6.
Controleren van de boutverbindingen
De navolgende opsomming bevat de aanhaalmomenten van de boutverbindingen. De verbindingen alleen met een
momentsleutel natrekken. Eventueel ontbrekende waarden kunnen bij EUROTRAC worden aangevraagd.
6.1
Aanhaalmomenten voor bouten
M 6
M 8
M 10
M 12
M 14
M 16
M 20
OPMERKING
Bij beschermdak bouten 9 T gebruiken, maar aandraaien met 7 T aanhaalmoment
LET OP
Schroefverbindingen aan de kunststofbekleding tussen bestuurdersplaats en motorruimte mogen alleen met een
aanhaalmoment tot max. 21 Nm worden aangedraaid. Wanneer de schroeven met een aanhaalmoment groter dan
21 Nm worden aangedraaid, raken de schroefdraadvoeringen in de kunststofbekleding los of worden vernietigd.
Pagina 116/132
HE18 | Handleiding
4 T (4.6)
7,8~9,3 (0,8~0,95)
17,7~20,6 (1,8~2,1)
39,2~45,1 (4,0~4,6)
62,8~72,6 (6,4~7,4)
107,9~125,5 (11,0~12,8)
166,7~191,2 (17,0~19,5)
333,4~392,3 (34,0~40,0)
7 T (8.8)
9,8~11,3 (1,0~1,15)
23,5~27,5 (2,4~2,8)
48,1~55,9 (4,9~5,7)
77,5~90,2 (7,9~9,2)
123,6~147,1 (12,6~15,0)
196,1~225,6 (20,0~23,0)
367,7~431,5 (37,5~44,0)
9 T (9.8-10.9)
12,3~14,2 (1,25~1,45)
29,4~34,3 (3,0~3,5)
60,8~70,6 (6,2~7,2)
103,0~117,7 (10,5~12,0)
166,7~196,1 (17,0~20,0)
259,9~304,0 (26,5~31,0)
519,8~568,8 (53,0~58,0)
Eenheid: Nm (kgf
m)
Juni 2021