lengte van een meter.
De beste aanbevolen positie van de steun is net voor het
koppelstuk.
INFORMATIE
Flexibele schoorsteengasleidingen mogen NIET worden
gebruikt in horizontale aansluitgedeelten.
7.10.9
Een verticaal schoorsteensysteem
plaatsen
Een verticale 60/100 mm schoorsteenkit is ook beschikbaar. Door
beschikbare bijkomende onderdelen van uw ketelleverancier te
gebruiken, kan de kit worden verlengd tot een maximumlengte zoals
vermeld in de tabel met maximale pijplengtes (met uitzondering van
de eerste ketelaansluiting).
VOORZICHTIG
Lees de installatiehandleidingen van de ter plaatse te
voorziene onderdelen.
7.10.10 Rookpluimbeheerkit
Zie de lokale en regionale regelgeving.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
46
7.10.11 Schoorstenen in kruipruimten
Niet van toepassing.
7.11
De installatie van de buitenunit
voltooien
7.11.1
De installatie van de buitenunit voltooien
1 Isoleer en bevestig als volgt de koelmiddelleiding en de
doorverbindingskabel:
c
a
d
b
e
f
a
Gasleiding
b
Isolatie gasleiding
c
Doorverbindingskabel
d
Vloeistofleiding
e
Isolatie vloeistofleiding
f
Afwerkkleefband
2 Plaats het servicedeksel terug.
7.11.2
De buitenunit sluiten
1 Sluit het deksel van de schakelkast.
2 Sluit het servicedeksel.
OPMERKING
Wanneer u het deksel van de buitenunit sluit, let op dat u
het aanhaalkoppel van 4,1 N•m NIET overtreft.
7.12
De installatie van de binnenunit
voltooien
7.12.1
De binnenunit sluiten
1 Sluit de schakelkast.
2 Monteer de zijplaat op de unit.
3 Plaats de bovenplaat.
OPMERKING
Wanneer u het deksel van de binnenunit sluit, let op dat u
het aanhaalkoppel 4,1 N•m NIET overtreft.
Vooraleer de warmtepompmodule te configureren, zorg ervoor dat
de hybridmodule en de gasboiler juist werden geïnstalleerd.
EVLQ05+08CAV4 + EHYHBH05AA + EHYHBH/X08AA +
EHYKOMB33AA
Daikin Altherma hybrid warmtepomp
4P3556341 – 2013.05