Kalibreren
Het kompas moet soms voor de nauwkeurig-
heid worden gekalibreerd. Schakel voor de
beste resultaten alle grote stroomverbruikers
uit zoals de interieurverlichting, de interieur-
ventilator, de elektrische achterruitverwarming
e.d. en zorg dat er geen metalen of magneti-
sche voorwerpen in de buurt van de spiegel
zijn.
1. Breng de auto op een groot en open terrein
tot stilstand en laat de motor lopen.
2. Houd het knopje aan de achterzijde van de
achteruitkijkspiegel ingedrukt (met bijvoor-
beeld een paperclip), totdat de melding
CAL
opnieuw verschijnt (ca. 6 seconden
lang).
3. Rijd langzaam een rondje in de auto met
een snelheid van hoogstens 8 km/h, totdat
CAL
de tekst
van het display verdwijnt. Dit
geeft aan dat de kalibratie afgerond is. Dit
geeft aan dat de kalibratie afgerond is.
4. Alternatieve kalibratiestap: Rijd op de nor-
male manier weg.
CAL
verdwijnt van het
display, wanneer de kalibratie is afgerond.
02 Instrumenten, schakelaars en bediening
Buitenspiegels
De knoppen waarmee u de twee buitenspie-
gels bedient, vindt u voor op de armleuning van
het bestuurdersportier. De buitenspiegels zijn
te bedienen met het contact in stand I of II.
1. Druk op knop L voor de buitenspiegel links
of op R voor de buitenspiegel rechts. Het
lampje in de knop brandt.
2. U kunt de stand afstellen met het hendeltje
in het midden.
3. Druk opnieuw op knop L of R. Het lampje
dooft.
Buitenspiegels resetten, zie pagina 55.
Ruiten en spiegels
WAARSCHUWING
Stel de spiegels af, voordat u gaat rijden!
Buitenspiegels met geheugen*
Als er buitenspiegels met geheugen op de auto
zitten, werkt het geheugen synchroon met dat
van de bestuurdersstoel, zie pagina 97.
Geheugenfunctie van
afstandsbediening*
Wanneer u de auto met een van de afstands-
bedieningen ontgrendelt en de instelling van de
buitenspiegels wijzigt, wordt de nieuwe positie
van de spiegels in de afstandsbediening opge-
slagen. De volgende keer dat u de auto ont-
grendelt met dezelfde afstandsbediening en
het bestuurdersportier binnen vijf minuten na
ontgrendeling opent, gaan de buitenspiegels in
de opgeslagen positie staan.
Gelaagde zijruiten*
De ruiten van gelaagd glas in de voor- en ach-
terportieren zorgen voor een verbeterde
geluidsisolatie van de passagiersruimte en
leveren een verhoogde bescherming tegen
inbraak op.
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
02
75