5.10 Aftappen van water in de brandstoftank
•
Opvangbak met een minimale inhoud van 12 l onder de aftapkraan
plaatsen.
•
Aftapplug (2) eruit draaien.
•
Aftapkraan (1) door draaien in stand (B) openen en water aftappen.
•
Aftapkraan door draaien in stand (A) sluiten.
•
Aftapplug er weer in draaien.
MILIEU-INFORMATIE
Vloeistof in een opvangbak volgens de geldende milieubeschermingsbepalingen afvoeren.
5.11 Controleren van brandstofleidingen en luchtaanzuigslangen
•
Motorkap openen
•
Alle bereikbare brandstofleidingen, luchtaanzuigslangen en klemmen op toestand en goede bevestiging
controleren.
•
Beschadigde onderdelen moeten worden hersteld of vervangen.
•
Motorkap sluiten.
Pagina 100/132
HE18 | Handleiding
(pag.
87).
Juni 2021